Wat fijn om er weer eens getuige van te mogen zijn. Heerlijk de sipheid of zelfhaat te mogen aanschouwen van de mensen die het onderspit moesten delven. Schadefreude ist die schönste Freude.
Met nog weinig ronden te gaan ging het bij Thomas-Ron wellicht om het kampioenschap Aris de Heer 2023. Ron stond bovenaan maar met slechts minieme voorsprong. Je zou zeggen dat Thomas al zo vaak kampioen van een vereniging is geweest dat hij nu vast last begint te krijgen van het Carlsen-syndroom: ‘Alweer kampioen!? Voor mij hoeft het niet meer!’ Maar niks hoor!? Hij ging er vol tegenaan.
Thomas in aanvalshouding
Ik zag om te beginnen 1.Pc3 Verrek, daar had ik toch ooit een boekje van. Maar waarom ben ik nu weer even kwijt hoe dat heette? Ik word nu echt een ouwe vent. Even opzoeken. Ach ja, natuurlijk, de Van Geet- opening. Ik heb het bestuderen ervan gestaakt, omdat ik zag dat er zo verschrikkelijk veel overgangen naar andere openingen mogelijk zijn. Thomas wil natuurlijk Ron van zijn à propos krijgen. Maar in het begin lukt dat even niet. Ron maakt er de Kan-variant van het Siciliaans van. Maar misschien was dat de bedoeling van Thomas wel. Wilde hij een verrassing van de zijde van Ron voorkomen! En zijn zet 6.a3 werd vanavond wegens eerder enorm succes geprolongeerd.
Ik hoopte dat Ron na zijn eerdere gevoelige nederlaag met deze opening inmiddels verbeteringen had gevonden. Maar daar bleek niet veel van. En nadat Thomas hem bij zet 11 een in de Siciliaan bekend offer Pd5 voorzette, leek Ron de grip snel kwijt te raken. En na een foutieve 12e zet
Thomas – Ron (12.exd5+)
12. …. Le7? (…Pe5! 13 f4 0-0-0)
is hij eigenlijk verder al volledig kansloos.
Ron in beteutering
Ron had zich van deze avond beslist iets heel anders voorgesteld.
Peter deed het in de opening heel redelijk tegen Hans. Tot hij bij zet 11 de zet deed waar zijn tegenstanders altijd vol vertrouwen op zitten te wachten: hij gaf pardoes een stuk weg. Nu weet Hans uit eigen ervaring nog wel dat je het een tegenstander daarna soms nog best een beetje lastig kunt maken en bleef zelf dus zeer wakker, gaf Peter geen kansen meer, en creëerde zelf aardige eindzetten.
Na zijn bekende handgebaar (sorry hoor, het was weer zo ver!) vergezeld van een brede grijns (ik kan er alleen nog om lachen) zwoegde Peter nog vele zetten door.
2S7A0816WEB
Bij zet 37 gaf hij pas op. Niet zo gek want hij stond inmiddels een Toren en een Paard en een Loper achter.
Ab deed het niet zo gek tegen Martin. Die hem daarbij een handje hielp door in de opening er lustig op los te experimenteren. Met zetten die eigenlijk niet sterk waren, maar bedoeld om levendigheid te creëren, en mogelijk Ab van het pad af te krijgen. En dat lukt na enige tijd.
Ab – Martin (8…Pge7)
9. Lxc5? (9. d4! (+4.2 voor wit op Prof Mr Dr K) 9 … Lb4 10.Pb5! Tc8 11. a3 wint een stuk. (Wel een beetje ingewikkeld verder. ))
Na 9. Lxc5? Staat zwart niet slechter
Als Ab verderop nog een kansje mist krijgt Martin de wind mee.
Ab – Masrtin (20…Dg5)
21. Pe2? (Tb1!) fxe4 22 f4 Df6
Het leidt tot een sterk zwart centrum, mooie half-open lijnen, en een akelige ver opgerukte vrijpion.
Ab – Martin (25.Dg3)
Het vereist toch nog wel wat geduldige subtiele manoeuvres, maar die heeft Martin wel in huis.
