Alle berichten van Eddy Saraber

Verslag interne , 21 maart

Ik verwachtte dat er wel weer veel afmeldingen zouden zijn. Het is ongelofelijk hoeveel corona-meldingen ik in mijn omgeving te verwerken kreeg de laatste tijd. Maar bij Aris viel het mee.

En ik had zeker niet voor niets de vreselijk lange busreis aanvaard van De Rijp naar Middenbeemster. Er viel wel wat te beleven. Slechts één remise.  Thomas gaf een kort hard lesje  aan Hans, Ron deed hetzelfde tegen Frank,  Paul hield prima stand tegen Bert, Cees-Jan Smits zat heel lang serieus te schaken tegen Gerrit, maar begon later op de avond in boeiende stellingen zijn respectabele inspanningen te verprutsen, en heel erg boeiend was Sven tegen zijn oude schaakpedagoog Martin. Want Sven leek nog midden op de avond absoluut te gaan winnen, zag toen waarschijnlijk spoken, en toen kroop Martin uit zijn schulp en herkreeg ineens zijn bekende tactische kracht. Het slot kon ik helaas niet meer bijwonen want ik moest de bus van 11.20 pm halen, maar de partij werd me gelukkig opgestuurd. Prachtig!

Het lesje van Thomas voor Hans

Weer een Svesnikov. Ik herhaal mijn deuntje nog maar eens dat bij zet zes  Pdb5 de beste is. (Maar wel om  theorie vraagt.)

Diagram5

Behalve bij 6. Pxc6 (vrijwel nooit goed in de Siciliaan omdat zwart er een sterker centrum van krijgt)  is bij bijna alle witte antwoorden ….Lb4 lastig.

Hans speelt 6. Lb3 waarop dus volgt Lb4!   Waarna wit het beste 7. Ld2 kan spelen. Helemaal geen leuke zet, maar dat moet dan maar. Op 7. Ld3 volgt direct d5.  Dat is bij al die mindere varianten de dreiging. Niks achtergebleven d-pion. Hans probeert nu f3 om pion e4 te dekken, maar dat werkt ook niet. Ook nu is direct d5 de beste, maar ook na Thomas’ 7 ….  a5  is er van het voordeel van de witte voorzet niets meer over. Omdat zwart d5 ten onrechte uitstelt lijkt wit toch nog wat mogelijkheden over te houden, maar veel is het niet. En met verder rustig degelijk spel van zwart verzeilt wit toch in een wat tochtige stelling, maar het kan nog net.

Diagram 15

Maar 16. Lc1?  Is echt fout, want nu raakt Tomas pas echt lekker op dreef. Na 16…. Lxc1 17. Txc1 Da3   De witte Koning krijgt het langzamerhand koud.  Dan is een laatste onnauwkeurigheid gemakkelijk gemaakt

Diagram 20

20 g4 ??? Wonderlijk dat deze fout zo  vaak voorkomt. Het is mij ook in vluggertjes nogal eens overkomen. Een pion in de koningsstelling is gepend! Niet zo lang geleden overkwam het bijvoorbeeld  Paul nog. (Dacht ik)

20 …..  Dxb3 schaak! Daarop zal Dxc3 schaak volgen. En volgens K. dan mat  in 14 zetten. Maar dat laat Hans zich niet meer aantonen. Die vindt een stuk achter tegen Thomas wat te ontmoedigend.

Gerrit en Cees-Jan(zwart) speelden een rustige opening beiden  correct. Maar bij zet 12 speelde zwart een minder mooie Torenzet die hem wat jeuk opleverde, en bij zet 14 bedacht hij een leuke variant die niet echt correct was, en zelfs een beetje pijn ging doen.

Diagram 14

14. …. c6?

Diagram 15

Met 16 Lxf7 kreeg wit echt voordeel. Een pion! ( gewoon 16. Lxc6 was nog beter)

Toen werd het zwoegen voor Cees-Jan. Hoewel wit verschillende keren de allersterkste zetten miste, bleef het keepen voor zwart. Gerrit deed wel de allerallersterkste bij zet 28, en toen zag ik er totaal geen heil meer in voor zwart.

Diagram27

28. Db6! 

Wat zwart na lang denken speelt, lijkt me evenzeer onvoldoende, maar omdat Gerrit op zijn beurt spoken ziet en een toren niet durft te slaan  zakt bij zwart de koorts een beetje. Maar hij houdt verhoging. 28   …….      d4 (om de dame naar betere oorden  te kunnen laten verhuizen) 29. Txd4  Dc6

Diagram 29

Wit kan gewoon de Toren slaan. 29. Dxa7 Bij de achteraf-analyse werd, na mijn vraag naar het hoe en waarom, geopperd dat zwart dan 29. … Ta8 had en de dame verloren ging. Ik was overtuigd. Ten onrechte . Prof Dr K ziet dan  direct  30. Pd5! met de dreiging van familieschaak.  Als zwart dat opheft heeft de witte dame dankzij het paard op d5 een vluchtveld op b6. Als zwart de dame toch op a7 slaat volgt Pe7 en houdt wit na terugwinnen van de zwarte dame een pion meer, en een kwaliteit meer, en een griezelig actieve toren  op de 8e lijn die waarschijnlijk nog een pion gaat verorberen.

