Hierbij de uitslagen en standen van het vluggeren. We hadden 2 nieuwe gezichten te verwelkomen, namelijk Chris en Ivar. Ivar wist helaas geen puntje binnen te slepen, hoewel hij daar wel een kans voor had en Chris deed het zeker niet on verdienstelijk.
Hugo en Thomas waren beiden ongenaakbaar in hun poule en waren dus dikverdiend eerste geworden.
Wat was er onder die mooie linden te ervaren op de avond van 16 oktober 2023 voor een simpele amateur zonder computer.
– Dat vader De Koning afgedroogd werd door Peter. Maar dat dat voor de trotse overwinnaar niet meetelt voor de competitie. Dat vader De Koning het gebeuren grinnikend sportief afsloot.
– Dat zoon de Koning begrijpelijkerwijs weinig had in te brengen tegen het geweigerd Damegambiet van Frank. Laatstgenoemde kon vriendelijkerwijs dus al vroeg beginnen aan een bijlesje voor ons veelbelovende jongste clublid. Prima toch?! Zo moet dat!
– Dat Hans kans zag onze coryfee Thomas te beletten in diens Benoni al zijn schaakvaardigheden aan te spreken. (En passant: wist u dat Hans even bovenaan staat in de interne van Purnerend? U bent dus gewaarschuwd!) Het huidige aantal remises van onze champion begint een beetje op te vallen.
– Dat Gerrit geen kans zag met zijn geliefde Philidor zijn recente kwalificatie als reuzendoder een vervolg te geven. Paul speelde hem secuur en schijnbaar moeiteloos naar de ondergang.
– Dat Hugo weer met zijn Pirc liet zien dat zijn fysieke gesteldheid zo is verbeterd dat iedere tegenstander van ons clubje nu voor hem moet gaan uitkijken. Dat deed Martin onvoldoende, want die zat gauw te keepen. Omdat die intussen naar voorbeeld van Thomas ook een goochelaar lijkt te zijn geworden met een wonderbaarlijke overlevingsact redde hij het toch nog dankzij Hugo’s klokprobleem. Die bleef lang sterk spelen, ook met nog maar een paar minuten bedenktijd, maar moest derhalve toch in remise berusten.
– Dat Ron met zijn Larsen-opening lang gelijk opging tegen onze nieuwe kampioenskandidaat Marc. Toch nogal wat voordeel verwierf, maar dat na 18 zetten liet rondslingeren. Wat hem de verzuchting ontlokte ‘Ik word oud’. Een uitspraak die mijn moeder zaliger altijd de reactie ontlokte ‘Dat is te hopen jongen.’ Hoewel Ron’s geblaf nog wel eens door de ruimte schalde, was het gelukkig duidelijk veel minder geworden, dus wellicht kan ook Ron oud worden. Kan Aris de Heer nog jaren van hem profiteren.
Wat was er voor een simpele amateur de volgende dag te ervaren mèt soms computer-assistentie?
Dat bij Mink in deze Meraner al 11. h4 wat te frivool is. En dat die veminking van de witte koningsstelling mede later leidt tot verlies.
21… Dxh5 +
Maar dat de belangrijkste fout van Mink hier zat:
17 f3? (17. Dg4! LXf6 18. Pb6 !! )
Dat mijn ter plekke nog computerloze gedachte dat in de volgende stelling van Paul
Paul – Gerrit (38…Kf8)
39 Da6 veel beter zou zijn dan het gespeelde 39. Dg3
weliswaar juist was, maar onbelangrijk want wat Paul koos ook heel goed was en dat veel minder denkwerk en risico zou betekenen. Het leidde tot
Paul – Gerrit (42.Tf7)
Na komende pionnenroof door wit is het natuurlijk afgelopen voor zwart tegen die twee ver opgerukte vrijpionnen.
Dat Hugo inderdaad prachtig stond. Bijv. bij
Diagram 19 .. Pc5
vlucht Martin maar in een paardoffer 20. Pexg5 Maar dat helpt ook niet.
Lang blijft dat stuk voorsprong voor zwart meer dan genoeg voor de winst, ook al mist hij af en toe de allersterkste. De winst verdampt pas echt bij zet 47
Martin – Hugo (47.Lh2)
Belaagd door zijn klok neemt hij genoegen met remise door het uitschakelen van die schijnbaar gevaarlijke vrijpion met 47. …. Lxc6. Had hij nog tijd gehad dan had hij vast wel gezien hoe na Ke7 er toch winst in gezeten had, maar dat was te veel werk in die omstandigheden.
Wat Martin dacht van zijn partij:
Een remise gevonden! Ik was eigenlijk zelf best te tevreden na de opening. 8 h4, is zoals altijd te voorbarig. h3 was gepaster geweest. Echter tot zet 17. was het gelijk, maar moest ik het wel secuur spelen. Dat ging mijn pet te boven, en kwam er een stuk te hangen. Op hoop van zegen, een stuk offeren voor een open koningsstelling. Dat bracht me eigenlijk ook maar heel weinig.
Echter net als tegen Frank is het hebben van initiatief toch lastig voor een verdedigende partij. Twee stukken waren niet erg mobiel, en dat zorgde ervoor dat Hugo veel tijd moest gebruiken. Hugo heeft vanaf zet 24. eigenlijk alleen maar in tijdnood gezeten, waarbij de laatste 10 zetten hij minder dan 4 minuten op de klok had. Laat op de avond alsnog remise voor het harde werken!
Wat Hugo ervan vond:
Na afloop werd mijn partij nog geanalyseerd. Ook Frank en Ron vonden, dat ik sterk had gespeeld en dat het een mooie partij was. Van Ron kreeg ik complimenten voor zetten in de openingsfase. Dit geeft de burger moed! Hopelijk geen eendagsvlieg!
Wat Thomas van zijn partij vond:
Gisteravond na de partij tegen Hans knaagde er iets. Iedereen kent dat waarschijnlijk wel, het gevoel dat je een kans hebt laten liggen. Overigens speelde Hans ondanks het wat mindere begin een sterke partij en was het in de laatste fase soms ook zwart die op zijn tellen moest passen. Zeker op zet 11 was er voor mij een gemiste kans, namelijk het schijnoffer 11.. Pxe4!.
