Alle berichten van Eddy Saraber

Afgang der junioren?

Was ik vorige week nog optimistisch over de stijgende lijn der juniorenprestaties, daar was na vanavond even niet heel veel meer van over.

Jasper speelde in de opening onnauwkeurig en werd in een miniatuurtje afgedroogd door Marko.

Bert hoefde zich tegen zijn veelbelovende zoon niet hevig in te spannen, speelde weer langdurig tam, wachtend op het moment dat het bij schakers beroemde knaagdier in het vizier zou komen. Dat  kwam, en daarna bleef het aangeschoten wild nog wat naspartelen, maar het was haast niet leuk meer om te zien hoe simpel doch genadeloos de strop werd aangehaald. Ach  misschien wilde Niels zijn vader in een goed humeur brengen omdat dat wellicht met het oog op de komende feestdagen en de daarbij horende surprises economisch verstandiger is.

Het beste deed Marco(wit) het tegen Gerrit. Rond zet 14 staat wit wat beter. Langzaam schijnt er een aanval op de zwarte koningsstelling op te bloeien. Wit's 20e zet leek mij op het eerste gezicht heel logisch, maar Gerrit toont aan dat die niet sterk is. Die krijgt daarna zelfs de overhand, maar mist de directe winst bij zet 23. Blijft nu echter het initiatief houden tot zet 30. Dan krijgt Marco de kans op terug te komen en in ieder geval op remise aan te sturen dankzij een aantal volstrekt logische, aanvallende zetjes.  Maar bij zet 38 kiest hij helaas een verkeerd plan. En komt er daarna niet meer aan te pas. Toch nog 38 zetten lichtpuntjes in de juniorenmalaise van vanavond.

Details:

Gerrit: Er waren in de partij een aantal keuzemomenten. 1. Na 13. ….exf4 Terugnemen met Pxf4 (partij), met Lxf4 of met g3xf4 ???? 

10Marco1  10Marco1

Houdini: 

14. gxf4!   Dd8?  (0.60)  (14. …  Dc7! (0.20 (voor wit dus) )        14. Lxf4?   Dc7   (-0.35 (voor zwart dus) )      14. Pxf4 Pg4 (op weg naar e5) (0.06)

Conclusie: 14. gxf4 is de beste ( zei ik toch al…! Maar …..   het verschil met Pxf4 is zeer klein. )

Partijvervolg  na 10Marco1-diagram:   14. Pxf4 Ph5? (Pg4!? of  Dc7!?)

 10Marco2 10Marco2.

Gerrit:  Misschien kan je in de analyse ook nog aandacht besteden aan de stelling die ontstond na 15. Lh3.

Houdini geeft in plaats van 15. Lh3 ( 0.45) als nog beter 15. Pxh5 gevolgd door e5. Of 15. Df3 (0.60) Pxf4  16. gxf4  En na  15.Lh3  vindt hij 15. ..  Dc7 de beste. (0.35, voor wit dus!) en waardeert 15. .. Dd8 als minder (0.70) en Pxf4 als een beetje minder (0.46) gxf4 De8

Gerrit:  Ik speelde 15.  …..Dd8. Deze zet was mede ingegeven om mijn paard b8 en daarmee ook mijn toren a8 tot enige activiteit te kunnen brengen. Maar ik denk dat 15. ……Pxf4 niet goed zou zijn geweest. Ook hier ontstaat weer dat sterke pionnencentrum, en de loper op h3 blijft gedekt staan.

ES: Ik vind Gerrit's redenering behoorlijk logisch. Houdini vindt dat  -denk ik-  ook wel, maar overweegt wrsch. dat een dame na 15. Dc7  opmars e4-e5 een beetje bemoeilijkt,  en dus het tempoverlies nog ergens een beetje goed voor is. Algemene conclusie is wel dat Marco wat beter staat.

Gerrit:  Na 15. …..f5 zoals door Marco gesuggereerd ontstaat voor zwart naar mijn mening ook geen prettige stelling.   Houdini  vindt Marko (in dit opzicht) een sufferd: ….  f5 geeft mogelijkheden voor allerlei tactische toestanden. Met slaan op f5 en offertje op e7 (6.49 voor wit.)

Algemene conclusie blijft dus wel dat Marco wat beter staat.

10Marco3 10Marco3

Gerrit:    16. PxLg6.  Was Pxh5 voor wit beter geweest?

Houdini: 16. Pxg6!  (0.72)       16. Pxh5? Lxh5  17. e5  dxe5  18. Txe5 Lg6  19. Lf5 Lf6  (0.15)    Nee dus.

10Marco4 10Marco4

 30. ……. Tff8.   "Was verdubbelen van de torens hier beter geweest ?"   Taf8    Ja , maar slechts een heel klein beetje beter. De beste zet is volgens Houdini  30. … Td3. Je gelooft je ogen niet. Wordt mijn Houdini oud? Krijgt zelfs hij senior-moments?  Ik heb lang nagedacht over de reden.  Ik denk dat Houdini nu al rekening houdt met het gevaar van een oprukkende vrije d-pion. Precies waar direct na afloop van de partij de beste stuurlui aan de wallekant (Bert,Eddy) zich mee onledig hielden. Had Marco met later ergens d6  minstens remise kunnen houden!? (Na 30. Td3 wordt dat veel lastiger.) Wanneer had trouwens dat d6 dan moeten plaatsvinden?

10Marco5 10Marco5

Nu dus. 36. d6! Marco durft dat nog niet en begint nu aan een actie met de g-pion en de h-pion. Geen slechte gedachte, maar d6 is misschien effectiever. Bijv. 36. d6 bxc4 37. d7 Td8  38. Td1 en in de verte worden de contouren van een remise zichtbaar.