Maar OK, na 30 Dxc6  houdt zwart ook behoefte aan  pijnbestrijders. Hij kan niet voorkomen dat hij de ene na de andere pion verliest. Als hij er vier is achtergeraakt sluit hij eerbiedig de ogen van zijn overleden koning. Had ook iets eerder gekund.

Het lesje van Ron voor Frank

Frank had geen zin meer in de hem en Ron bekende openingen en bedacht een flankspel.   1.  b3   

Grapjas, wat zet je nou op ons bord? Wat moet ik daar nu weer mee!”

Toen ik 65 jaar geleden serieus ging schaken was ik mijn openingenstudie begonnen met Reti en soortgelijke flankspelen. Verder wist ik nog niets voor wit. Bedoeling ervan was, had ik geleerd, uitstel van het witte centrum, even  afwachten wat zwart doet, en daarna alsnog beslissen weIke witte pionnen in actie moeten komen. Ik probeerde het al spoedig uit tegen het tweede bord van ons kweekschoolteam : Theo Slisser. Toen al een sterke clubschaker. Hij speelde toen mee om het jeugdschaakkampioenschap van Nederland. Hij werd later nog veel sterker en speelde altijd hoog in de KNSB-competitie. Hij is nu ook oud- uiteraard- maar schaakt nog steeds behoorlijk hoog. Slisser speelde destijds tegen mij direct e5 en d5. En daarna Ld6 en Le6. En de paarden natuurlijk. En ik had geen flauw idee meer hoe je daar iets tegenover zet. Ik verloor snel, en roemloos. Nooit vergeten! 

Ik was dus nieuwsgierig. Hoe gaat Ron dat aanpakken? In den beginne ook zoiets natuurlijk!

Diagram 4

Ik had geen idee hoe verder met wit. Frank wel. Die speelt snel 5. f4. Is misschien niet zo goed. Ron antwoordt 5.  …..   e4.  Dat leek mij redelijk, maar niet de sterkste. ( Ld6 !?) Zo krijgt die witte loper wel gelijk een mooie actieradius. Maar als Frank daarna zijn centrumaanval voortzet met d3 krijgt hij wel veel zwakke plekken in zijn stelling. Opening mislukt!

Diagram7

Nu had zwart met direct  7 ……  Lb4 gelijk flink voordeel kunnen behalen.  Maar ook na 7. …. Lc5 staat zwart wel beter.

Het wordt al gauw te ingewikkeld voor wit. Na 10 ….  O-0

Diagram 10

gaat het ineens hard  11. Lxb4 ?  Pxb4  12. Pg3  Te8

Diagram 12

Zwart geeft op. Begrijpelijk. Aanschouw de onderste rij met bijna al die onontwikkelde witte stukken en die ondekbare pion op e3 en u krijgt tranen in de ogen! Mislukte flankopening. Volgende keer beter.

Paul moest tegen Bert’s Siciliaanse Kann optornen. Dat deed hij prima. Zou hij intussen een boekje hebben geraadpleegd? Hij kondigde me enkele keren aan dat hij dat wel eens wilde gaan doen. Maar het kwam er nooit van. En toen nu van de eventueel niet geraadpleegde boekjes werd afgeweken deed hij het ook goed.

Diagram 13

Tot zet 13. Hij had beter zijn loperpaar kunnen behouden met 13. Lc2. 13. Df3  lijkt niet zo logisch. Hierna krijgt zwart wat initiatief. Bij zet 17 is de stelling aldus:

Diagram 17

Prof Dr K vindt de zwarte stelling wat beter ( -0.50). Zal dat loperpaar in open stelling wel wezen. Maar misschien heeft Bert geen zin meer, en is Paul al aan zijn naderende Omnikron-besmetting begonnen . (Beterschap Paul.) Ze houden het op remise.

Sven tegen Martin was het spannendst. Sven speelt tegen de Siciliaan 2.  Pc3, hetgeen men de ‘gesloten Siciliaan’ pleegt te noemen. Martin antwoordt met 2 …. a6, wat niet heel gebruikelijk maar best wel aardig is. En dikke kans dat de tegenstander dat nu juist nog niet zo goed bekeken of getraind heeft.  Sven’s 3. a4 staat wel in mijn database, maar pas op de 5e plaats, en met score 43.0, wat betekent:  negatief voor wit! Pf3 zal wel beter zijn. Maar Sven heeft snel f4 in zijn hoofd, dus dan maar geen Pf3. Na  ( 3. ..  e6  4. Lc4 Pc6) 5 f4 geeft K. aan dat zwart iets beter staat.  Dat gebeurt bijna altijd als wit vroeg f4 speelt. Het lijkt wel wat, maar veel is het niet waard. Maar zwart vervolgt niet op zijn sterkst en blijkt toch verontrust door dat f4 en gaat over op krachtige tegenmaatregelen. 8 …..  f5? Wat echter niet goed is.

Diagram 8

Na 9. Pg5 zou wit veel beter staan volgens K. Dat vindt Sven kennelijk ook. Martin krijgt een probleem met het ontwikkelen van zijn stukken en met het rocheren. Hij offert maar een pion, die toch al erg belaagd werd, om de narigheid een beetje te verminderen.

Diagram 16

16. …. O-0-0

En het werkt wel een beetje. Toch blijft het lang zweten voor Martin. Maar daar is hij goed in. Heel langzaam verliest Sven de grip op de stelling.