Hans – Thomas (11.Le2)
Ik dacht namelijk dat dit faalde op 12. Pxe4, Lxe4 met de desperado 13. Dxe4! maar ik had gemist dat zwart de simpele tussenzet 13.. f6! heeft. Hoewel het voor wit nog meevalt, geeft mijn Stokvisje ongeveer -0,5 en dat is net na de opening mooi meegenomen! Meer zwartspelers misten deze kans overigens en na 12… h6 werd eerder met 12. Lh4 of 12. Le3 voortgezet. Maar met Lf4 lijkt niks mis.
Hans – Thomas (14…Ph5)
Helaas voor wit geeft 15. Dd2 het voordeel (+2) al weer grotendeels weg en met het bezit van het loperpaar zag het er voor zwart weer een stuk zonniger uit.
Hans – Thomas (16…Tf8)
16.. Tf8 met het idee om f7-f5 door te zetten met o.a. acties tegen de witte koningsvleugel ( inclusief in de weg staande dame) bleek het begin van een minder goed plan.De dreigende opmars e4-e5 bedierf voor zwart alweer snel de meeste lol. Beter was een toren op b8 te zetten ter voorbereiding van de opmars b7-b5.
Hans – Thomas (23.Dxe5)
Op zet 23 geeft Analyse This toch 23. … Txe5 als beter dan 23. … dxe5 terwijl ik niet zo overtuigd was van mijn stelling na het tijdelijke pionoffer 24. f4.
Hans – Thomas (28.Pf5)
Vooral 28. Pf5! vond ik een zeer vervelende zet en was voor mij het teken tijdig over te schakelen van offensief naar meer defensief. In het verdere vervolg bleef Hans zonder risico’s te nemen rustig verder goede zetjes doen en had alleen spijt dat hij niet eerder h4 had gespeeld. Waar ik op hoopte, dat hij meer risico zou nemen en lijnen openen, waardoor ik misschien zou kunnen counteren, gebeurde niet. In de slotstelling stond wit nog een tikje beter.
Hans – Thomas (39.Th3)
Overigens zijn in deze partij over en weer geen grove fouten gemaakt. We loeren gewoon weer op een nieuwe kans.
Wat Ron van zijn partij vond:
Mijn eerste confrontatie met een nieuwe speler op onze club. Achteraf een partij van de ‘gemiste kansen’! Hij verraste me met 1…., f5. Ik speel overigens best graag de opzet met Lxf6 dan.
Ron – Marc (2…Pf6)
Het leidt tot ander soort spel, de pionnenstructuur van zwart is minder en de compensatie middels loperpaar maar beperkt. Normaal is vervolgens de opstelling met e3, d4, g3 en Lg2. Maar wilde nu c4 proberen.
Hij reageert heel goed met direct d5. 8. Dc2 is niet beste plan, gewoon a3 spelen (hij kan die pion toch niet slaan) is simpelste. Wit staat dan iets beter. Hij verraste me wederom met 8…, Pa6.
Ron – Marc (8…Pa6)
Het vervolg kostte me dan ook al redelijk veel bedenktijd. Hij doet het dan niet goed door zijn dame naar c6 te spelen.
Ron – Marc (14.dxc5)
14…, Dxc5? is in wezen direct verliezend. 15. Dd2 (door Marc zelf later direct aangegeven) wint simpelste. Ik zag echter 15.Td5 en was ervan overtuigd dat dit ook winnend was in combinatie met torenverdubbeling. Dat is ook zo, het slaan op h2 kost teveel tijd. Frank gaf terecht aan dat 18. Dxf5 beter was. Maar daar is 18. f4 nog steeds winnend. De loper op h2 gaat verloren, daarvoor krijgt zwart niet voldoende compensatie.
Ron – Marc (17…Lc6)
18. Txf5
Leuk waren in de na-analyse alle trucs die Thomas na 18. Dxf5 vond. Ook dan kan zwart zich nauwelijks verdedigen. Op mijn 18. Txf5? kon hij nu 18. …, Le5 spelen met gelijke stand. Hij speelde 18…, g6? Nu wikkel ik af naar een gelijk eindspel, maar 19. Txf6 is winnend. Op 19…, Le5 moet dan 20. Pe4! volgen. Die had ik gemist. Toch een spannende en leerzame partij.
Ik heb wel iets met Enkhuizen. Een plek om naartoe te gaan als je logees hebt uit het buitenland. Die kijken hun ogen uit in het Zuiderzee- museum, buiten vooral, maar ook binnen. Het heeft een mooi oud centrum. En geweldig die alles dominerende Drommedaris. Daar heb ik mooie herinneringen aan. Ik heb er wel eens een kleine week in verbleven bij een schoolreis om op een klas Havo-4 te passen Allemaal nogal wilde jongens. Het liep allemaal goed af. Een soort jeugdherberg was het dus toen. Maar dat is jaren geleden. Nu is het al heel lang een cultureel centrum. Een heel beroemde Nederlandse actrice -Ank van der Moer- speelde er aan het eind van haar carrière met aankomende jonge acteurs, om ze het vak te leren. Er was geen podium. Ik zat op de eerste rij en moest mijn benen intrekken om te voorkomen dat ze er over struikelde. Zulke dingen vergeet je niet.
Er is ook nu veel cultuur daar in Enkhuizen. Theater, muziek, cabaret. Te veel om op te noemen. En een mooie schaakvereniging. Hoort het schaken ook bij ‘de cultuur’? Wat mij betreft wel.
Een sterke schaakvereniging dat KTV. Kan Tegen Verlies. Op ons niveau een beetje misleidende naam voor een team met alleen maar elo 1800 en hoger. Dat wisten de mannen van Aris de Heer natuurlijk ook wel en dat bleek al snel. Ik zag duidelijk iets van ‘we zullen wel ten onder gaan, maar dan wel strijdend’ .
2S7A1131ZaalWEB foto groter? Tik erop.
Dat begon bij Frank. Ik zag hem in de gesloten Siiciliaan voortvarend vroeg f4 spelen. Maar kreeg de indruk dat hij in de opening iets over het hoofd zag, en daarna van de nood een deugd maakte. Er ontstond nu een heksenketel. Maar ik vreesde wel dat het voor Frank een avondje keepen ging worden, omdat hij eigenlijk nu al verloren stond.