Het echte slot van de partij was ook heel leuk. Misschien is alles nog eens leuk bij een 'workshop'. Al met al verloor Marco toch nog. Maar eervol. Gerrit:  Was een levendige partij en Marco deed het uitstekend…..  20. Pe4 bracht mij voordeel in kwaliteit maar dat hoefde niet fataal te zijn denk ik. Bij de 40e zet (Tf4) ging het pas echt fout.

10Marco6 10Marco6

Ook hier had Marco nog d6 kunnen proberen. Hoewel het hier niet meer voldoende is. Maar geeft zwart nog wel wat te denken.  40.d6 Pxd6  weg met die vervelende pion. Torenzetten zijn niet slecht, maar ook niet echt overtuigend. Dus 41. Pxd6 Txf1 42.Kxf1 Tf8+ (dreigt Tf6) 43.Pf7 Kg7 44.Lxc4 Txf7+ dit pionneneindspel moet gewonnen zijn voor zwart)

De spannendste partij was die van de jongere oudere tegen de oudere jongere:

Ron tegen Martin. Ron had weer heel veel tijd nodig. Martin speelde een gezonde variant tegen de Colle. Voor Colle-spelers is het lastig te bepalen wanneer in een Slavische zwarte opzet ( c6 en Lf5 , of zoals hier Lg4) moet worden overgegaan naar c4. Daarmee laat je de geijkte Colle-patronen los, en daar houden we niet van.  (Colle speel je omdat je de theorie van al die Damegambieten en Indiërs zat bent en toch gewoon leuke  patronen wilt hebben om te zijner tijd agressief  te worden.) Ron kiest voor gelijk maar aaaanvalllluuuhhhh.

10Ron1 10Ron1

7. g4!?    (7. c4! (Power Book, Houdini) )  Maar wit bereikt voorlopig niks. Zwart gaat op zijn beurt over tot actief tegenspel. Maar volgens H. iets te actief.

10Ron2  10Ron2

15. ..  Da5?  (exd4 16. Lxd4 Da5 omdat nu gelijk de pion op g5 instaat en Pc4 dus minder effectief is.)

Na 15. .. Da5 kan nu wel 16. Pc4! Dxa2 dxe5 of 16. Pc4! Dd5 17. dxe5 en zo kan wit in het voordeel komen. Het simpele 16. Kb1 lijkt geen slechte, maar niet goed genoeg. Na 16. ….  exd4 17. exd4 Dxg5 heeft wit geen voordeel. Na zet 19. Tde1 geeft Houdini  0.00, dus maximaal =.

10Ron3 10Ron3

Maar nu vergaloppeert  Martin zich:  19. .. Txh3 . Zeer verleidelijk. Maar dit verliest!  (19. .. Pf6! =)  Ook bij de beste zwarte antwoorden. Ron (en ook Martin) gaat dit haarzuiver en fouloos aantonen. 20. Thg1!  Dh2!  21. Pg5! Lb4! 22. Td1! Th5!

10Ron4 10Ron4

23. a3 La5  24. Pxf7 Tf8 25. Txg6! (+- ( 3.45)) (Na slaan op f7 volgt De8+ en Dxf7)  25 ..  Tf5? (In moedeloze uitzichtloze situatie blundertje toe. Tarrasch: Als de goede zetten ontbreken komen de slechte vanzelf)   26. Pd6+ en de toren op e5 valt.

Een nette overwinning van Ron. Een kleine onnauwkeurigheid van Martin ( na een prima opening) perfect uitgebuit.

Dan nog wat plaatjes van onze ernstig mishandelde junioren:

Jasper-Marko. Na zet 6. is er nog geen wolkje aan de lucht. Wel een serie  wederzijdse vergissinkjes.

10Marko110Marko1

6. ….  g5? (d6! of Pxd2!)  7. Dc2? ( en nu staat wit ineens verloren) (7. Lg3!)  Pxd2 (Lxd2!?) 8. Pxd2 (Pxg5)

10Marko2 10Marko2

8. ..  Lxd2 9. Dxd2 gxf4 en zwart staat een vol stuk voor. De rest speelt Marko met zijn ogen dicht. Na zet 22. geeft wit op.

Niels hield het wel wat langer vol, maar na zet 11 is het al niet meer met droge ogen aan te zien. Zwart krijgt een langzaamaan desastreus uitpakkende aanval, waarbij hij zich nog een enkele keer rustig het missen van de allersterkste kan veroorloven.

10Bert1 10Bert1

Na 24. .. f3+  25. Lxf3 Pf4 kan het toch niet lang meer duren. Bert speelt 24. .. Dh6 en na Pc3 kan wit nog een beetje vechten. Maar hij probeert  27. f3 En ook dan moet zwart toch nog even een beetje piekeren. "Ach er komt nog wel iets fouts!" Dat klopt. De Zwarte Dame gaat met wat gewapend personeel bij de Witte Koning op bezoek . En ze is de deur niet meer uit te krijgen.

10Bert2  10Bert2

De Zwarte Dame wordt steeds opdringeriger. Moet inderdaad nog wel wat manoevreren, want de Witte Koning wil niet. Maar die is in feite totaal machteloos. Zijn lijfwacht wordt zwaar uitgedund. Bij zet 40 heeft de Witte Koning er genoeg van. Hij strijkt het vaandel.