DiaGRAM 23

En hier is hij na 24. Lc3 alles van zijn voordeel wel kwijt. Wit had maar gewoon op f5 moeten pakken, maar hij ziet daar waarschijnlijk spoken.  Zwart begint aan tegenaanval te werken. (En daar is hij goed in.) En Sven begint nu ook te zweten. (En is daar kennelijk minder goed in. )

Diagram 32

33. Le1?  (33 Lf3  of   33 Tfd1) Pe5  En met alleen maar sterke zetten (in tijdnood?) houdt Martin zijn voordeel vast. Het wordt een eindspel met 1 pion meer, maar Martin heeft kennelijk gezien hoe hij er daar meer van te pakken zal gaan krijgen.

Diagram 37

Die zwarte toren staat veel actiever dan de witte. Tenslotte staat zwart 3 pionnen voor, en begint aan de mars met 2 van die verbonden soldaten naar een roemrijke horizon (waar de pot met goud ligt). Na 55 zetten geeft Sven op. (Had wel iets eerder gekund.)

Ik kreeg van Martin ook zijn eigen visie, en die laat ik hier volgen:

‘Een razendspannende partij, mede door Sven zijn opening met f4 en ik later (met de foute) f5.

Ik dacht dat de gespeelde variant na f5 wel goed voor mij zou zijn. Maar ik heb 10. Pe2 over het hoofd gezien. Gelukkig weet d5 erger te voorkomen, maar op dat moment sta ik al ruim 2 punten achter op de op de engine.

Dit met name omdat ik niet meer kan voorkomen een pion te verliezen.

Ik geef die pion uiteindelijk om te rocheren en mijn stukken zoveel mogelijk te ontwikkelen.

Op dat moment staat Sven zeker nog beter maar is het niet zo duidelijk te zien hoe het nu verder moet. Rond zet 18 geeft Sven mij wat te veel tijd om mijn structuur weer goed te krijgen en langzaam wat meer in de partij te komen.

Ik win op 23 Lxh2 weer die pion terug, 23 Lc3 is voer voor discussie, ik denk dat Sven bang was voor Td4 maar deze zet is niet goed genoeg door allerlei tempo’s waardoor ik een sterke pion loper combinatie krijg op f4 en g3.

Dat voordeel weet ik te behouden en op het juiste moment de dames te ruilen. De situatie is dan moeizaam voor Wit en het is gemakkelijk een foutje te maken. Daar komt bij dat rond zet 33 Sven binnen de 20 minuten van zijn tijd kwam.

Een dodelijke combinatie die ik niet meer uit handen gaf door een voorzichtig eindspel te spelen en geen fouten meer te maken. Het was ruim na 12 uur voor we elkaar de hand schudden.


Wederom een zeer vermakelijke partij maar wel heel erg spannende partij. Wat is Sven toch een goede schaker geworden!”

Dat laatste daar ben ik het mee eens. Maar ik vind dat ook van Martin.

Eindcorrectie moet nog plaatsvinden

Verslag 14 maart intern

Bijna alle zwaargewichten waren er. En voldoende midden- en welter-gewichten om een interessant programma te kunnen bedenken. Al waren er ook zwaargewichten die zo te horen misschien beter thuis hadden kunnen  blijven. Nog onvoldoende van vorige blessures hersteld?

Een mooi zaaltje vol.

Er was ook een nieuw gezicht. Dat is prachtig. Ik bedoel niet het gezicht – dat ook natuurlijk- maar het feit dat er alweer een nieuwe potentiële strijder voor ons clubje komt kijken.

Plaatjes groter?Klik erop!

Een sportief mens, dat viel direct vast te stellen. Al snel in de eerste ronde werd hij door Ab harteloos tegen het canvas gemept. Maar hij deed er niet moeilijk over. Hij slikte het, als een man. Ik was benieuwd , misschien lang niet getraind, of te weinig wedstrijdervaring, en dan  even wennen . Hij had duidelijk in dat eerste potje weinig verwondingen opgelopen en hij trok welgemoed de handschoenen weer aan voor een tweede ronde. En mooi zo, die won hij. Ab verwaarloosde even zijn dekking, en daar ging die. Goed voor het Smit`s moreel. Ab mopperde nog wat , waaruit waarschijnlijk zou moeten  blijken dat hij het eigenlijk had moeten winnen, maar zo reageert  hij altijd. Daar moet je niet op letten. Dat ook Cees Jan Smit alweer een recente aanwinst voor ons clubje  zou betekenen, net als Sven, Hugo en Hans , bleek me toen hij daarna in een vriendschappelijk  potje een geheid remise-eindspel tegen Gerrit wist te winnen.  Dat lukt niet iedereen! Dus nu maar hopen dat hij net zo tevreden is met ons, als wij met hem.