Ab – Martin (37.Tef1)
Zwart geeft op omdat zwart met 37 …. g4 een stuk wint.
Bij Hugo-Frank zie ik alweer dat Frank eigenlijk pas in een later stadium dankzij welwillende medewerking van zijn tegenstander de winst mag incasseren. Toen ik vertrok om half elf leek me Hugo’s stelling me redelijk.
Hugo – Frank (23.exf5)
Ik geef nu graag het woord aan Frank:
Frank:
Tegen Hugo niet zoveel geluk en hectiek als vorige week. De opening was van beide kanten rustig en ik was niet ontevreden hoe ik daar uit kwam. Alhoewel ik weinig ruimte had stonden mijn stukken wel goed gepositioneerd voor het vervolg.
Hugo – Frank (17.f4)
Je kon merken dat Hugo echt wel weer terug is, want ook hij maakte gen fouten. Hij gaf aan dat hij Da5 niet gezien had en daar wel wat moeite mee had. Dat bleek ook uit het feit dat hij toen wat onnauwkeuriger werd. Hij gaf aan dat hij op dit punt nog niet helemaal hersteld is. Later op de avond is de fitheid nog wel een dingetje.
Ik sta vanaf hier beter, maar geef dit weg door d5 te spelen wat ik nodig achtte om ruimte te creëren.
Hugo – Frank (23.exf5)
23 … d5? Ik had Lh5 wel lang overwogen maar vond mijn keuze beter. De computer niet. Hugo koos echter een verkeerde aanpak en verloor door 24. Pf4 een pion.
24. Pf4? dxc4 25. Txd8 Txd8 26. bxc4 Lxc4
(24. cxd5! Lxd5 25. Pf4)
Dat bleek al dusdanig voordeel op te leveren dat ik het alleen nog secuur moest uitspelen. Doordat de witte koning geen bewegingsvrijheid had kon ik rustig naar de damevleugel wandelen.
Hugo – Frank (34…Kb4)
Toen ik op Tc7 antwoordde met Td7 geloofde Hugo het wel en gaf hij op.
Hugo – Frank (35…Td7)
Al met al een leuke partij.
De belangrijkste partij van de avond Thomas-Ron
Het commentaar van de krijgers zelf:
Ron:
Je zult begrijpen dat ik niet blij was. De zesde zet (a3) kan ik iedereen aanbevelen, het voorkomt een mogelijk vervelend Lb4.
Thomas – Ron (6.a3)
Thomas begrijpt stellingen. Je moet dan als zwart eigenlijk overstappen naar Taimanov variant met Pc6. Bert doet dat altijd wel, maar ik heb vroeger altijd Najdorf gespeeld en dan kan het paard beter na d7. Dus ik probeerde die opstelling.
Thomas – Ron (11.Pd5)
Na 11. Pd5! is er in wezen nog niets aan de hand, maar is Thomas in zijn element. Alleen met 12…, Pe5 kon ik overleven.
Ik voelde wel aan dat 12…, Kd8 niet kon. Thomas was 13. Lg5 van plan, wat nog steeds winnend is, maar ik had gezien dat zijn paard dan vernietigend op c6 binnenkomt (voordeel van een loper op g2). Na mijn 12…, Le7 is het feitelijk al uit. Ik speel in wezen met stuk minder dan. Ik probeerde nog wat, maar Thomas gaf mij geen enkele kans om nog in troebel water te vissen. Ik werd totaal overspeeld. Thomas zou in ieder geval een terechte clubkampioen zijn, hij is de sterkste schaker. 2,5 – 1,5 nu in zijn voordeel. Toch zal ik blijven broeden op varianten om hem het lastig te maken.
Thomas:
In deze partij kwam de uiteindelijke opening met wat omwegen tot stand. Begonnen als Van Geet en kortstondig Gesloten Siciliaans kwam uiteindelijk weer de Kan-variant op het bord. In deze variant is soms de zet Lb4 irritant voor wit vandaar het vroege a3. Later wordt deze zet toch vaak gespeeld.