Dat was het dan weer. Zojuist vastgesteld dat dat drommelse Aris de Heer alweer extern gewonnen heeft. Op naar het volgende juichende verslag!

 

stand na ronde 9

Overzicht voor ronde 9, gespeeld op 18 november 2015

Wit

 

Zwart

Uitslag

Niels Kuijer

Marco van Wijk

0-1

Martin Zwanenveld

Bert Kuijer

0-1

Gerrit van Dok

Ron de Vink

½-½

Paul Verkooijen

Frank de Geus

0-1

Jasper Ittmann

Sven Damen

1-0

Jos Lohmann

Afwezig met geldige reden

 

Peter van Putten

Afwezig met geldige reden

 

Joop Kuijer

Afwezig met geldige reden

 

Marko Bosnjak

Afwezig met geldige reden

 

Ranglijst bijgewerkt t/m ronde 9

Nr

Naam

Punten

Wa

Gsp

Gw

Rm

Vl

Perc

1

Bert Kuijer

120,33

20

9

6

3

0

83,3

2

Ron de Vink

105,83

19

9

5

2

2

66,7

3

Paul Verkooijen

97,33

18

8

3

4

1

62,5

4

Gerrit van Dok

93,00

17

9

3

3

3

50,0

5

Frank de Geus

90,00

16

6

3

1

2

58,3

6

Martin Zwanenveld

87,67

15

8

3

3

2

56,3

7

Niels Kuijer

75,33

14

8

4

0

4

50,0

8

Marco van Wijk

67,17

13

8

3

1

4

43,8

9

Marko Bosnjak

63,00

12

5

2

0

3

40,0

10

Sven Damen

59,33

11

5

2

0

3

40,0

11

Jasper Ittmann

56,00

10

9

2

1

6

27,8

12

Joop Kuijer

35,67

9

4

0

0

4

0,0

13

Jos Lohmann

29,33

8

1

0

1

0

50,0

14

Peter van Putten

14,00

7

0

0

0

0

0,0

 

Externe 26 november

Beste clubgenoten,

Uw wepmeester was vast van plan u donderdag gezelschap te houden in Heer Hugowaard, maar hij blijkt verhinderd. Kaarten voor de Purmarijn moeten in juli al besteld worden en dan is de agenda van de NHSB nog niet klaar. Een donderdag leek hem wel veilig. Nee dus. Hij moet naar van der Laan en Woe.

Hoop dat jullie donderdag net zoveel plezier hebben als ik. Als jullie een verslag willen, stuur me jullie partijen en opmerkingen. Dan komt het goed.

Succes,

Eddy

Leuke (eind)spelletjes

Tegenwoordig houd ik me vooral bezig met halma en ganzeborden, maar toen ik nog echt schaakte ….  Dat was wel leuker.  Maar één bezwaar had ik er toch wel tegen: Jammer  genoeg kwam ik vrijwel nooit toe aan een eindspel. En dat is juist zo mooi van het spelletje. Maar ik was er ook wel een beetje bang voor. Vaak bood ik maar tijdig remise aan, nogal eens in betere stelling. (Ja, ik was altijd al een zenuwpees. Wat lang geleden Bert me al voor de voeten wierp.) Eén verkeerde zet en acht zetten later ontdek je dat je de winst vergokt hebt. Maandag 16 november 2015 zal voor mij de archieven ingaan als de dag van de leuke eindspelletjes.

Paul, even geheel in de war een toren ziende op een plek waar helemaal geen toren stond, bood Frank een snoepje aan in de vorm van een pionnetje, hoopte daarna nog wat met zijn ruime eindspelervaring te kunnen uitrichten, maar Frank speelde de toch ook weer niet supersimpele stellling snel en trefzeker uit naar een overwinning. Ha, Frank is er weer echt!

Bert, die alweer helemaal niet uit was op openingsvoordeel (een Carlsen-iaans tamme Caro Kann, een oude liefde van de familie Kuijer), hanteerde zodoende een heden ten dage zeer populaire voetbaltactiek: de tegenstander laten komen, de verdediging potdicht houden, en dan winnen met één snelle counter. Martin zoekt de aanval. Er is weinig tot niets aan de hand tot zet 36, als Martin (wit) op bijna onnavolgbare wijze een pion kwijt raakt, en daarna zwart op eveneens onnavolgbare wijze het pionneneindspelletje uitschuift naar winst.

Ik heb me er lekker mee vermaakt. Heerlijk zo'n eindspel als je het zelf niet hoeft te spelen.

Verder nog wat leuks?  Voor de buitenstaander wel. Zien hoe onze rising-star Niels uit hoger sferen ( na zijn successen de afgelopen weken) heel erg pijnlijk weer even teruggeworpen wordt op de harde aarde. Hij verliest in 12 zetten van Marco!! Na achter elkaar een zwakkere 7e, 8e, en 9e zet staat hij totaal verloren. Zoiets is alleen maar verklaarbaar als teken van tijdelijke zelfoverschatting. Nou dat is dan nu waarschijnlijk over. Zelfs een Niels moet af en toe goed nadenken voor hij zet! Marco denkt dit keer wel goed na. Na zet 12 erkent Niels schijnbaar vrolijk zijn plotselinge, maar waarschijnlijk tijdelijke, vormcrisis.  