Tot `leeringhe ende vermaecke` dan nog maar even waar het in die eerste partij misging:

Cees-Jan was met zijn tweede potje tegen Ab ook gauw klaar, want samen maakten ze er even turbo-amusement van. Dat daarna Gerrit tijd had om tegen hem te sparren, kwam doordat Gerrit vanavond tegen Thomas moest. ‘Dat wordt een zware avond’ fluisterde Gerrit me vooraf toe.’Hangt ervan af,’zei ik ‘Tegen Thomas kan het zijn dat je in 10 zetten al uitgeteld wordt.’ Dat gebeurde niet, maar het was wel tamelijk snel gebeurd. Gerrit deed het een poosje lang niet slecht, maar ja zijn favoriete  Philidor, daar heeft een heer Broek natuurlijk al gauw niet veel moeite mee. Een plaagstootje links, een schijnbeweginkje rechts, en al gauw hapte Gerrit naar adem. De knock out was voor  het publiek wel grappig, maar zal Gerrit niet leuk gevonden hebben. Zijn notatieboekje verdween al snel in zijn tas, en ik durfde hem er niet om te vragen. Hij had duidelijk nu meer behoefte aan een verzorger.

De witte stukken kwamen vervaarlijk opzetten, maar echt fout ging het voor hem pas bij zet 16:

Na 16. … Te8 valt er best nog te boksen, maar na 16. .. Tb7 gaat het mis. Gerrit probeert nog een stukoffer, omdat een normale voortzetting er al niet meer is, maar dat haalt niks meer uit.

Na  zet 25 gebeurt het volgende

25.  Kg2   Txe7  26. fxe7  Te8  27. Df8+ met mat op de volgende zet.  De zwarte koning is even groggy en wordt per brancard afgevoerd.

Bert tegen Ron. Die toonden elkaar hoeveel respect ze voor elkaar hebben.  Wat kleine stootjes, maar meer zat er niet in. Geen grote risico’s nemen. Voor je het weet heb  je van zo’n tegenstander een linkse hoek te pakken. Ron speelde een Taimanov(of Kan)- variant van het Siciliaans. Een lijfopening van Bert. Ik denk dat Ron  wel eens wilde zien hoe Bert zelf zoiets aanpakt, voor als hij zelf een volgende keer wit heeft.

Bert - Ron (4...a6).jpg 4

Gebruikelijk zijn hier 5. Pc3 of 5. Ld3. Bert probeert het eens met 5.  c4  Veel minder gespeeld , maar het lijkt best even sterk! En wit krijgt een betere stelling  (1.00)

Bert - Ron (11...0-0).jpg 11

Maar 12. Pa4 is misschien niet de beste (Lxc5  en Tad1 1?) Bij zet 15 eindigt het duel onbeslist. Wit staat misschien nog een fractie beter, maar de wenkbrauwen zijn nog heel en blauwe plekken nog niet zichtbaar.  Maar met minder wederzijds respect waren ze misschien nog even doorgegaan. Hadden ze elkaars dekking nog even getest.

Bert - Ron (14...Ld7).jpg 14

Vrijdag kreeg ik nog het commentaar binnen van Ron. Omdat ik mijn bovenstaande verhaal al had staan, druk ik hieronder alsnog zijn mail af, waaruit moge blijken dat ik aardig raak zat met mijn opmerkingen over de Kann-variant en de bedoeling van Bert.

“Ik vond het dus wel dapper van Bert dat hij 1. e4 opende. Maar hij weet ook wel dat ik dan de Kann ga spelen, maar die kent hij natuurlijk zelf ook goed en beter dan ik. Bert speelde de opstelling met c4 omdat hij daar zelf ook de meeste hekel aan heeft. Volgens mijn boekje kan ik beter Pc6 uitstellen en Pf6 en Lb4 spelen als hij de loper naar e2 speelt. Dat dwingt dan f3 af en kan zwart een normale Hedgehog stelling opbouwen. I.p.v. h6 overwoog ik daar ook h5, dat bleek bij de na-analyse niet zomaar te weerleggen (dreiging Pg4 is toch vervelend), wit kan overigens wel Dg3 dan spelen. Nu bleef de stelling toch redelijk in evenwicht. Best leerzame partij voor ons beiden. Terechte remise.”

Martin-Frank

Ook weer een  Tajmanov. Martin doet het 7  zetten wel goed, maar de 8e zet (b3) zou ik zelf nooit spelen. Je ziet hem nooit, dus zal het wel niet de tactiek zijn om de tegenstander met je voorzet in problemen te brengen.

10. f4?  Lf6

Frank: “Wel zag ik in de opening dat f4 niet goed was.
Ik kwam al snel beter te staan vond ik en heb het verder redelijk goed gespeeld tot het moment dat ik onder tijdsdruk kwam.” “Ik kijk uit naar jouw en Dr K hun mening. “
  Nou wat Frank vindt,  dat vinden hunnie dus ook allemaal!

Bijv. bij zet 14 heeft zwart echt flink voordeel.

Wat doet wit met die onontwikkelde damevleugel? Rondlopend dacht ik: ik zou maar La3 proberen. Maar daar ziet Dr K. ook niks in. Die laat dat hele rijtje dame-stukken gewoon maar staan. Die ziet dus kennelijk ook geen oplossing voor het probleem.

Martin speelt 14. Ld2 waarna K. naar -2.00 schiet! Dus  -+

Daarna vecht Frank lange tijd niet ‘redelijk goed,’ maar gewoon goed!

Frank: “Het werd een latertje en we zaten op het einde beiden in tijdnood.
Dat is ook wel te zien aan het feit dat ik 2x de winst miste.Ik zag spoken op het moment dat Pc3 winnend was

en miste na Lb7 het simpele paardenvorkje Pe2 om de dame te winnen.”