2S7A1124WEB
En niet lang daarna zag ik dat ook Stefan er na zijn interessante behandeling van het Frans een thriller van ging maken. (Verrek, onze gastspeler uit Australië is er ook ineens weer bij, en daarom onze oud-kampioen Paul tot koffiezetter gedegradeerd)
2S7A1120StefanWEB
En ook Thomas begon met zwart in zijn behandeling van het Engels aan een adembenemend verhaal (zal niet). Was hier sprake van een moord of van zelfdoding?
T. Balla – T. Broek (20…f4)
21. Pxd6 !
Bij Bert (KoningsIndisch), Martin (Kan-variant van het Siciliaans), en Ron (Larsen) zagen de openingshoofdstukken er wat klassieker uit. Maar ja, dat moest wel, die hadden alle drie zwart. ( correctie achteraf: Ron niet) Maar ook bij hen werd het halverwege spannend. Bij Bert omdat ik vreesde dat onze held ten onder zou gaan en bij Ron en Martin omdat ik met recht en reden hoopte dat onze helden zouden zegevieren. Bij een spannend boek kun je even stiekem de laatste bladzijden openslaan. Bij schaken kan dat niet. Dus werd het een avondje nagelbijten. Voor mij en voor het overige publiek. Dat even kwam kijken. Leuk. Te weten Hans, Hugo, en Mark! (De laatste zou wel eens heel snel een versterking van ons team kunnen worden. Gezien zijn elo.)
Hoe dat allemaal afliep? Nou, Frank bleef het ingewikkeld maken en breide een prachtig slot aan zijn verhaal. Een lollig matje in drie. Ik dacht nog steeds dat hij met listige verwikkelingen een beetje geluk had afgedwongen en zo zijn tegenstander diens voordeel had afgesnoept. Maar daar klopte weer niets van. De auteur van dit meesterwerk zelve stuurde me de volgende dag zijn Nawoord. Daarin schreef hij dat hij zelf ook in de opening dacht dat hij slecht stond. Maar dat zijn computer hem inmiddels had laten weten dat dat hij toen al groot voordeel had. Wonderbaarlijk.
FrankKTV 8… Da5
Ik geloofde het niet erg. Leek me een fabel. En ging het dus zelf ook eens aan Mijn Grote Adviseur voorleggen. En die bleek het met zijn collega geheel eens. Verderop kom ik er nog even op terug.
Stefan creëerde een mooie aanval.
Stefan – KTV (14…f5)
Het leek een sprookje te gaan worden. Maar dat werd verstoord doordat er een boze tovenaar opdook. Hij had daar namelijk heel erg veel tijd voor nodig had. Toen ik begon te vrezen voor een slechte afloop, gezien de mooie maar lastige stelling met nog maar enkele minuten op de klok, nam hij een verstandig besluit: remise door herhaling van zetten. Hij zal er zelf niet echt tevreden over zijn, maar er valt hem niets te verwijten. Hij barstte bijna van strijdlust.
Stefan – KTV (17…Kf7)
18. Pg5+ Kf6 19. Ph7 + Kf7 20. Pg5+
Het begon er toch een beetje somber uit te zien toen Bert in problemen leek te geraken door aanvalsmogelijkheden voor zijn tegenstander.
Het lukte hem helaas vanavond niet om het perspectief in zijn story te verleggen. Hij sloot het boek vóór het ongetwijfeld naderend tranen-opwekkend akelig einde.
KTV – Bert (24…Kh8)
Martin werd een heel ander verhaal. Die zag kans om zijn tegenstander met flinke problemen te confronteren.
KTV – Martin (23…Lb5)
Maar helaas, ook hier geen goede afloop. Zal ook wel weer iets met de klok te maken hebben gehad. Want na een erg mooi gespeelde partij waarin hij tenslotte heel erg goed stond verknoeide één zet ineens alles. In plaats van de verdiende winst (die niet eenvoudig te vinden was voor niet professionele speurders) werd hij zelf mat gezet na een blundertje. Wel een heel fraai mat!! Deze thriller had voor hem wel een heel onbevredigend slot.
KTV – Martin (25.Th1)
25. ….De2? ( Te listig. Gewoon 25 … gxf6! ) 26. Th8+!! Kxh8 27. Dh6 !! (pion g7 staat gepend!) Kg8 28. Dxg7 mat
Dus inderdaad eervol verloren tegen een sterk KTV. Jammer, maar helaas. Wan Thomas was inmiddels natuurlijk kansloos!
T. Balla – T. Broek (33…Pg6)
24. Td5?? (Td8+! en Pxf3. Wit staat dan een kwaliteit en een pion voor, en zijn Koning gaat het wel redden)
Dacht iedereen. Behalve onze fameuze TieTaaTovenaar. Die flikt het hem weer eens: een slechte stelling redden. Een saai verhaal aan het eind toch weer spannend maken. Ongelofelijk. Toch remise. Hoe dat precies ging, gaat onze sterauteur u straks natuurlijk zelf vertellen.
Ja, dan gaat alles afhangen van Ron.
2S7A1129RonWEB
Misschien dat zijn vanavond nogal vervaarlijke geblaf zijn sterke tegenstander wat afleidde? Ron bleef zoeken naar aanvalsmogelijkheden in een goede stelling. Tot mijn opluchting had hij daarbij dit keer eens wat meer grip op zijn klok. Het allerlaatste hoofdstuk kon ik niet meer waarnemen want om half twaalf werd ik opgehaald door mijn echtgenote (‘Busje komt zo’ zit er voor EBS deze maand even niet in. Lastig.). Rons partij was de laatste deze avond. Maar ik zag nog wel dat het voor ons een blij einde ging worden.
Ron – KTV (28…cxd4)
29. Tf6! En Dh6 en mat is onvermijdelijk!
Ik heb Ron zich ooit wel eens vertwijfeld horen afvragen of het zijn schuld was dat we nipt verloren. Onzin natuurlijk. Maar nu was hij wel de man die maakte dat we niet verloren. 3-3 tegen een sterk team. En wat ik vanavond zag, wat vroeger wel eens ontbrak: strijdlust tot de slotakte!
Beetje moeilijk om vast te stellen wie de man van de match was. Ron? Frank? Dan maar ‘two men of the match’ dit keer. En voor beiden een open doekje. Vijf sterren voor dit avondje cultuur.