Jasper mist weinig clubavonden. Opgewekt blijft hij zijn tegenslagen incasseren. Een week later is hij weer paraat. Sven is een paar keer niet geweest, maar ja, het is wel Sven: vaak onverstoorbaar  en goed geconcentreerd bezig. Voor mij is hij vanavond favoriet. Maar het loopt anders. Jasper laat zien dat de beste manier om beter te worden met schaken waarschijnlijk is : veel verliezen. Want hij speelt vanavond verbazingwekkend solide. Op de eerste 14 zetten heeft Houdini totaal niets aan te merken. Alweer denk ik: sommige junioren beginnen echte schakers te worden. Wit komt beter uit de opening. Niet omdat Sven het slecht doet, maar omdat wit nu eenmaal beter uit de opening hoort te komen. Maar dan gaat Sven een gebrek aan wedstrijdritme opbreken. Zijn 14e zet is zwak (kwaliteit weggegeven, want een loper even niet zien staan). Ik zie daarna Sven heel serieus en gespannen loeren op mogelijkheden om Jasper's  voordeel aan te tasten. Lukt niet. Maar Jasper's 24e zet is dan eindelijk een beetje fout. Bij een goed antwoord is wit bijna al zijn voordeel kwijt. Maar Sven ziet het niet! (u hopelijk wel, zie diagram verderop) Na Sven's antwoord is Jasper ineens weer helemaal bij de les, en doet de ene sterke zet na de andere. Waarschijnlijk omdat hij het advies van de ervaren schaakcoach volgt om bij voordeel op je handen te gaan zitten. Sven raakt er duidelijk moedeloos van. Je ziet hem denken: "Jasper, waar blijft je gebruikelijke blunder?" Die komt niet. En weer wreekt het gebrek aan wedstrijdritme zich: Sven blundert zelf op 28e zet. Ziet  even niet dat in de verte een dame naar een paard staat te loeren. Dus weg paard. Nu staat Jasper een toren voor. Sven blijft vergeefs nog 7 zetten op een blunder wachten. Niks daarvan. Dat Jasper bij zet 35 een mat in 1 niet ziet en een mat in 2 wel, is dat misschien te verklaren als een sadistisch pesterijtje  om Sven  zijn offday nog eens goed in te peperen? Natuurlijk niet. Daarvoor is de verstandhouding bij de junioren onderling veel te goed. Voor Jasper bij dezen: congretulations! Je speelde een – op slechts één iets minder zetje na – FOUTLOZE partij!

En dan was er een eigenaardige partij tussen Gerrit (wit) en Ron. Niet omdat het schaak zo boeiend was, maar omdat het wel interessant was om Ron eindeloos te zien piekeren en puzzelen, om een bres in Gerrit's verdedigingslinie te vinden. Dat lukte niet. Opmerkelijk!

Voor meer details begin ik maar met deze laatste partij.   Stelling na zet 15.

 9GerritRon0 9Gerrit0

Gerrit: "Slechts 20 zetten maar met name Ron heeft er een zee van tijd in geinvesteerd. Vooral bij  zijn 15e zet …. Lh6 dacht Ron heel heel heel ……. lang na. En achteraf was hij helemaal niet zo tevreden over deze zet."

Ron: "De opstelling met 6. e6 en later Ld6 -zoals jij al opmerkte- is natuurlijk beter. In de partij had ik niets aan die loper op g7 en dat komt natuurlijk omdat er geen c5 gespeeld is. Ik zag werkelijk geen plan en ik heb in de partij ook lang nagedacht. 15…, Lh6 is tegen e4 gericht maar is niet goed. Gerrit reageert ijzersterk met 16. b4! "

Gerrit: "16. b4  b6?  Ik had hierna een pion kunnen winnen door 17. Pb5. Had deze zet eerder wel overwogen maar dacht dat ik er niets aan had. Dus niet gespeeld.  Zwart had dus geen 16, …..b6 moeten spelen, maar waarschijnlijk zijn dame uit die vervelende indirecte penning moeten halen. Vermoedelijk was Dd6 dus hier het beste geweest."   (ES: Yes! En na 17. Pb5 sta je op winst.))

Ron: "16. b4! Wat nu? Ik zie de dreigingen al komen. Toen ik 16…, b6? speelde zag ik direct 17. Pb5 (die rotpenning) wat een pion en de stelling zou kosten. Na 17. b5 moet ik ook nog oppassen. ”   17. b5? c5! 18. dxc5 Pxc5   "Ik vraag mij af of ik niet met de pion op c5 moest terugnemen omdat Gerrit nu 19. Dd4 kon spelen. Ben benieuwd wat Houdini er allemaal van vindt."  Houdini: Na 17. …. c5 is er niet veel meer aan de hand. Na zowel bxc5 als Pxc5 is de stand ongeveer gelijk. Maar na zet 19. Df1 niet meer.

9Gerrit2 9Gerrit2

19. Df1??  De7?? "Na het betere 19….d4 zagen Gerrit en ik nog niet direct of zwart wel kan winnen. De ongedekte positie van het paard op f6 blijft lastig." Houdini geeft hier:  veel beter spel voor zwart na bijv.  20. exd4 Txd4  en wat moet dat gepende paard op d2 nu? Of:  20. Pd1 dxe3 (paard op f6 staat nu ook in!) 21. fxe3  Ph5 en bijv. 22. Pc4 Pd3 23. Lf4!! En plotseling zijn er matdreigingen.

Maar na 20.  Pf3 Lg7 staat wit slechts een fractie beter. Zwart begint onrustig te worden wegens zijn klok, en vertrouwt zichzelf even niet meer, en biedt nu zelf remise aan. Gerrit vindt het natuurlijk al lang best. Die zit al zetten lang reikhalzend uit te zien naar zo'n eervol resultaat tegen Ron.