Dat is waar. Alleen door tijdnood te rechtvaardigen. Maar te zijner verdediging moet worden aangevoerd dat hij daarmee nergens zijn overwinning in gevaar bracht. Hij stelde het alleen een beetje uit. Martin hing murf in de touwen, en daar veranderde de tijdnoodmissertjes niks aan.  Martin probeerde nog wat de clinch op te zoeken, maar kon de nederlaag daar toch niet mee voorkomen. De scheidsrechter pakte de arm van de winnaar en stak die omhoog! Maar het was zo laat geworden er zat geen mens meer in het publiek om die toe te juichen!

Hans tegen Paul.

Vast ook wel wederzijds respect, maar hier ging het toch anders. Hans wilde nu toch graag weer eens zijn aanvallende stijl zien winnen. Lekker eindelijk weer eens een goed doorkomende uppercut. En Paul had zoiets van: ik sta best iets hoger op de elo-lijst, en dat moet nou maar eens duidelijk worden. Die twee hebben natuurlijk nog lang zo vaak niet tegen elkaar gebokst als Bert en Ron, dus er is nog geen echte duidelijkheid.

In de Siciliaan ging ook Hans voor 3. b3. Zoals ik hierboven al opmerkte: niet mijn piece of cake. Het antwoord van Paul was ook niet heel erg gebruikelijk:  4. …. e5. Maar wel pricipieel. ‘Laat maar eens zien dat die loper nou nog eens iets doet’ Daarna werd het een aftasten van de verdediging(zwart) en de aanval (wit). Rond zet 17 krijgt zwart wel door dat de witte stoten nog steeds weinig resultaat opleveren en gaat zelf in de aanval. Met al zijn pionnen op de damevleugel en een stiekem meeloerende koningsloper op de achtergrond. Goed die kan nu nog niets, maar als ooit die pion op e5 in beweging komt!

  17

Eigenlijk volgens het boekje. Probeer jij aan te vallen op mijn linkerflank, dan ga ik terugmeppen op mijn rechterflank. Zullen we wel eens zien wie het eerst doel treft.

Het lijkt of de witte aanval een beetje is vastgelopen. Hoe moet dat verder?

  21

De stand is gelijk.  Wit bedenkt een plan op afstand. Hij vertrouwt erop dat ook de zwarte aanval niet veel zal uitrichten en neemt de tijd voor een hergroepering. Hij gaat via 22. Ph1!?   23.Pf2  25. Ph3  het paard naar g5 te brengen. (28. Pg5). Leuk bedacht, maar de vraag is of dat paard daar nu zoveel meer doet. De  aanvallende bewegingen van zwart leveren hem een pion op. We zien bij Hans wat we vaker bij hem gezien hebben: risicootjes nemen, want aanval is de beste verdediging, en dan toch ineens blauwe plekken hebben opgelopen. Ik kreeg het idee dat Paul dit misschien toch zou gaan winnen. Maar door waarschijnlijk een moment van zwarte onachtzaamheid krijgt wit een pion te pakken.

  31

31. Dxb4!

Of zou toch wit het nu gaan winnen?

Zwart probeert met veel schijnbewegingen wit te verontrusten. Dat lukt wel aardig. Het is een poosje de vraag of die iets heeft aan zijn pion meer.

   35

Volgens K. had zwart nu het beste maar wat hen en weer kunnen gaan schuiven. Een fatale klap lijkt er dan niet meer in te zitten. Dan dreigt een slot op punten, onbeslist.

Maar Paul was toch van plan om vanavond te laten zien dat hij best wel de sterkste van de twee is?  Ja, daarom gaat hij weer over tot actie. Die hem eigenlijk alleen in de problemen dreigt te brengen.  36. …  f6   37. Ld2! ,  f5?  En nu zou volgens Komodo wit met een pionoffer op d4 en het via de a-lijn op dreef brengen van zijn dame de zwarte koning in wat problemen kunnen brengen. Maar dat lijkt me niet iets voor gewone sporters. Meer iets voor een wereldkampioen zwaargewicht. Dus dat laat ik maar even zitten.

Wit doet het anders , ook niet gek, en lijkt toch ook nog iets zonder een pluspion te kunnen doen. Althans volgens Komodo. Met Db5 en Lb4 (of Loper a5). 

    39

De oorzaak is dat de zwarte Dame een beetje uit de buurt van het strijdtoneel is geraakt. Het kost tijd om die weer op de goede plek te krijgen. Maar als je die stelling ziet begrijp je gemakkelijk dat de mannen zelf tot een ‘onbeslist’ besloten. Al met al een aardig gevecht tussen een aanvallende stijl en een   `kom maar op want mijn tijd komt nog wel`-stijl.

Dat was het dan weer.

Eindcorrectie heeft nog niet plaatsgevonden.

Wedstrijd Extern:  Waagtoren N4

Wegens Corona-gedoe thuis kon ik er niet bij zijn dit keer. De uitslag viste ik van de NHSB-site, en tot nu kreeg ik twee partijen binnen. Met commentaar. Waarvoor dank.   (En later ook nog een verslagje van Martin, zie verderop)

Martin:      “Wederom een solide Engelse partij. Dit keer tegen het Hollands. Het zal vast kunnen,  maar volgens mij heb ik er nog nooit van verloren. “

(Eddy:  Deze opmerking joeg mij het schaamrood naar de kaken. Ik laat u straks nog weten waarom.)