Nog een beloofd high light:
Frank:
Waarom denken alleen menselijke wezens dat wit slecht staat?
Frank – KTV (8…Da5)
(9.Tb1)
Omdat die alleen zien dat de witte Koning de rochade moet opgeven, dat wit een pion achter raakt, en een dubbelpion heeft. Onze wijze raadgevers zien waarschijnlijk beter: dat er maar één zwart stuk wat staat te doen, dat ook nog moet oppassen niet in de val te lopen, de zwarte koningsstelling er zonder loper ook wat tochtig uitziet, de witte pionnen veel meer invloed hebben op het centrum. Zoiets vermoed ik. Hieronder de opening en het slot van het miniatuurtje:
Het mooie slot
De overpeinzingen van Thomas:
Tom Balla is altijd een lastige tegenstander. Enkele jaren geleden speelde ik voor Castricum een bonds wedstrijd tegen hem en werd ik na de opening al naar de keel gegrepen. Gelukkig kon ik destijds de boel compliceren en met weinig tijd nam hij mijn remise-sanbod aanbod aan, achteraf nog steeds in een zeer goede positie. Ik was dus gewaarschuwd en na de opening had ik aanvankelijk goede hoop op initiatief.
T. Balla – T. Broek (16.Df2)
16. Df2 was de eerste “nieuwe” zeten na 17.. Pe5 begon ik kansen te zien. Alles leek goed te gaan tot ik 21. Pxd6 miste.
T. Balla – T. Broek (20…f4)
Nog mazzel dat het daarna niet eenvoudig bleek voor wit en hield ik nog hoop, ondanks de kwaliteit en pion achterstand en de zorgelijke blikken van Eddy.
T. Balla – T. Broek (25…Lxg4)
Nog een mokerslag was 26. Lxe7 en daarna begon bij mij langzaam de twijfel toe te slaan.
Het werd wel duidelijk dat van de drie mogelijke uitslagen er een (ES: twee?) toch wel duidelijk buiten beeld aan het raken was.
T. Balla – T. Broek (28.Kh1)
Ik ben blij dat ik 28.. Te5 taxeerde als mijn beste kans, al is de computer waardering nog zo’n+3,5 . Bovendien begon wit wel behoorlijk tijd te verbruiken, het werd dan ook behoorlijk gecompliceerd. Helaas miste ik zelf ook nog een goede kans op zet 32.
T. Balla – T. Broek (32.Te3)
Na 32. Te3 was 32.. Dxc2! 33. Dxc2, f2 mogelijk. Gek genoeg een of twee zetten eerder wel gezien maar op het moment zelf mij ontschoten. De waardering voor wit zou dan “slechts” +1 zijn geweest. Moet te doen zijn, met zo’n voorgeschiedenis!. Na mijn 33.. Pg6 verzuchtte Tom : ” Ik trap in mijn eigen truc”.
T. Balla – T. Broek (33…Pg6)
Het blijkt echter dat 34. Pxf3 wel kan.. Toen ik mij afvroeg wat er mis was met het door mij geplande 34.. Pe5 gaf het elektronische wonder snel uitsluitsel: Wit speelt koelbloedig 35. Td8+, Kh7 36. Dc2! Een typische ” computerzet”. De noodzakelijke extra dekking van het gepende paard op f3 wordt in de steek gelaten om een vijandelijk stuk te pennen en wordt zwart geen tijd gegund van zijn troef te profiteren. Je gaat je zo langzamerhand wel afvragen of analyseren achteraf met een computerprogramma wel zin heeft!
Begrijpelijk dat wit deze mogelijkheid miste en voor de relatief veilige afwikkeling koos. Toen hij remise aanbood stondhij nog steeds iets beter.
T. Balla – T. Broek (38.Pxf3)
Als ik door had moeten spelen had ik 38.. Df7 gespeeld. Het alternatief 38.. Pe7 vertrouwde ik niet vanwege 39. Dh8+, Kd7 40. Pe5+ maar bij nader inzien bleek dat niet zo verontrustend. Samengevat hoop ik het niet vaak van het vermogen tot goochelen te moeten hebben, maar als het een keertje lukt, geeft dat toch wel een beetje voldoening.
Dat kleine, doch gezellige zaaltje wordt nog eens te klein voor onze kleine, doch gezellige schaakclubje. Heden bijna volledige opkomst!
2S7A1095ZaalWeb
Alweer iets te melden over de gaande en de komende man:
Gaande? Ron Harmsen kondigde aan dat hij toch maar niet bij ons gaat blijven. Het wordt hem bij nader inzien toch wat te veel: op maandagavond schaken bij ons en dinsdagmiddag met de bejaarde Purmerendse schakers en donderdagavond met de overigen aldaar. Kan gebeuren. In je enthousiasme te veel hooi op je vork genomen. Ik ben aldoor een beetje bang dat dat ook aan het gebeuren is met Pieter Omtzigt. Dat zou ik heel jammer vinden. In het geval van Ron Harmsen ook trouwens. Het ga je goed!
De komende man? Ja, de ontstane lege plaats werd gelijk opgevuld. Door Mark Holla.
2S7A1100Marl1WEB
Er waren vanavond wel weer wat bijzondere voorvalletjes die het vermelden waard zijn.
-Dat Gerrit alweer kans zag een kampioenspretendent in toom te houden. Nog even en hij wordt onze reuzendoder, de Angstgegner voor al onze toppers. Ik vond het trouwens frappant dat Ron zich na afloop helemaal niet chagrijnig, maar grinnikend door ons kleine, maar gezellige zaaltje voortbewoog, fluisterend ‘Ik heb tenminste Gerrit weer even blij gemaakt!’ (Sportief toch!?)
-Dat Hans zich Bert van het lijf wist te houden, met zwart. En dat Bert blij mocht zijn om dankzij de bij Hans ontstane tijdnood een remiseaanbod geaccepteerd te zien. Hij had trouwens Hans gemakkelijk door zijn klok (6 seconden) kunnen jagen. Maar zo wilde hij niet winnen. Heel sportief!! Kijk daarom kunnen wij dus gekwalificeerd worden als een gezellig doch klein clubje.