Thomas – Ron (6.a3)
Het offer op d5 is een vaak terugkerend thema in het Siciliaans (evenals offers op ,b5 en soms f5. Op het moment zelf weet je niet altijd of het theorie is of dat het op het bewuste moment minder correct is.
Thomas – Ron (11.Pd5)
Zo is er een bekende anekdote over Donner die een dergelijk offer tegen zich kreeg en het daarmee vergezeld gaande remise-aanbod maar aannam, in de analyse later aangaf dat het allemaal theorie was, hij was alleen het vervolg vergeten. De deskundigen gaven later te kennen dat dit niet het geval was en hij met een gerust had kunnen aannemen en wit toch echt onvoldoende compensatie had! Mogelijk speelde tijdnood (een aanstaand bioscoopbezoek) een rol. Het offer van mij bleek wel bekend te zijn inclusief het terugwinnen van het stuk, pas op zet 15 is een keer de andere toren naar e8 gespeeld.
Thomas – Ron (15.Pf5)
We hebben met Martin erbij nog gekeken naar zetten als 12. Kd8
Thomas – Ron (11.Pd5)
maar een zet als 13. Pc6+ of 13. Lg5 geeft wit toch wel duidelijke compensatie voor het stuk. Een variant die de gevaren voor zwart illustreert is
Thomas – Ron (13.Lg5)
13. Lg5, h6 14. Pc6+, Kc8 15. Lxf6 en nu op 15… Pxf6? 16. Lh3+! met damewinst (16.. Pd7 17. Te8+) Nu na de per saldo pionwinst
Thomas – Ron (20.Pe3)
was het zaak niet gelijk onbesuisd door te rammen want bij veelvuldig clubkampioen Ron weet je het nooit.
Thomas – Ron (18…Dd7)
Op zet 19 was ik oorspronkelijk 19. Pxg7 van plan met het idee 19.. Kxg7 20. Lh6+ met mataanval en wit wint sowieso het stuk terug mocht het niet matlopen, met winst van een tweede pion. Maar zwart heeft 19.. Tg8 en het paard is ingesloten! Na het gedwongen 20. Lh6 wint Txg7 een kleine kwaliteit . En er zitten meer van dat soort varianten in maar dat wordt te uitgebreid.
Thomas – Ron (21…Kg7)
Een belangrijk moment is nog zet 22 waar ik eerst 22. f4 en 23.g4 van plan was maar na 22. f4, Te8 23. g4 zou Ron honderd procent zeker 23.. Txe3! hebben gespeeld gevolgd door slaan op g4 en het is allemaal niet zo gemakkelijk meer, zeker met een taktisch zeer kundige speler als Ron tegenover je.
Thomas – Ron (24.Ta7)
24….. De7
Vlak voor het einde was 24.. Dc7 nog wat hardnekkiger maar Analyse This gaf al ruim +3 aan deze stelling. Ondanks deze overwinning zijn er nog 3 ronden waarin de martelgang met de rollator nog ontlopen kan worden en is nog niets zeker.
(ES: Ik denk dat Thomas doelt op een simultaan bij de opening van het nieuwe seizoen.)
Ik kreeg weer mooi materiaal toegestuurd. Waarvoor dank.
Uit het commentaar kon ik opmaken dat het een leuke schaakavond was.
En de partijen lieten dat nog duidelijker zien. Ik was verbijsterd bij het zien van wat er bij Frank en Hans op het bord plaatsvond. Frank: “Een mooie, maar bizarre pot waar ik letterlijk op het einde de overwinning cadeau kreeg.” Zelden zag ik een partij waarin de kansen zo extreem wisselden.
Het was inderdaad mooi om te zien hoe MartinPaul versloeg. Martin: “Een wilde en mooie partij!” En hier een forse misser van Paul die het wild wilde maken, maar in de wilde stelling bleek Martin hem de baas.
Thomas schreef me een mooi verhaal over zijn partij tegen Ab. Hoe hij goed kwam te staan en daarna moeite had om een goed plan te maken. Zijn analyses zijn opnieuw zeer leerzaam voor de clubgenoten. Ik hoop dat Ab er ook eens naar gaat kijken. Ook Thomas had met plezier rondgekeken: “Daarna gezien hoe Gerrit heel lang knap stand hield tegen Ron maar dat uiteindelijk na nog een pion verlies het eindspel toch niet remise werd. Ook op de andere borden spektakel dus een boeiende schaakavond!”