Martin: “Na wat rekenwerk speel ik 8. c5 alhoewel de pc er niet van gecharmeerd is, ben ik dat wel. Slaan van c5, of bijna elke andere variant ondermijnt het zwarte centrum. (ES: ??)Het vergde wat rekenwerk maar bij doorschuiven vond ik Pg5 aan het einde van die variant.”

MartinExtWaagtPg5

   Martin “Zo gebeurde het ook, en zo zou ik een pion winnen. Echter is deze stelling ook nog gevaarlijk voor zwart en hier gaat het voor hem dan ook mis.” (EddY: De comnputer geeft hier al enkele zetten veel beter spel voor wit, ook veel meer dan ter waarde van een pion! Wat niet wegneemt dat het voor zwart helemaal een puinhoop wordt na  12 Db3!   Van iemand die Hollands speelt kun je verwachten dart die heel erg oplet of er geen akelige binnendringers zijn die zijn koningsstelling (immers een beetje lekke) kunnen belagen.  Vooral via de lange diagonaal a2- g8! Dan ga je toch minstens overwegen of het niet tijd wordt je koning eens op h8 te zetten. Dat wist zwart in deze partij vast ook wel! Maar ja, had er misschien eventjes niet op gelet!

Ik weet van nog iemand die zoiets overkwam! Brrrr. Ondergetekende! Tegen wie ? Juist, dat was tegen ene Zwaneveld! Het verschrikkelijke onheil vond plaats op 7 febr. 2012! Ik heb het mezelf nooit meer vergeven.

  Zwaneveld Martin – ES (21.Db3+)

Na 21. Db3 + Kh8  22. Dxb7  was het voor zwart gauw afgelopen. In 2012 was ik toch echt nog wel wat te goed voor dergelijke stommiteiten!  Misschien dat deze ontboezeming heer Duijs tot enige troost kan strekken. “)

Martin: “Het uitspelen verdient niet helemaal de schoonheidsprijs maar ik verloor veel tijd met rekenen en wilde het natuurlijk niet vergooien. Dat viel uiteindelijk mee, een solide 1-0.”

________________________________________________________________________________

Frank:

Hierbij mijn externe partij tegen Ronald Kamps.
Ben geen moment in gevaar geweest. Had het eerder kunnen afmaken als ik Df6 
(ES: ????)  had gezien, maar voor mijn gevoel was de buit al binnen.”

Eddy: Het was een nette Grand Prix Attack. Het is lastig te zien dat bij gelijke stand rond zet 9 de zet 9. … Pd7 niet zo goed is.

Frank – Ext (9.e5)

  Zwart schijnt eerst op e5 te moeten ruilen, en pas daarna Pd7 te moeten spelen. Omdat anders wit zelf op d6 slaat en daarna een prachtig paard op e4 nestelt en de zwarte loper op d6 dan niet zo lekker staat 9…  Pd7? 10. exd6 Lxd6 11. Pe4!  En zo gaat het in de partij!

Ik moet zeggen dat ik erg onder de indruk raakte van de volgende zetten van Frank.

 

Frank – Ext (11.Pe4)

11. …  Lc5 [wat moet zwart nu met zo’n ding?] 

11…Pxd4 12.Dxd4 Le7 13.Dxg7;

11…Le7 12.f5!;

11…Lb4 12.f5] 

12.Pxc5! Pxc5

13. Dh5 !

Bij het naspelen dacht ik eerst: Is dat nu niet een beetje voorbarig? Ok, die valt daar het Paard op c5 aan. Maar dan haal je dat weg en doet die dreigende Dame daar toch niet zo veel. Die moet toch weer terug! Maar zo eenvoudig blijkt het niet.

Een paar voorbeeldjes:

Frank – Ext (13.Db6)

 13. …… Db6 [dit werd gespeeld]

Andere zetten:

13…Pa6 14.f5! 0–0 15.Lxc6 bxc6 16.f6+–;

13…e5 0 14.Pxc6 bxc6 15.Dxe5++–;

13…Pe4 14.Te1 Pf6 15.Dc5+– voorkomt rochade;

13…Pd7 14.Pxe6+–

De manier waarop Frank het uitmaakt is indrukwekkend. En diep!

Frank – Ext (13.Db6)

13. …. Db6

14.Le3!! [Heel knap gespeeld! Daar moet  op gestudeerd zijn. want je denkt dan gelijk: die loper staat even ongedekt, kan dat kwaad? Vaak is zoiets link! Frank besluit : Nu dus niet!]

14…g6  Het kan ook nog wel anders , maar niet beter. 15.De5! 0–0

Frank – Ext (15…0-0)

16.Pxc6! bxc6 17.Lxc5 Dxb5

Frank – Ext (17…Dxb5)

18.a4! Db8 19.Lxf8 Dxe5 20.fxe5

 Frank – Ext (20.fxe5

20. Kxf8

En zoiets wint Frank wel. Vooral als hij dan ook alweer kans ziet om twee torens op de 7erij te verbinden.

Frank – Ext (27…Txb2)

28.Txf7 Txc2 29.Txh7  opgegeven

Knap hoor!  En nu maar hopen dat die mijnheer nog even bij ons eenvoudige kluppie wil blijven spelen.