-Dat Peter alweer (alweer) heel lang heel goed zat te schaken. Een beetje verderop zal ik u laten genieten van een prachtzet van hem. Maar daarna sprong hij traditiegetrouw weer erg slordig om met het mindere volk op zijn bord. Wat Ron Harmsen in de gelegenheid stelde tenslotte voor een kwaliteit niet minder dan 4 pionnen compensatie te verkrijgen en zo op waardige wijze afscheid van ons te nemen.
-Dat de honderdste (zoiets) partij tussen de vrienden Frank en Martin een allesbehalve vriendschappelijk verloop had.
-Dat al spoedig duidelijk werd dat Mark een welkome aanwinst voor ons kleine gezellige clubje kan gaan betekenen. Niet alleen omdat hij een scherpe opening koos die ik hier in jaren niet meer heb gezien, en dat is verfrissend. (Hollands, Leningrader) En dat hij ook blijk gaf daar flink wat ervaring mee te hebben. Wouter werd er duidelijk een beetje door verrast. (3.Pc3?). Wel bleef hij voorlopig redelijk overeind, maar Mark blijkt er ook een te zijn van ‘lekker aanvallen’. En dat leidde op zet 21 tot een ernstige fout van wit. Wouter gaf op bij zet 23 na stukverlies.
2S7A1103PaulWEB
Minder bijzonder deze avond dat Mink nog niet opgewassen was tegen Paul, en Ab niet veel in te brengen had tegen Thomas.
Hieronder nog wat m.i. smakelijke details en het leerzame commentaar van Thomas.
Martin speelde in de Siciliaan 2. …. a6. (O’Kelly-variant) Niet erg gebruikelijk, maar het kan, maar direct 3. c4 is dan niet prettig voor zwart. Frank speelde daarop echter 3 c3. Waarmee het op een Alapin gaat lijken. (Met een oneigenlijk …. a6). Zwart moet nu direct kiezen tussen …. Pf6 of …. d5 (Net als in het Morragambiet: 1 e4 c5 2 d4 cxd4 3 c3). Dat stelt Martin een zet uit 3. … e6 . En dat blijkt nu niet goed meer te werken. 4. d4 Pf6?
Frank – Martin (4…Pf6)
5. e5 Pd5 6. c4!!
Frank – Martin (6.c4)
Hier hebben inmiddels Pc7 en Pb6 en zeker Pe7 hun bezwaren. (In de ‘normale’ Alapin goede mogelijkheden) Maar toch wat beter dan waar Martin zijn toevlucht in zoekt. 6. … Da5+ 7. Ld2 Pb4
Frank – Martin (7…Pb4)
Tjonge! Moedig.! Gevaarlijk! Ingewikkeld. Eigenlijk toch niet goed. En dus toch interessant. Wit heeft even niks aan 8. a3. Doch dat is direct over na 8. Pc3. Maar er zijn hier veel goede mogelijkheden voor wit. Martin krijgt het erg moeilijk! Frank speelt de ene sterke zet na de andere. Na zet 14.Pc4 geeft de computer 5.8 !
Frank – Martin (14.Pc4)
14. . Dc7 15. Pxd6 Dxd6 16. Lg4 !!!
Frank – Martin (16.Lg4)
Zwart krijgt last van het nog steeds niet gerocheerd zijn
16. .. Lxg4 17. Te1+ !!!!
Frank – Martin (17.Te1+)
17..Le6 18 dxe6 fxe6 19. Pe4!!
Frank – Martin (19.Pe4)
De ene krachtzet na de andere. En dat blijft nog even zo
19 ..Dd4 20. Dh5+ g6 21. Dxc5 Dxc5 22. Pxc5
Frank – Martin (22.Pxc5)
Er staan twee zwarte pionnen aangevallen en een stuk. De zwarte koning staat onveilig. Dus dat moet uit zijn.
Maar het enorme voordeel wordt daarna met elke zet wat kleiner. Martin blijft het moeilijk maken. En Frank heeft geweldig gespeeld, maar daar wel veel tijd in moeten investeren. Dat begint zich nu te wreken.
Frank – Martin (29…Pf5)
Hier geeft het schaakprogramma 0.0 !!
En het wordt in de haast nog erger. Bij zet 32 verliest Frank een stuk. Na zet 33 geeft hij op. Martins kracht zit kennelijk in het ingewikkeld maken en onverdroten doorknokken. Wat een partij!!
De prachtige zet van Peter:
Peter speelt hier 1… Lg4!!
En daar kijk je toch niet zo gauw naar. Ik in ieder geval niet. Maar Peter moet hebben gezien dat als wit neemt op g4 hij zijn toren op a1 verliest! Dus kwaliteitswinst! De enige zet voor wit is hier Tf2, maar ook dan houdt Peter licht voordeel.
De aanval van Mark:
Wouter – Mark (20…Df5)
21 f3?? (Stockfish suggereert 21 g4 (met bijna gelijk spel) om een zwart g4 te voorkomen, waarna wit vastgesnoerd zou zitten op de koningsvleugel, waarna zwart naar de damevleugel kan gaan switchen) 21 …. exf3 en wit verliest altijd een stuk: 22. Txf3 Dxc2 wit geeft op.
De mislukte aanval van Bert
Bert – Hans (27.Pxg3)
27. .. Pe3 28 Tde1 Pxg429 h5 g5! en de voorgenomen pionnenstorm luwt volledig.
Thomas -in een vrolijke bui- over zijn partij. Van harte aanbevolen: leerzaam ,maar dit keer ook grappig.
Het was volle bak en voor aanvang was er al veel schaaktalent in de zaal aanwezig. Na een vraag over eventuele trainingen bood ik Ab een klein lesje in openigsvalletjes aan. Nu is Ab redelijk immuun voor akoestische interventies van buitenaf, dus dat beloofde nog wat voor de avond.
Thomas – Ab (8.Ld3)
in plaats van 8. …..Pd7 was ook al eens 8.. Pe7 gespeeld maar Stockfish vindt de zet van Ab het beste (maar +1,4).
