In dec. 2015 speelden we tegen Volendam 2. En verloren. Totaal onverwacht.
Nu moesten we tegen Volendam 1 (Eén!) . Ernstig kandidaat om kampioen te worden. Zouden we nu toch een betere koers kunnen varen?
Ik zette toen mijn verslag in het teken van de Volendamse visserij. Dat kan ik dus niet nog eens doen. En ik ontdekte ook inmiddels dat het helemaal niet goed gaat met die visserij in Volendam. Dat lijkt bijna een aflopende zaak. Dat is wel heel triest! Maar er is wel toerisme, en nog wel …. watersport. Dus dit verslag dan maar over die boeg. Donderdag 6 december togen we dus naar het IJsselmeer. Met zowaar volledige bemanning! Want Jos was weliswaar verhinderd, maar tot vreugde van onze stuurman bleek Peter bereid om als Ketelbinkie dienst te doen. De schande van onvolledigheid bleef ons dus bespaard. Dat wel.
Die mannen hebben daar wel een aardige haven. Het dek keurig aangeveegd en prima voor fotografen. Kleurige foto’s aan de muur en genoeg licht om flitsloos te kunnen kieken. Enig bezwaartje is dat de kombuis zo ver weg zit.
Foto’s groter of beter? Klik erop!
We werden vriendelijk ontvangen door al die veermannen. maar of ze bereid zouden blijken ons naar de veilige overzijde te brengen, daar had ik al direct mijn twijfels over. We zouden beslist vanavond zelf alle zeilen moeten bijzetten. Maar dat deden we.
Het duurde heel heel lang voordat er ergens onweer ging dreigen. Om tien uur was er nog weinig aan de hand. Alleen Peter had een pionnetje weggeven, en had ook verder wel een beetje de wind tegen, maar laveerde toch nog steeds knap om alle hindernissen heen.
Niemand dreigde op korte termijn aan lager wal te geraken. En Bert Kaizer en Martin leken zelfs echt fijn op koers te liggen.
Uw wepmeester begon zelfs een beetje slaap te krijgen. Wanneer gaat er nu echt iets gebeuren? Nou dat duurde toen niet lang meer. Plotseling stak de wind op. Maar wel uit verkeerde hoek. Bij Bert nota bene!
Bert speelde in de Siciliaan tegen 2 f4 2. … d6.
Daarover schreef Ron me: ‘Wees Bert er ook nog op dat op 2. f4 in de Siciliaan je zeker geen 2…, d6 moet spelen. Dat is nou juist wat de witspeler het liefste heeft!!!! Zet dat maar in je verslag. De Grand-Prix attack is dan mogelijk, maar ook bijvoorbeeld wat de tegenstander van Bert deed.’ en ‘waarom geen e6? Ook 2…., d5 of g6 zijn goede zetten.’ en ‘Bert werd nu volledig overspeeld en kwam niet in zijn spel.’
Maar dat klopt niet helemaal.
Ik zou zelf vroeger ook nooit d6 gespeeld hebben. Ik heb me zelf eens op 2. f4 voorbereid. In mijn Caïssa-periode. Omdat Bert Spil dat altijd speelde, voor wie ik flink ontzag had. Was ook tot de conclusie gekomen dat het maar 2. … d5 moest worden. En zeker geen d6. Kreeg twee keer 2. f4 tegen hem en het werd zo beide keren remise. Kreeg het bij Aris de Heer ook nog 2x, ook met 2 …. d5, ook beide keren remise. Ja, 2. … d5 is wellicht het beste.
Maar tot mijn verrassing zie ik in Powerbook 2018 het volgende
589x 2. … d5 (score voor wit 46,6 %) 493x 2. …. Pc6 337x 2 …. e6
Maar toch ook 113x 2 … d6 (score 51.8 % voor wit)
Wat Bert speelde, blijkt toch niet echt gek. Hij bevindt zich in goed gezelschap. En Komodo spreekt in Bert’s partij niet van ‘overspelen’. Na 11 zetten taxeert hij Bert’s stelling op ‘minstens gelijk voor zwart’ .
Nee, de opening kon scherper, maar toen was er nog geen man overboord. Het probleem was een daarna plaats vindende , fatale aanvaring:
Na 12. Ld5 speelt Bert 12. … Lc6 ?? Op het eerste gezicht logisch, maar hij overziet even dat het paard op a4 dan geen vluchtveld meer heeft. Of hij ziet het wel, maar schat de gevolgen te optimistisch in.