De eindspelletjes:

Paul bereikt niet veel tegen de Draak-achtige opzet van Frank's Siciliaan. Paul gaat niet voor de "Joegoslavische variant" , waarom ik in de zeventiger jaren van mijn geliefde zwarte Draak ben afgestapt . (Wit speelt Dd2, een witte lange 0-0-0, en g4 en h4. Wikipedia: "In de hoofdvariant van de Draak, waarin wit lang rokeert, komen vaak zeer scherpe stellingen voor doordat wit aanvalt op de koningsvleugel (met zetten als g4, h4, h5 en Lh6) en zwart op de damevleugel (met … Da5, torens op de c-lijn, en vaak … Txc3." Hoort u het ook eens van een ander.   Sosonko was in zijn glorietijd een expert in de Draak, met zwart.)

Na zet 15. krijgt zwart het initiatief. En na 26. Tb1? beginnen zich donkere wolken boven wit samen te pakken. Wit had zelf 26. a5 moeten spelen en later Tb1, om de nu volgende zwarte reactie te dwarsbomen:

9Frank1 9Frank1

26. … a5! eenvoudig en sterk! Vooral als Paul nu een onverklaarbare misser begaat:  27. a3 ??? (Hij stamelt achteraf: "oh, ik dacht dat mijn toren nog op a1 stond") Dat zijn van die momenten die een mens zich zijn verdere leven kan herinneren en zichzelf nooit vergeeft. Dat wit een pion weggeeft is al beroerd, maar dat hij nu ook gelijk tegen de dreiging van een fors opgerukte vrijpion  aanhikt, is nog erger.

Frank gaat er eens goed voor zitten.

9Frank2 9Frank2

Hierna wint 32. .. Pxb3 33. cxb3 a2  34. Ta1 Tc2 op slag. Maar Frank's 32. .. d3 is nog wel ruim voldoende, en leuk, maar maakt het nog een beetje ingewikkeld. 33. Kd2 Txb3!  34. cxb3 a2! 35. Td1 a1D 36. Txa1 Pxb3! Wel allemaal ruim vantevoren gepland.

9Frank3  9Frank3

Ik stond ernaast, gebiologeerd te kijken. "Uit", dacht ik. Maar  daarna "Hoewel …. Dat paard raak je weer kwijt. En dan …. " Maar aan Frank's gelaat te zien, kende die geen enkele twijfel.  37. Kxd3 Pxa1 38. Kc3 Kf6  39. Kb2

 9Frank49Frank4

39. .. Ke5 (er zijn hier meer wegen die naar Rome leiden)  40. Kxa1 Kd4 om de witte koning de doortocht naar a5 te beletten. (Mocht wit het in zijn hoofd krijgen  met a5 enz. zelf een dame te willen halen.) Waarschijnlijk is dat niet eens echt nodig, maar het is in ieder geval een duidelijke strategie.  Zwart zet de pionnenboel op de rechtervleugel vast, tot de witte koning in tempodwang raakt en achteruit moet, waarna a4 verloren gaat, en zwart aan de triomtocht van zijn vrije a-pion kan beginnen. Ook goed is eerst Kd3 en als wit de pionnen op zijn koningsvleugel kwetsbaarder heeft moeten opstellen kan zwart zijn pion a5 in de steek laten en met zijn koning de witte koningsvleugel gaan opeten en daarna zijn zwarte pionnen op promotiepad te sturen. Maar dIt vereist veel telwerk. Wie promoveert eerder? Wit of zwart? Wat Frank doet is eenvoudiger! Hij stuurt aan op de volgende stelling (of iets dergelijks):

9Frank5  9Frank5

Na 47. Ka3 Kc3 valt de witte pion op a4. En wit houdt het voor gezien.  Wat aan de hand was laat zich eenvoudig formuleren: Wit moet ver van het strijdtoneel dat paard terug zien te krijgen, en die tijd gebruikt zwart om zijn koning (helemaal vanaf g7),  centraal op te stellen. Die staat dan veel beter dan de witte. Zo'n eindspel dat materieel gelijk staat, maar waarbij de witte koning in tempodwang raakt,  is dan toch kansloos voor wit.

Leuk hoor! Voor mij. Voor Frank! Voor andere toeschouwers. Voor Paul iets minder.

Ander leuk eindspelletje:

Martin- Bert. Nadat er 35 zetten langs niets anders is gebeurd dan een heel licht laveren tussen een fractie beter voor wit, voor zwart, voor wit, enz., in een vrijwel foutloos potje, staat het zo:

9Martin1  9Martin1

Met 35. …  Te3 valt zwart pion e5 aan. Het is even zoeken naar wat wit hier tegenover moet stellen. Houdini brengt uitkomst (Als ik Uitkomst een hoofdletter geef, wordt Houdini een krantenjongen. "Hèhè wat flauw!" Borrelt zomaar in me op. Waarschijnlijk omdat ik net de nieuwe Herman Finkers-uitgave heb uitgelezen. Sorry! Terzake!: ) . Houdini geeft 36. Td2!! Hoezo? Dan volgt toch ook Pxe5? Ja maar dan: 37. Kf2! Te4 (kan niet anders, paard staat aangevallen door de loper) 38.  Lxe5 Txe5 39. Td7+ en hierna wint wit zijn pionnetje terug. Ergens. Eén voorbeeld: 39. .. Kf6 40. fxe6 a6  41. Tf7+ Kg6 42. Te7 " Oja, natuurlijk, dat miste ik even. Dat ik dat niet zag…! Is toch maar zes zetten diep! Haha!"  Martin ziet het ook niet. Hij had hier dan toch als tweede betere gewoon  36. fxe6 kunnen spelen. Kxe6 37. Tf8 en na Pxe5 38. Ta8 moet wit het kunnen redden. Martin speelt in de diagramstelling: 36. Tf4? die ik ter plekke al niet echt begreep. Ik denk dat hij het komende kwaliteitsoffer had gemist. Bert niet!