Thomas – Ab (11…a5)
Na 11…a5 zag ik ten onrechte af van 12. a3 maar Pf4 is in principe een goede tweede. . De uitdaging van tegen Ab spelen is dat elke poging om naar het toilet te gaan, bij andere borden te gaan kijken of spullen opruimen in de kiem gesmoord wordt door alweer een nieuwe zet van hem. De partij verliep wel lekker voor me maar Ab wist door bekwaam afwachtend schaak zijn fort te verdedigen . De genadestoot liet op zich wachten en de situatie leek een beetje op een duelscene in een spaghetti-western waar beide partijen afwachten wie het eerst naar zijn holster grijpt. Als hij dit doet, doe ik dat. Maar hij deed steeds niet dit, en trok zich steeds verder terug tot het voor hem een steeds kleinere ruimte op een postzegel werd. Ondertussen werd mijn tijd steeds minder en een nieuw record toiletbezoek werd verbroken (zes minuten).
Mijn aankondiging van toiletbezoek werd tot grote hilariteit alom door Ab niet ontvangen. Weer de onverbiddelijke Ab die hoewel niet met kwade opzet, mijn klok indrukte. Een keer ging mijn meligheid wat ver toen Ab na zijn zet de klok niet indrukte. Ik zei: ” Ik wou nog wat zeggen, maar wat was het ook al weer?”. En na een klein minuutje ” o ja, je klok loopt nog. Ook een drankje aanbieden na de partij miste zijn doel, maar nu serieus:
Thomas – Ab (16…Pxa4)
Op zet 17 is mijn telefoon meer gecharmeerd van 17. 0-0 maar Db4 een goede derde. Uiteindelijk maakte niemand van dit voorrecht gebruik. De zet leek me echter meer forcerend.
Thomas – Ab (18.g4)
18. …Pd7
Na 18. g4 wil het apparaat nog steeds dat beide partijen netjes achter elkaar rocheren . De interessantste situatie ontstond na 21. Ta1
Thomas – Ab (21.Ta1)
waar ik hoopte op 21.. Pf5 en dan 22.Da8! of het speculatieve 22. fxe6 (ES: ??) , Db2 23. exf7+ met behoorlijke verwikkelingen maar bij de analyse achteraf vonden we wel kansrijke varianten. Het is natuurlijk wel zo’n variant waarop je als verdediger hoopt. In mijn wilde jaren won ik wel eens op deze manier tegen een overenthousiaste tegenstander. In de fase tot zet 25 begon zwart zich toch in een steeds nauwer hoekje terug te trekken.
Thomas – Ab (26.Ld6)
Na het stuk verlies ging het velden afpakken door en werd zo’n kwartiertje tips geven toch beloond met een mooie strijd.
Thomas – Ab (21…Lg7)
Overigens was ik op zet 22 eerst 22. c4 van plan, maar dan volgt 22.. 0-0 en na 23. Dxe7?, Db2+! met kwaliteitswinst. Een leuke truc op mijn 22. Ta2 was 22.. Db1 23. c3, Dh1? 24. Ta1! met damevangst. Rest mij nog te vertellen dat ik zaterdag naar een leuke simultaan van Dimitri Reinderman was in Zwaag met aansluitend een gezellige buurtbarbecue in het kader van Burendag. Ik stelde mij bij Dimitri voor als Arie Kaandorp uit Bovenkarspel maar daar trapt hij niet meer in!
Was er nog wat te beleven vanavond? Jawel. 12 schakers aanwezig. Twee nieuwe gezichten. Wouter v. Waardt
En Ron Harmsen.
Hoera!
6 partijen. Dat is bijna het maximum bij onze gezellige doch nogal erg kleine schaakvereniging! (Mij is ontgaan waarom we Matthijs niet meer zien. Dat was toch een enthousiaste!? )
Op de borden nog iets opmerkelijks te zien? Jawel.
lk moest wat eerder weg i.v.m. slechte weersvoorspelling, maar heb nog voldoende live kunnen waarnemen:
Ik dacht dar Thomas niet erg opschoot tegen Frank. Maar dat bleek later een zeer verkeerde conclusie. En toch is het – ook naar me later bleek- remise geworden. Ik vermoed dat Thomas daar zelf niet echt tevreden mee is. (Voor wederom zijn mooie commentaar zie verderop.) En ik vermoed dat Frank het wel best vond.
Ik zag dat Martin lef toonde met een Blackmar-Diemer-gambiet. Tegen Hans, die er niet erg van onder de indruk leek.
Dat Peter alweer (alweer!) heel lang prima speelde tegen Hugo. Later bleek me dat Hugo pas laat in het eindspel zijn pion voorsprong kon verzilveren.
Dat Paul lang nauwelijks vorderingen maakte tegen Wouter. Alleen een geïsoleerde pion op d5,maar dat betekent daar vaak nog niks. En het werd remise. Geen gek debuut voor Wouter.
(Later bleek me thuis dat er in deze partij veel meer aan de hand was dan ik had opgemerkt. En dat beide spelers vrijwel zekere winst hadden laten liggen, en Paul zelfs in de slotperiode.)
Dat Ron Harmsen (ook Purmerend?) bijna de hele avond in interne competitie en in vluggertjes achteraf degelijk schaak vertoonde tegen Ab. Afgezien van slechts één totaal onbegrijpelijke misser die hem een Dame kostte!
En dat Ron en Bert rond zet 18 in het Konings-Indisch in een stelling geraakten waar een zet of 5 vooruit denken voor nodig was. Wat achter mijn ouwe horizon begon te geraken en naar ik vermoed zelfs achter die van onze ex-kampioenen. Omdat het tot een onverwachte remise leidde.
Even wat nadere illustraties:
Hans tracteerde Martin op wat ik eerder -jaren geleden- omschreef als de lastigste variant tegen de Blackmar-Diemer. Met c6 en Lf5.
Er kan best nog wel wat gebeuren. Maar daartoe zijn missers van zwart vereist. En die maakte Hans niet.
(Een voorbeeldje dat het zelfs in de lastigste variant best leuk kan worden in een Diemer:
Het lukte Martin niet erg om gevaarlijk te worden, en in inmiddels echt slechtere stelling gaf hij een stuk weg.
Peter- Hugo Hoe Hugo die pion won? Aldus:
8. ….Dxd1 9. Txd1 Lxf3 10. gxf3 Lxe5
Dat Peter best wel wat compensatie had, moge blijken uit:
Zwart eindelijk rocheren? Dat gaat zomaar niet.