______________________________________________________________

Martin:   Ik heb deze week heel weinig tijd gehad door nogal hectische laatste weken. Hierbij even een kort verslag van de avond. Mogelijk dat jij met nog ander ontvangen materiaal hier iets van kan maken.

Wij mochten de schakers van de Waagtoren ontvangen en daarmee onze eerste externe partij op onze nieuwe locatie.

Al vroeg was iedereen aanwezig en met 6 borden aan tafel was dit eigenlijk een perfecte locatie. Opvallend was dat Stefan uit Australië even kwam kijken naar het reilen en zeilen van de club. Ook konden we Bert weer verwelkomen en plaatsen op het eerste bord.

Daarmee was onze opstelling toch nog verrassend sterk, en gemiddeld ruim 100 punten hoger als van onze tegenstander. Hoewel niemand zich op voorhand daar op richt is het toch prettig om te zien dat iedereen zijn niveau weet te halen.

Ik kwam zelf het snelst in een veel betere stelling te staan, maar ook Frank zorgde voor wat rust in de wedstrijd. Niemand kwam snel slechter te staan, alhoewel Paul wel een beetje aan het worstelen was.

Bert en Sven hadden wel even tijd nodig om in comfortabele stellingen te komen. Zover ik gezien heb heeft Sven het heel lastig gehad en pas aan het einde van de partij kon hij echt het verschil maken.

Ik was snel klaar maar tot mijn verbazing stonden we daarmee al 2,5 – 0,5 voor. Doordat Frank en Hans hun partijen toch wel snel afwikkelden.

Bert kwam een pion voor te staan. Deze dubbelpion was echter niet voldoende om ook te winnen.

Paul toverde een eeuwig schaak uit zijn hoge hoed, en Sven speelde een ingewikkeld eindspel waarbij hij toch wel wat geholpen werd door zijn tegenstander, die te lang doorspeelde op winst.

Al met al een stabiele avond zonder verliespartijen, maar het allerbelangrijkste is dat we weer even konden schaken. Daarmee een bladzijde omslaan en de Corona (hopelijk) achter ons laten. Tevens ook even de gedachte verzetten aan de Oekraïense oorlog, waar iedereen ook veel mee bezig is.

____________________________________________________________

Aris de Heer – Waagtoren N4    (28 febr. 2022)

Bord 1

Bert Kuijer (1779)

Martin Rep (1664)

½ – ½


Bord 2

Sven Damen (1677)

Nico Mak (1671)

1 – 0


Bord 3

Paul Verkooijen (1766)

Peter van Diepen (1652)

½ – ½


Bord 4

Martin Zwaneveld (1721)

Peter Duijs (1611)

1 – 0


Bord 5

Hans Pelt (1693)

Theo de Bruijn (1551)

½ – ½


Bord 6

Frank de Geus (1714)

Ronald Kamps (1540)

1 – 0



Totaal

Gemiddelde rating: 1725

Gemiddelde rating: 1615

4½ – 1½

Eindcorrectie moet nog plaatsvinden

Hersenfitness 52 + Oplossing

Zonder bord en zonder digi. Train uw voorstellingsvermogen.

Zwart wint snel.

Na …. Pd2! kan wit kiezen uit Dameverlies wegens ‘familieschaak’ of via Lxd2 Dh1+

Ik kreeg correcte antwoorden van Hugo, Kee, Gerrit, PAUL, en Frank. Alweer, niet moeilijk, geschikt voor’ uit het hoofd’, dacht ik. Maar wel weer leuk!

Verslag ronde 15

Tjonge, wat werd maandag het kluppie klein. Frank namelijk ‘bek af’ , Ab kennelijk andere bezigheden, Ron ook, Hugo nog niet hersteld, Paul door een misverstand alweer oneven, en Thomas waarschijnlijk nog niet genoeg bekomen van zijn formidabele eerste prijs afgelopen weekend. Dat moet heel veel energie gekost hebben. Maar volgende week vervallen bijna  alle corona-maatregelen. Wat zou het een feest zijn als we dan Bert weer zouden zien binnenstappen.

Toch drie aardige potjes. Martin opende Engels (1 c4) tegen Hans. Er zijn dan veel overgangen mogelijk. Hans maakte er Konings-Indisch van. Martin koos een dubbelfianchetto, de meest strategische voortzetting.

Martin: “In de geest van Bert mijn spel toch rustig blijven doorontwikkelen, de kansen komen vanzelf. Een breuk met mijn vaak te wilde spel wat soms meer op gokken lijkt als schaken.”

Door de verwisseling van zetten was nu 6. … exd4 mogelijk.

Martin - Hans (6.d4).jpg 

Speelt zwart hier Pd7, wat goed kan,  dan is het vrijwel een normale KI. Nu wordt het waarschijnlijk : alles zelf bedenken. Dat doen beide heren netjes.

Martin: “Een solide partij waarin ik prettig kom te staan na de opening. Al mijn stukken ontwikkeld en initiatief om hier iets mee te doen.”

Waarschijnlijk was Martin heel tevreden met 10. b4, maar de schaakprogrammma’s geven 10. (En 11…. !!)  ..Ph5 met gelijke stelling.

Martin – Hans (10.b4 )

Maar na het gespeelde 10. …. Pe5  komt Wit toch prettiger te staan.

Martin ontwikkelt  rustig door, volgens het boekje, richt zijn torens  op de halfopen torenlijn, op de later achtergebleven pion op d6.