Frank:
Een mooie, maar bizarre pot waar ik letterlijk op het einde de overwinning cadeau kreeg.Ik kwam goed uit de opening en had al snel licht voordeel. Na 12. …Pa6 stond ik duidelijk beter.
Frank – Hans (12…Pa6)
Ik verzuimde echter om de diagonaal van Lb7 en Dc6 onschadelijk te maken, wat mij later nog op zou breken. Op zet 21 maakt Hans een fout die normaal beslissend zou moeten zijn, hij gaf een stuk weg.
Door de dreiging die hij echter nog op de diagonaal had was het nog wel speelbaar. Toch zou dit geen problemen meer mogen opleveren.
Frank – Hans (29.De3)
Na het mindere De3 ipv Pg2 ben ik genoodzaakt het stuk terug te geven. Op zet 34 bega ik een blunder door mijn loper te verliezen door de penning van Lb7.
Frank – Hans (34.Lg4)
34. … Txg4
Bovendien staat mijn koning nu vast op de h-lijn. Als Hans zijn toren gewoon op de g-lijn laat staan is het volgens mij snel over.Dat doet hij echter niet en het is al redelijk laat op de avond (lees: tijdnood).Aangezien ik nog steeds een vrijpion heb is het nog niet heel simpel.
Frank – Hans (47…Txf4)
47 f4+ Txf4 ? 48. Txd5 !
Op zet 47 speel ik f4+. Een giftige pion, maar door de tijdsdruk denkt Hans deze te kunnen pakken. Hierdoor verliest hij zijn loper en is de stelling eigenlijk remise.
Frank – Hans (52.Kg5)
Op zet 52 speel ik Kg5 en met nog maar een minuut op de klok denkt Hans dat hij hier gaat verliezen als de h-pion doorloopt omdat ik dan met schaak promoveer.De enige juiste voortzetting hier is Ke6!Dan kan hij remise houden omdat ik met mijn koning niet naar veld g6 kan.In de hectiek van de laatste seconden zag Hans dit niet en gaf hij op na mijn zet.
Een leuke boeiende partij, met wel wat fouten van beide kanten. (ES: wat een aardige formulering: “wel wat fouten” )”
Martin:
´Een wilde en mooie partij! Het was lang ook spannend maar na het spelen van e5 door Paul kwam ik iets beter te staan en kon daarna na allerlei tactische wendingen de overwinning claimen.´
Martin-Paul:
ES: Na 1. c4 kan het van alles worden. Paul wil KonngsIndisch, Martin maakt er een KI met een dubbelfianchetto van. Toen ik nog heel jong en vitaal was, en Euwe nog kampioen van Nederland, was dat een tijdlang de grote mode. Maar, zoals dat gaat met modes, op een gegeven moment werd dat niet meer gespeeld. Maar nu zie ik het weer meer.
Marrtin – Paul (8…Lg4)
9. Dd2 (tikkie vreemd -vind ik- om zo het paard uit de penning te halen.) Dd7 10. Te1
Marrtin – Paul (10.Te1)
Ik herken die voortzetting. Ik heb het met zwart wel eens geprobeerd. Je hebt geen zin om je mooie loper te laten ruilen. 10. ….. Lh3 11. Lh1!? Ook heel even mode, en ook weer verdwenen. Want toch niet zo goed. Maar tergen Paul werkt het nog wel een beetje.
Marrtin – Paul (12…Lh6)
Na 13. Pxh3 heeft wit zijn mooie loper behouden en is zwart zijn loperpaar kwijt. Toch geeft de computer aan dat de stand gelijk is.
Martin geeft aan dat Paul een beetje slechter komt te staan na 15. … e5
Marrtin – Paul (15…e5)
En dat toont Martin mooi aan: 16. fxe5 dxe5 17. d5 !!