Het persoonlijk commentaar van Hugo:
Na de 6de zet van Peter, een korte rokade, dacht ik heel simpel met 6 d6 x e5 af te kunnen wikkelen naar een gewonnen eindspel (dat ontstaat na mijn 10de zet Lxe5)…….. maar daarmee kwam ik vreselijk bedrogen uit, want doordat Peter mijn korte blokkade blokkeerde met zijn 12de zet Lh6 kwam ik totaal niet tot tegenspel. Werd derhalve een zware en lange avond.
Voortaan moet ik dus echt wat beter opletten, want indien ik niet “lekker snel” op zet 6 d6 x e5 had gedaan, maar even langer/beter had nagedacht en had geslagen met mijn paard op e5 (ES: na Lxd7 volgt Pxd7!en na Pxe5 komt Lxb5 ) dan had ik waarschijnlijk een heel wat gemakkelijker avondje gehad.
Peter – Hugo (6.0-0)
Peter maakte het mij nu echt ontzettend lastig ondanks mijn kleine, maar gedegen materiaalwinst na een paar zetten. Uiteindelijk gaf Peter bij zet 48 op, maar hij had net zo goed nog een tijdje door kunnen spelen. Volgens mijn analyse zou ik hoe dan ook zeker winnen …… maar niet gemakkelijk en spannend tot aan het eind toe.
Ik denk, dat een wijze les voor zowel Peter als mij zou zijn om wat beter in de openingentheorie te gaan duiken, want daar laten zowel Peter als ik het nu nog regelmatig afweten. Aan de andere kant hadden Peter en ik op deze manier wel een leuk, plezierig en spannend potje ……. en dat is minstens net zoveel waard, maar eigenlijk nog meer waard, toch?
Een stelling met licht voordeel voor zwart bij Ab-Ron Harmsen:
Dc2 zou prima zijn. Misschien wilde Ron dat spelen, maar glipte fysiek de Dame te vroeg uit zijn vingers. Dat is mij ook wel eens overkomen.24. Dc3 ?? , tja, die liet Ab daar natuurlijk niet staan.
Later bleek me dat er wel wat meer gaande was bij Paul-Wouter. Van de variant van het Frans die ze speelden waren ze kenelijk beiden niet goed genoeg op de hoogte.
Ik ben gestopt met de rubriek Hersenfitness. Maar er is een stelling in hun partij die er zeer voor in aanmerking zou komen. Dan maar hier even:
Wat dacht u van Lxh3? Om even een variantje te laten zen: 19…Lxh3 20.gxh3 Dg3+!!! 21.Kh1 Dxf3+ 22.Kg1 Dg3+ 23.Kf1 Dxh3+ 24.Kg1 Pe5 enz.
In de rest van de partij ging de waardering wat op en neer. Meestal licht voordeel voor wit, soms licht voordeel voor zwart. Vanaf zet 35 groeit het voordeel voor Paul. Bij zet 39 is het eindspel eigenlijk wel gewonnen voor wit.
Als wit hier 40. a4! speelt om daarna het paard met a5 te dekken kan zwart wel opgeven. Paul schrijft dat hij dacht dat zijn paard toch wel kon ontsnappen en hij daarom dus eerst Kd4? speelde. Na 40. Kd4 Kc6 wordt het aanmerkelijk moeilijker en na een foutje bij zet 45 is het voordeel geheel verdampt. Een knappe prestatie van Wouter. Wel een boeiende partij voor Paul.
Wat meer over Ron-Bert van de witspeler himself:
‘Hierbij wat impressies. Het is altijd leuk om tegen Bert te spelen. Hij is tactisch heel sterk, zoals ook Thomas tegen hem in de simultaan mocht ondervinden. Ik weet dat Bert K.I. speelt en overweeg om dit zelf ook met zwart te gaan spelen. Die opening heeft veel tactische grapjes, zo bleek ook weer tijdens mijn partij. Daarom wilde ik het best oefenen, ook met wit. Bert vreesde dat ik wat voorbereid had en speelde daarom 5…., c6.
Ron – Bert (5.Le2)
Hij had niet helemaal ongelijk, ik heb ooit na 5…., 0-0 het scherpe 6. g4 tegen hem gespeeld. Maar dat was ik nu niet van plan. Ik had wel al naar het Averbach systeem (ES : met Le2 en Lg5, zonder c6 ) gekeken met 6. Lg5. Het favoriete 6…, e5 van Bert kost dan gewoon een pion na 7. dxe5, dxe5. 8. Dxd8, Txd8. 9. Pd5 (de pointe van Lg5). Wit is m.i. de enige dan met winstkansen. En ik wist nog dat als hij e5 dan uitstelt, ikzelf ook nog niet direct moet kiezen tussen korte en lange rochade en vele mogelijkheden heb. Maar verder ging mijn “voorbereiding” niet. Het spelen van c6 geeft zwart de mogelijkheid in diverse varianten te counteren met b5. Zwart kan dit ook verder voorbereiden met a6 nog en als wit dat dan verhinderd met a4 alsnog a5 spelen. Dit maakt dan de lange rochade voor wit onaantrekkelijk en geeft zwart de mogelijkheid via a6 een paard naar b4 te spelen. Je moet dus altijd wel een beetje begrijpen wat je speelt. Ik kon nu ook 6. f4 spelen, je kan hier immers ook op de 5e zet al voor kiezen en dan is 5…, c5 voor zwart de sterkste reactie, wat niet betekent dat c6 ook niet speelbaar is. Euwe was niet gecharmeerd van 5. f4 en noemde dit ooit “een reus op lemen voeten”. ( ES: Ja, maar dat was heel lang geleden. Ik weet uit ervaring dat Bert de moderne versies ervan niet prettig vond.) Maar ik koos voor 6. Lg5 om toch bij Averbach te blijven. Na zijn 6…., 0-0 is de meest natuurlijke zet 7. Dd2. Het is overigens allemaal nog bekend, zo bleek mij later. Maar f4 lonkte nu toch weer en ik weet dat die opstelling met Lg5 en f4 ook kan tegen de Pirc. Dus alsnog 7. f4.