36 ..  Pxe5 37. Kf2? (dus gewoon fxe6 zal wel moeten)

9Martin2 9Martin2

Txc3 !!!  38. bxc3  Pd3+  39. Ke3 Pxf4 40. Kxf4

9Martin3  9Martin3

En nu blijft zwart gewoon een gezonde pion voor. En heeft bovendien een veel mooier panorama voor ogen op de damevleugel! Zo mooi dat hij het zelfs niet nodig vindt om na 40. .. b5  41. Ke5 zijn pion op e6 te ruilen en zo een pluspion te handhaven. 41. .. a5! Knap hoor! En ook wat volgt is zo klaar als een klontje, zo helder als glas, zo logisch als maar zijn kan:

 9Martin4 9Martin4

42. fxe6 Ke7 43. Kd5

9Martin5   9Martin5

43. ..   b4!  Er is een toevallige gelijkenis met het eindspel van Paul-Frank. Materieel staat het nog even gelijk. Maar wit kan niet de verhindering van de creatie van een vrijpion op de damevleugel combineren met dekking van e6. Dus die pion is hij kwijt. en daarna mag hij van zwart de pionnen op de damevleugel onschadelijk maken, maar de prijs die hij ervoor betaalt is dat de koning  wordt afgesneden van zijn g-en h-pion, althans lang genoeg.  (Dit was ook thema in een bijvariant bij Frank.) 44. cxb4 cxb4 45. axb4 axb4 46. Kc4 (zal wel moeten) Kxe6 (ik bedoel maar) 47. Kxb4 Kd5

9Martin6  9Martin6

48. Kb5 Je zou denken 48. Kc3 maar wit komt er toch niet meer bij  48 …  Ke4 49. Kd2 Kf3 50. Ke1 Kg3 en de pionnen gaan eraan.  Er is geen goede zet meer voor wit.  Dus Kb5 dan maar. Het lijkt nog even leuk te worden na beider  hardloopwedstrijd richting g-lijn

9Martin7 9Martin7

54. Kf5 Kh4 en wit moet de dekking van de g-pion opgeven. Dat wordt te veel van het goede. Wit geeft op. Voor de minder geroutineerden ons best een leerzaam eindspelletje. Vandaar mijn uitvoerige aandacht ervoor.

Nu nog even het beloofde diagram van Jasper-Sven:

9Jasper2

24. Td3? De enige fout van Jasper in de hele partij. Nu ja, foutje. Had hem zijn voordeel kunnen kosten: 24. .. d4!  exd4  25. Dc4!   en omdat de loper veld e3 bedreigt kunnen de torens elkaar niet dekken. Wit verliest een kwaliteit. En na andere zetten gaat zwart vroeger of later zelf op e3 slaan  24.   ..  Dc1? geeft wit de mogelijkheid zijn probleem op te lossen! 25. Te1! Dxb2 en wit houdt een gezonde kwaliteit voorsprong.

Hier wil ik het bij laten. Succes as. donderdag! Helaas kan ik dan niet! Wilt u een verslag dan houd ik me aanbevolen voor uw partijen en reacties.

 

Miniatuurtje (ronde 8)

Ja er waren miniatuurtjes vanavond. Maar ik bedoel hiermee dat ik het deze keer zelf kort houd. Althans dat ga ik proberen. Dit  i.v.m. met een lichte doch buitengewoon hinderlijke ongesteldheid waaraan ik momenteel lijd. Ik accepteer even geen commentaar van u (bijv. over spelling en andere onbelangrijke aangelegenheden) want ik ben dus zielig!

Marco werd ingeblikt door Ron. Die was in een half uurtje klaar, en hij besteedde de rest van zijn avond aan het zich nuttig maken voor de club, door ons schaakkroost  les te geven. Vooral de ins en outs van de Philidor kwamen aan de orde. Maar – geloof ik – ook het Schots werd ontrafeld.En ik zag ze bezig met het Koningsgambiet.  Ik zag Marco, en later ook Niels en andere jeugdige overmoedigen Ron’s beschouwingen langdurig en met aandacht volgen. Wat Ron eerst ervoer als een nutteloze avond, werd zo toch nog iets waar hij met trots op kan terugkijken. Vind ik.

1.e4 e5 2.Pf3 d6 3.d4 Pc6? [3…exd4!? 4. Pxd4 Pf6]  4.Lc4 exd4 5.Pxd4

8Ron18Ron1

Hier speelde Marco 5 … De7 ?? Dat vraagt om problemen.  6. 0-0 Pf6 en je ziet de witte Dame-loper verlekkerd naar g5 kijken en het witte Dame-Paard kwijlend naar d5.  En de zwarte koning nog vergeefs hunkerend naar een veilige rochade. Zwart probeert het met g6 en Lg7, maar zwart is intussen zetten achter geraakt en dat kun je je met zwart niet veroorloven.

8Ron2 8Ron2

Zwart staat hier al compleet verloren.  Na 10. …  Dd8 11. f4! gaat zwart minstens een stuk verliezen dankzij de penning van Pf6. Over en uit. Een zet of 8 later gaf zwart op. Weer wat wijzer: géén De7!!