13. b4 !! Wat nu? 13. … cxb4 14. cxb4 en nu had zwart het beste eieren voor zijn geld kunnen kiezen en een pion kunnen offeren om zijn paard te redden. ( Met 14. …. Lxd5 15. exd5 e4!? 16. dxe4 Pc4 hè hè ) Maar ja, dan was hij tegen een Frans Vlugt zeker ook niet meer ‘in zijn spel gekomen’. Dus hij probeert het anders 14. …. Db6+ 15. Kh1 Dxb4
Wellicht had Bert dit vooruit wel bekeken, maar lag achter zijn horizon dat het nu na 16. fxe5 er ineens heel akelig uit gaat zien, wegens de dreiging La3! Nu kan hij het wel zien, en geeft gelijk op. Terecht! En ondanks een redelijke opening, misschien toch maar geen 2. … d6. Maar daar lag het niet echt aan!
En Gerrit delft ineens het onderspit.
Hans Keizer koos het Marshall-gambiet van het Skandinavisch. Maar Gerrit was zo wijs om die pion niet te gaan verdedigen. Je kunt het beste maar gewoon verder ontwikkelen. (Heeft hij vast niet uit een boekje, maar heel misschien opgestoken van een vroeger website-artikel? Of gewoon eigen voortreffelijk inzicht?) Zwart gaat minstens één tempo nodig hebben om tenslotte toch die als offer aangeboden pion dan maar terug te pakken. Ik heb het zelf heel vaak gespeeld, maar vastgesteld dat je hoopt met zwart op levendig spel, maar dat komt er zo dan toch zelden van. En als wit die pion toch verdedigt met 3. c4 kan wit nog naar de de Panov-variant van de Caro-Kan uitwijken. En daar moet je dan ook nog verstand van hebben.
1.e4 d5 2.exd5 Pf6 3.Pf3! 3. ….g6 is vaak mogelijk in het Marshall-gambiet, maar of het hier verstandig is?
Want wit kan sterk overwegen nu alsnog toch wèl die pion te verdedigen. 4.c4!? c6 5.dxc6 Pxc6 6.d4! Want omdat Pf3 nu al gespeeld is kan d2-d4! nu wel. En dat haalt de angel uit het zwarte gambiet.
( Na het door zwart gehoopte al op de derde zet 3. c4? volgt c6 4.dxc6 Pxc6 5.Pf3 en dan
heeft zwart wel de mogelijkheid tot 5. …. e5! waarna wit d4 wel kan vergeten, en zwart prachtige diagonalen voor zijn beide lopers heeft en wit vaak last ondervindt van de dreiging e5-e4l Voor de somma van slechts één pionneke. )
Maar Gerrit houdt het rustig. Ontwikkelt verder met
4. d4 Ook een goede!
Zwart moet de pion dan toch maar terugnemen. Hij doet dat met de Dame, i.p.v. met het paard. Waarna we in normaal klassiek Skandinavisch vaarwater verzeilen. Natuurlijk moeten dan tempi gewonnen worden met jagen op die Dame. Als bij Gerrit te verwachten begint die daar dan niet aan. Die houdt het liever eenvoudig en speelt c3, wellicht uit bangigheid voor die zwarte koningsloper. Niet slecht, maar hij had het zwart lastiger kunnen maken. Hij had na 7. … Pbd7? zelfs een tempootje over kunnen hebben voor alsnog 8. c4 en die Skandinavische dame zal nog veel op de vlucht moeten slaan.
Maar Gerrit blijft het rustig aandoen. Misschien heeft hij toch meer ontzag voor zijn tegenspeler (E 1740) dan voor een Gerrit echt nodig is. Lang gaat het spel dus gelijk op, tot twee kleine missertjes maken dat Hans Keizer de wind in de zeilen krijgt.
Met 17. ….. Pfd5 of 17. … Ld3 kan zwart het prettig krijgen. Maar Hans houdt kennelijk van wat woester zeilwater en kiest 17. … e4. Een beetje overmoedig, want nu kan Gerrit dankzij de niet ideale positie van de zwarte dame de boel neutraliseren met het erg voor de hand liggende 18. Te1 . Na zet 19 stond er een interessante stelling op het bord, vond ik.