MartinHans14Tad1

  Bij zet 17 Is het inmiddels gruwelijk ingewikkeld geworden. Ik zat ernaast, om te kijken, maar kreeg er gen vat meer op. En naar ging blijken, Hans ook niet erg. Martin wel!

Martin – Hans (17.Dc2)

Martin: “Deze keer betaalt het uit, na het verdubbelen van de torens en het lang tegenhouden van c6 en ontwikkelen van de witte lopen van zwart kan ik slaan op 16.Txd6 Dat is wel het moment dat ik zie dat ik geen pion win en dat de zet 17 …Pd5 niet goed is. (Beter …Pxf3!) Als Hans dat toch speelt zijn er in de vervolg variant heel veel opties, maar cxd5 is de verkeerde. Daarna is het uitspelen wat ik niet meer weggeef.”

Hij won een stuk. Hans probeerde nog wat  in troebel water, maar Martin maakte geen fouten vanavond.

Een qua zettenaantal korte, maar veel denkwerk vergende parij! Slechts 25 zetten, maar iedereen was naar huis toen Hans opgaf

Peter tegen Gerrit. Een ’damepion-opening’. Als  je daarin 2. Pc3 speelt,  moet je wel weten waar je mee bezig bent. Chigorin – ooit een wereldster- wist dat. Er was ook een Nederlander die dat vaak speelde. Zijn naam weet ik niet meer. U? Het is natuurlijk minder logisch dan c4. Peter demonstreerde daarna alweer

Peter – Gerrit (8…b5)

9. a4 ???  b4!  10.Pa2  Dat gaat lang duren voordat dat paard ook weer wat te doen krijgt. Dat kost zetten, en dus heeft zwart het een poos erg eenvoudig. Het kost in ieder geval wit een pion om te bereiken dat hij zich weer een beetje verroeren kaN.

Peter – Gerri8t (27…Pc5)

Gezien het vervolg, waarbij dat zwarte paard een belangrijke rol gaat spelen, had wit hier (of een zet later)  beter dat paard kunnen ruilen. Maar ik begrijp wel dat Peter dacht dat hij met een pion achterstand beter zoveel mogelijk stukken op het bord kon houden!  Dat is vaak zo. Maar hier dus niet!

Peter probeert nog een aanvalletje, mede begunstigd door zetten als g6 en Kg7 van Gerrit. Eigenlijk wel goed bedacht door Peter, maar helaas is er een zwarte manoeuvre die veel roet in het eten gooit. Een heus paardoffertje! Dat zag Peter niet aankomen! Toen hij 31.Te2 speelde. Die toren bleek al gauw  veel harder nodig op de onderste lijn!

Peter – Gerrit (32.f5?

  Nu was op je schreden terugkeren met Te1 daarom hard nodig!

 Want na 32.  ….  Pxb3!  33. cxb3  c2! Kan promotie nog wel worden tegengehouden  met Lb2 of 34. Le3 maar als de kruitdamp is opgetrokken staat wit nog steeds een pion achter en blijkt hij er razendsnel nog een te verliezen. Dan weet Gerrit wel hoe het verder moet!  Eigenlijk verliest Peter deze partij alleen maar door die afschuwelijke paardmanoeuvre bij zet 9. Hij doet zijn best, maar als de ene narigheid is opgelost volgt daardoor vrij logisch een andere.

De partij Sven-Matthijs was een tikkie vreemd in het begin. Het ging er Spaans toe. Ik weet niet of Matthijs het schijnoffer zag aankomen. Als je dat niet weet kun je er wel van schrikken!

Sven – Matthijs (5…Lc5)

 6. Pxe5 Pxe5  7. d4 !  De theorie geeft hier slaan Lxd4, Dxd4, d6,  Met iets beter spel voor wit. Matthijs probeert 7. …Lb6. Maar dat kost een pion na dxe5. Nu dacht Matthijs met lekker actief spel wel compensatie te verkrijgen, maar overzag een kleinigheid:

Sven – Matthijs (9.0-0)

9. … Dxe4 ??? 10. Ld5 en dat kost een toren! En is dit al vreemd, nog vreemder is dat Sven die toren  niet wil hebben!  Na 10. … Df5 speelt hij 11.Pd2 ? waarna zwart zijn toren kan redden. Met c6 of met Tb8 (veel beter) .Is dit een vergissing van Sven? Dat zal toch niet! Ik vermoed dat het een sportief gebaar is naar Matthijs. ‘Dan kun je nog even doorschaken!’ Neemt niet weg dat het gauw toch bergaf gaat voor zwart.

Matthijs heeft wel in de gaten dat zijn pionnenformatie met c6 end7 niet al te prettig is, maar mist de volgende:

Sven – Matthijs (17.Lg5)

Na 17. … Tde8 zou hij nog even kunnen spartelen, maar na Tfe8 gaat het natuurlijk mis!  18. Dd6!! Dat kost materiaal. Daarna probeert hij nog wat met een schijnaanvalletje op de witte koning, maar Sven ziet al snel dat dat een storm in een glas water wordt. Er volgt wel een grappige matcombinatie:

Sven – Matthijs (23…De2)

24. Lxh7 + !!  Kxh7  25.Dxf7!! (grappig) en mat is niet te voorkomen 25 … Dxe5  26. Th3+

eindcorrectie moet nog plaatsvinden