En werd Niels ingeblikt door Martin? Eigenlijk niet echt.  Martin speelde Koningsgambiet. Ik heb hem wel eens de Cunningham zien oefenen met Frank. 1. e4 e5 2. f4 exf4 3. Pf3

8Martin1 8Martin1

en dan 3. ..  Le7  . De Cunningham-variant. Meest gespeelde vervolg: 4. Lc4 Lh4+ 5. Kf1!

Maar het Koningsgambiet werd al in de 16e eeuw beschreven, en heeft sindsdien tienduizenden schakers eeuwenlang geïnspireerd. Zoals ik kortgeleden al schreef: Bronstein vond het prachtig. ‘Dat is pas schaken! ‘Wereldkampioen Boris Spaski speelde het geregeld. Zelden tegen zijn rivaal Bobby Fischer, want die was expert in een eigenvariant  met 5 .. d6  6 .. h6 en indien mogelijk g5. (Die vond dat wit tegen hem na 2. f4 verloren stond. En dat hij met zwart tegen God minstens remise had.)   Die speelwijze hield stand tot vandaag de dag in het computertijdperk.  Ja, die Bobby was een genie! Lange tijd was het koningsgambiet verdwenen uit de grootmeesterpraktijk, maar af en toe duikt het toch weer op. Dan speelt Ivantsjoek het bijv.  Of Short. Gevolg van een en ander : boekenkasten vol theorie en haast ontelbare varianten. Minder theoretische kennis vraagt de degelijke voortzetting (1. e4 e5 2. f4 exf4 3. Pf3)  …  d5  en na 4. exd5 Pf6. En dat leidt minder gauw tot de chaos op het bord waar wit het allemaal voor doet! Het is een pionoffer van zwart, waar hij een vlotte ontwikkeling en overzichtelijk spel voor terugkrijgt.

Maar Niels niet gehinderd door theoretische kennis speelt het logische 3. ..  g5. Dekken die f4-pion. Wij zijn niet bang! Waarna 4. h4 inderdaad de meest gespeelde is. Hierna is aan beide zijden van het AdH-bord de kennis op. Woeste toestanden ontstaan na het logische en beste 4. .. g4 : Het Allgaier-gambiet.  Niels 4 .. f6 is een ernstige fout. Wegens 5. Pxg5! en zwart wint.

Voor dit soort lollige dingen doet wit het.  Maar Martin niet! Die weet het ook niet meer zo zeker. 5. Pd4? En omdat dit de mooiere  schaakstellingen zijn, alleen geschikt voor de echte schakers,  gaan er vanavond nog talloze onnauwkeurigheden volgen. (5. .. d6? (5. .. h5!?) wit staat op winst  7. Lc4? (7.Pc3!?) 8. Df3? 8. .. Ph6? (8. .. c5!?) enz. Na zet 12. is er nauwelijks nog wit voordeel over. Na zet 13 …  Lf5? staat wit toch ineens totaal gewonnen.

8Martin2 8Martin2

(Nee, de zwarte dame en koning staan er echt zo bij!)

14. 0-0-0! Lg6 15. hxg5 Lh5 (fout, maar alles is nu fout) 16. gxh6 Lxh6 17. Dxd6 Dd7

8Martin3 8Martin3

en nu gewoon 18. Dxf6+ en zwart raakt nog een stuk achter. Uit dus.

Maar Martin speelt 18. Pe2? waarna zwart de dames zou kunnen ruilen en nog even doormodderen. Maar Niels is intussen volslagen murw en na 18. Lg7? 19. Pf4? (Lxf6!) geeft hij het maar op. Ja, wie Koningsgambiet speelt, doet dat niet wegens de correctheid maar voor de fun. Zo ook hier.

Ook bij Frank-Bert greep wit naar een niet volledig betrouwbare variant met 2. f4.   De De ‘Grand Prix-attack’:   1. e4 c5 2. f4  waarna meestal snel d5 volgt. Maar Bert vindt het niet nodig van de hem overbekende patronen af te wijken en verkiest gewoon 3 . ..  d6.

Dat kan nog best. Maar vreemder wordt het als hij 6. .. Da5? speelt.

8Bert1 8Bert1

7. Pb3 Db6 8. Pd5! Pxd5 (Dd8!?) 9. exd5 Pb8. En na al die tempoverliezen aan zwarte zijde staat wit toch echt best! Het lijkt erop of Bert bezig is met een wetenschappelijk onderzoek of de regel dat je de dame niet te snel in het spel moet brengen eigenlijk wel juist is. Vorige week zoiets dergelijks in zijn damegambiet, met wit. We moeten deze experimentele partijen maar voor de jongste jeugd verborgen houden. Didactisch en pedagogisch niet verantwoord dat ze die te zien krijgen. Of is het een ander experiment? Hoe ver kan ik op Carlsen gaan lijken, d.w.z. slap openen en toch winnen? Hij dreigt gelijk te krijgen. Bij zet 12. geeft wit wat van zijn voordeel weg. Maar heeft niets te vrezen.  Tot zet 17.

8Bert2 8Bert2

17. Lc7? (Die loper was toch slim naar b6 gewandeld om b7-b5 te voorkomen?) Kf8? (b5!!) 18. Te3? (Lb6!?, beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald) b5! Dodelijk! Als de witte loper zich terugtrekt naar d3 of e2 volgt Pxd5 met aanval op Te3 en op Lc7. Frank probeerde nog 19. Ld8, maar gaf op na bxc4.

Eigenlijk kreeg Bert het gewoon kado! Dus toch als Carlsen. Aan hem lag het niet, wel aan Frank’s onnauwkeurigheid. (Die miste nog wat wedstrijdritme?)