Marrtin – Paul (17.d5)
Hierna speelt Paul de voor mij te moeilijk te begrijpen zet 17. ….Dg4 ? En nu komen de tactische wendingen waar Martin over schrijft.
En de partij eindigt met een grappig slot:
Marrtin – Paul (44…Kf6)
Na 45 Txe5! Kxe5 46. Kf1 kan zwart opgeven. En dat doet hij dan ook. Want na Ke4 47. Ke2 a6 48 h4 is het eindspel natuurlijk totaal gewonnen voor wit. Om de h-pion tegen te houden raakt de zwarte koning te ver uit de koers om de d-pion nog te kunnen stoppen.
Thomas:
Deze opening heb ik in geen jaren meer regen me gehad. 4. h3 is niet echt nodig, bijvoorbeeld 4. Le2 is een prima zet, maar veel is er nog niet aan de hand.
Ab – Thomas (4.h3)
Ab vertelde na de partij dat hij na 4. Pf3, Pg4 vervelend vond. We bleven nog vrij lang op de gebaande paden. Pas bij 11.. Pe6 zijn we ” out of book”.
Een grappige zijvariant is nog
Ab – Thomas (9…g5)
10. Pxg5?!,hxg5 11. Lg5, Le6 12. Pd5?, Pxe4! 13. Lxd8, Lxf2+ 14. Ke2, Pd4 mat. Een soort omgekeerd Zeekadettenmat dus. Alleen wat er op het bord kwam was wel aardig, maar lang niet zo mooi als hierboven geschetst. Zwart lonkt in het vervolg naar de twee ” putdeksels op d4 en f4 , maar een breek met f7-f5 zit er voorlopig niet in . Vandaar de poging h5 op zet 14.
Ab – Thomas (14…h5) Als wit aanneemt met 15. gxh5 volgt 15.. g4! 16. hxg4, Pg5 17. Peg1, Lxg4 en wit is niet te benijden. Uiteindelijk gaat de pion op g4 verloren en wordt het moeilijker voor wit De waardering van de stelling zakt al onder de -3 , maar paarden kunnen rare sprongen maken .
Ab – Thomas (20.b4)
Mijn analyse-kameraad vindt ipv 20.. La7 (plm -2) 20..Pd4 nog sterker (bijna -3).Er volgde een fase waarin ik eigenlijk wat zoekende was naar een winstplan terwijl ik me ervan bewust was dat ik wel beter stond. Voor wit is dit een stelling waarbij je hoopt dat zwart voor de” brillancy prize” gaat en alsnog op zijn gezicht gaat. Zo had ik bijvoorbeeld verre dromen van een witte toren die naar g1 zou gaan en een zwarte dame die zich vanaf h5 op h2 zou opofferen gevolgd door een briljante magneetcombinatie waarna de witte koning in de zwarte gelederen zou matgaan.
Ab – Thomas (30…g4)
Maar zoals zo vaak, bij Fischer stonden de stukken altijd precies goed, bij Broek heeft de tegenstander altijd nog een ontsnappingsroute. Het vervolg was wat prozaïscher met kwaliteitswinst waarna wit het wel geloofde.
Ab – Thomas (33…gxf3)
33.f4 gxf3 en passantOpgegeven
34.Txf3 34…Lg4
[34.Dxf3 Ph5 35.Lh2 Lg4 36.Df2 Lh3]
Daarna gezien hoe Gerrit heel lang knap stand hield tegen Ron maar dat uiteindelijk na nog een pion verlies het eindspel toch niet remise werd. Ook op de andere borden spektakel dus een boeiende schaakavond!
Ron:
Mijn partij tegen Gerrit is niet echt interessant. Ik speelde e4 en Lc4, hij zijn gebruikelijke set-up. Ik kreeg loperpaar, stond lekker en hij verloor pion op e6. Daarna afgewikkeld naar eindspel met gelijke lopers, wat met pion meer makkelijk te winnen was, al maakte ik het mezelf nog onnodig moeilijk.
Martin won fraai van Paul, Frank blunderde tegen Hans een stuk weg (in gewonnen stelling)…Thomas geen problemen met Ab en Hugo en Wouter speelden remise.