Ron – Bert (7.f4)
Ook al was Bert nu ook voor hem in onbekender vaarwater, blijft hij de goede zetten spelen. 7…, Da5. 8. Dd2 is daarop het sterkste. Bert opperde later of hier 8. e5 een mogelijkheid was. Hij had goed gezien dat na 8. … Pe4 het slaan op c3 voor zwart dan niet werkt.
Analysediagram Ron – Bert (8…Pe4)
Maar na 8…, Pe4. 9. Lxe7, Td8. 10. Lxd6, Pxd6! gevolgd door gelijk c5 is het zwart die beter staat!
partij: Ron – Bert (8…h6)
Ook zijn 8…, h6 is nog theorie! Ik kan daarop 9. Lxf6 spelen, 9. Lh4 is scherper. Wederom speelt Bert de beste, 9…,e5. Hij besluit vervolgens een paard naar c5 te spelen met druk op e4.
Ron – Bert (12…Pc5)
Op zet 13 had ik dan ook alsnog Lxf6 moeten spelen, gevolgd door Tb1 (dreigt b4)! Mijn 13. 0-0 is in wezen een blunder. 13…., Db6! Tja, Bert is tactisch sterk. Na 14. Lf2 en Pfxe4!
Ron – Bert (14…Pfxe4)
bood hij tot mijn verrassing remise aan. Ik accepteerde, ik zag dat hij al minstens gelijk spel had.
(ES: Dit is de stelling die achter mijn horizon lag. Hieronder een speelbaar diagram met mijn problemen:
In de eerste na-analyse werd het ook remise, maar bij de 3e keer zagen we dat zwart altijd een pion voor blijft en goede winstkansen heeft. Ingewikkeld was het wel. Toch ben ik achteraf blij dat ik deze opening tegen hem uitgeprobeerd heb.
Meer over Frank-Thomas van de zwartspeler hoogstpersoonlijk:
De Steinitz-variant (de naam zegt het al) bestaat al sinds de 19e eeuw. Over het algemeen kan het handig zijn een oude variant weer eens van stal te halen. Tegen een speler die alleen de nieuwste mode volgt, kan het een mooi verrassingswapen zijn! Gelukkig speel ik een breed repertoire en ik kwam eigenlijk zeer prettig uit de opening.
Thomas – Frank (12…Le7)
In plaats van 13. Dc4 was ook al eens 13. f4 of 13. Dd3 maar vaak komen deze verschillen neer op zetvolgordes. De zet verhindert beide rokades, de korte is duidelijk vanwege het dodelijke aftrekschaak met het paard, maar de lange is misschien minder voor de hand liggend. Op 13… 0-0-0 volgt 14. Lb6! en wit wint tenminste een pion met aanhoudende dreigingen tegen de zwarte koning die nu een stuk van zijn “tuinhek” mist. Wit voltooide rustig zijn ontwikkeling en de zwarte stelling bleef onprettig. Dan zou je verwachten dat de genadeklap niet lang op zich laat wachten, maar Frank toonde wel aan (voor wie dat nog niet wist) dat hij zich niet zo makkelijk omver laat duwen. Ondertussen had ik dus het probleem mijn overduidelijke voordeel tot iets nog substantiëlers uit te bouwen. En dat is nu net het probleem waar schakers van hoog tot laag mee te maken hebben. Niet voor niets is er het spreekwoord ‘ niets is zo moeilijk dan het winnen van een gewonnen stelling’. Al is dat laatste misschien een wat sterk woord, maar een pretje was het niet voor zwart. Op een bepaald moment bedroeg het voordeel voor wit zelfs ruim + 2 volgensAnalyse This / Stockfish. Op zet 19 (na 18..g6) was ik zelfs zeer content met het gespeelde 19. b3
Thomas – Frank (19.b3)
maar volgens het apparaat was daar 19. exf5, Txf5 20. Db3 gevolgd door Dxb7 zeer sterk geweest (+2,5 /+3) maar ik wees deze mogelijkheid af omdat na 21.. Tb8 zwart op b2 inslaat en hij toch een beetje tegenspel lijkt te krijgen. Maar mogelijk heb ik dat verkeerd getaxeerd. Zie voornoemd spreekwoord! De belangrijkste stelling in deze partij (wat mij betreft) ontstaat na 22.. Kf7 .
Thomas – Frank (22…Kf7)
De zet 23. Td4 (waar ik zo trots op was) blijkt volgens het rekenwonder 0,0 te zijn omdat zwart gewoon de dame voor de tweede toren offert . Concreet 23. Td4, Pxd4 24. Te3, Dxe3+ 25. Pxe3+, Pe6 maar persoonlijk denk ik dat veel zwartspelers dat niet eens overwogen zouden hebben, je paard zo in de penning laten zetten. Waar ik wel naar gekeken had was het rustige 23. Df1 en de zwarte dame krijgt het erg benauwd (+5) en dan praten we wel over zeer goede zaken! Maar wat ik deed, leek me ook afdoende.
De zet die Frank speelde (23.. b5) was de op een na beste en het ontstane eindspel was wel beter voor wit, maar juist loper en paard tegen toren kan een lastige combinatie zijn, zoals ik in een eerdere bijdrage al eens aanstipte. Dit was ook weer zo’n voorbeeld. Na zijn remise-aanbod eerst te hebben geweigerd, dacht ik met nauwkeurig spel er wel doorheen te kunnen breken, maar dat viel tegen . Ik wilde de stelling wat te dicht houden want het blijkt dat het pierement ook 31. c5 als goede mogelijkheid aangeeft, alleen terwijl ik dit schrijf, wisselen de waarderingen nogal stuivertje.
Thomas – Frank (30…Kxe8)
Om van een vesting te spreken is misschien wat overdreven, maar zwart houdt zeker ook de tent goed dicht. Na wat laveren had ik het idee langzaam wat verder te komen, maar na 38.. g5
Thomas – Frank (38…g5)
had ik moeten voortzetten met 39. c5 en na bijv. 39..dxc5 40. Le5 zitten we weer op ruim +2,5. De dreiging van een doorbraak op h4 noopte me mijn loper terug te trekken . In de slotstand was er nog steeds wat voordeel maar raakte de tijd wat beperkt. Want zoveel meer dan Frank had ik niet.
Diagram 43 Kd3
Toen de vrede werd getekend was het dan ook zeer laat. Wel een boeiende en ook leerzame partij,, tevens zeer goed gekeept door Frank.