Gerrit-Paul

Paul: “Weer met overmacht remise gespeeld tegen Gerrit.”  Ik kijk altijd met plezier uit naar de grapjes van Paul.  Gerrit speelde tegen Paul’s Siciliaan zijn behoudende , risicoloze, afwachtende 2. d3. Paul maakt er iets Drakerigs van.

8Gerrit1 8Gerrit1

13. c4? Ergens bij Euwe las ik ooit dat je moet profiteren van dat gat op d5  door c3. Zwart kan geen paard kwijt  op d4, wit wel op d5. Houdini is het met Euwe eens. (Maar die is natuurlijk ook een leerling van Oom Max.) Bij Houdini staat 13. c3 op plaats 1 en 13. c4 op plaats 11!  13. ..  0–0 14.Pd5 Pxd5 15.exd5?

Gerrit: Vraag 1: 14. ….. Pe7xPd5. Wat speelt de computer hier: 5. c4xPd5 of e4xPd5?” Antwoord: 15.cxd5. (ES: Gauw zal blijken dat zwart f7-f5 van plan is, en daarom kan die e-pion beter nog even blijven staan.)  Hierdoor, en door een wat mindere 22e zet van wit (door Gerrit zelf in de postmortem al aangegeven) komt Paul iets gerieflijker te staan:

8Gerrit2 8Gerrit2

23. ..  Dd8 (23. .. f3!?  23. .. bxc4!?)  Gerrit: “Vraag 2: Ik speelde 24. Tf1c1. Door jou werd aangegeven dat hier Ta1c1 misschien beter zou zijn geweest. Waaraan geeft de computer de voorkeur?” Antwoord: Aan Tac1. Doch het verschil is minimaal. En de computer had hier nog liever 24. a4 gespeeld, maar ook met niet al te groot verschil!  24.Tfc1 en nu gaat Paul va banque spelen, en op de lange duur gaat blijken dat dit hem de partij had moeten kosten: 24. .. Dh4? 25. c5! dxc5? 26. bxc5 , en ineens staat wit beter. De zwarte aanval is niet sterk genoeg om het gevaar van die witte vrijpionnen te compenseren.

8Gerrit3 8Gerrit3

Gerrit: “Vraag 4: Paul speelde 28. …..Dh4. Ik had 28. ….. Dd7 verwacht. Was dat in deze situatie voor zwart niet beter geweest?”  Antwoord: Ja! Hij moet in de buurt van het witte gevaar raken.  Zijn eigen aanval is doodgelopen. Al gauw gaat dat blijken: Zwart blijft een beetje rond de witte koningsstelling aanmodderen en wit voert zijn pionnen rustig richting promotie. Na zet 35. is het afgelopen!

8Gerrit4 8Gerrit4

Na 36. Kf1 kunnen noch 36. … Txb7 (37. Dxb7+ Kh6 38. Tc7) noch 36. .. Dh1+ 37. Kf2 Txf3 (er is niks beters) 38. Kxf3 zwart meer redden. Maar Gerrit speelt 36. Kf2 En biedt remise aan. Paul veegt zich het zweet van het voorhoofd en murmelt “Ja graag!” Want ook nu staat zwart verloren. (36. .. Dg3+  37.  Kg1  of 36. .. Txb7 37. Dxb7 Kh6  ( Kf6 38. Tc6) 38. Th1! Dg3 39. Kg1)

Gerrit: “Vraag 3: Had Paul zijn aanval op mijn koningsvleugel beter kunnen uitvoeren dan in de partij?”  Antwoord: Nee!

Paul: “Weer met overmacht remise gespeeld tegen Gerrit.”  Gerrit: “(Hahaha!)   Je ziet, deze partij roept bij mij veel vragen op. Maar het was een erg leuke en spannende partij.”

Joop- Jasper

U weet : Joop speelt altijd de eerste helft van de avond goed. Het lijkt erop of het ook steeds iets langer duurt voor de eerste helft van de avond voorbij is. Jasper begint een onbesuisde aanval (te weinig aanvallende stukken) op Joop’s koningsvleugel. Maar Joop gaat onverstoorbaar zijn slimme gangetje.

8Joop1  8Joop1

Na 11. Pxc7 staat wit gewonnen! ( 11. . h6 12. Ph3 ) Maar hij speelt 11. h3 en staat ook dan nog steeds heel behoorlijk. Vooral als Jasper blijft doen of er op c7 niets aan de hand is. 11. .. Dh5? 12. Pxc7! Ld4???  Nu zou Df3, of De2 winnend zijn. Maar het gaat anders. Doch omdat Jasper  principieel wil blijven knoeien staat wit na zet 15. opnieuw totaal gewonnen.

8Joop2 8Joop2

16. Lxe3 Lxe3  17. Dxe3 en wit staat een paard en een toren voor.

Maar nu wordt het zelfs voor Joop te ingewikkeld,  en met 16. Pe6 verknoeit hij zijn prachtige eerste halve avond. Na nog een foute zet 16. … Lxe6 17. Pc7? ( Lxe3!) verliest hij zelfs. Ik stel voor dat de wedstrijdleider Joop in het vervolg zijn partijen op twee halve avonden laat spelen! Moet je eens zien hoe sensationeel dat gaat verlopen. Dan zou een alweer knoeiende Jasper (of Marco) geen schijn van kans meer hebben.

Dat was het. Ik hoop dat Jasper, Marco, Niels gauw beter worden. En ikzelf natuurlijk, maar in andere zin.

(Slotcorrectie heeft nog niet plaatsgevonden.)