Nu speelt Gerrit zijn aangeboren voorzichtigheid hem parten. Hij kan gewoon slaan op e4. Met een schijnoffertje. 20. Pxe4! Pxe4 21. Lxe4 Lxe4 22. f3!! en die loper staat gepend en wordt teruggewonnen. Hij speelt hier 20. Ld1. Ik fluisterde tegen Hans Keizer: ‘Die zet begrijp ik niet. Dan had ik die loper dan maar lekker nog even laten staan.’ Zwart staat ineens weer goed. Maar gelukkig voor Gerrit doet hij er (verschillende keren) te weinig mee. En met zet 26 gaat hij zelfs ernstig in de fout:
26. …… Pd7 ?? en na 27. Pf5! wordt het waarschijnlijk dat er een reddingsboot moet worden gezocht. Die waarschijnlijk onvindbaar is.
Na zet 30 :
Als wit slaan met 31. bxc3! (wat goed is vlg. K.) te moeilijk vindt, is 31. Dd6! al lastig genoeg. Maar weer is wit wat te voorzichtig. Die wil geen risico’s, hoopt op remise. En speelt 31. Pd4, waarna zwart met 31. .. Pe4 zijn paard naar een veilige haven loodst en de problemen te boven is. Eventjes. Zelfs mogelijkheden krijgt voor beter spel. En als hij die niet pakt gaat in ieder geval remise gloren aan den einder.
Zwart ziet toch nog iets. Niet echt slecht, maar niet de beste. Maar wel een valletje! Dus proberen maar. 37. …. h2 + En dan vergooit Gerrit zijn lange avond heel redelijk partij geven, in een volkomen gelijke stelling, zomaar ineens. 38. Kxh2 ????? Pg4! met dameverlies. Na 38. Kh1 vast het vast remise geworden.
En dan gaat het ook ineens fout bij Peter. Die had een pionnetje weggegeven bij zet 10, maar hield daarna toch geruime tijd de kansen binnenboord. Hij bleef dapper stand houden tegen Martijn Veerman (Elo 1553). Wat niet wegnam dat die beter stond en dat geleidelijkaan ook wel steeds duidelijker werd. Maar bij zet 31 was de stelling toch nog steeds wel een (heel klein) beetje speelbaar.
Maar hier zag Peter een aanval. Door de mist zag hij het niet goed, en zijn vaartuig liep aan de grond. En toch vind ik het geweldig dat hij toch zoiets aandurft, met zo weinig ervaring. Toch meer ziet dan het dichtstbijzijnde. 31. ….. Lf4 !!??? En grappig dat hij zijn tegenstander er in zekere zin mee overbluft. Want die kan die Loper best pakken, maar die doet het n i e t !! Wat niet wegneemt dat ook zonder te pakken wit gewonnen staat. En als spoedig daarna Peter een stuk echt weggeeft (niet offert) , ja dan is het wel bekeken.
En zo stond het dan ineens 3-0 voor die Volendammers.
En de anderen?
Ron zwoegde om wat voordeel te bereiken, en dat kon misschien ooit wel eens, maar het kostte hem heel veel tijd. Als dat maar goed afliep.
Martin stond lekker, maar het lijkt of zijn aanvalsplannen een beetje vastlopen. En u weet, dan vallen de doelpunten vaak ineens op de andere helft. Hij begint een beetje zorgelijk te kijken.
Na een vrij zorgenvrije opening zie ik Frank na een zet die ik niet begrijp ineens flink in de problemen raken.
Paul zit erg diep geconcentreerd te spelen (zonder bier!) en heeft zeker de remisemarge nog niet achter zich hoeven laten.
Hetzelfde geldt voor Bert Kaizer. En bij hem zou ik niet gek opkijken als hij onvermoede talenten in het eindspel gaat demonstreren.
De wonderen zijn de wereld nog niet uit, zoals we bij de Waagtoren ooit ondervonden. Maar verlies zal met die 3-0 achterstand toch wel onafwendbaar zijn. Hoe liep het af?
Bert Kaizer deed een schietgebedje en dat leek te helpen.
Hij lijkt inderdaad het eindspel te gaan winnen.
Henk Veerman’s laatste zet 32. Ke4-d3 is een ernstige fout. In een mooi subtiel eindspel. En Bert gaat dat even heel voortvarend aantonen. 32. …. b4 !! Ik verwachtte hier 33. bxa4 en dat kwam ook. Maar bij analyse blijkt dat dat eigenlijk nog de zwakste manier is om te pogen de witte stelling nog te redden. Maar die is niet meer te redden! 33. bxa4 bxa3! 34. Kc3 c4! en de witte koning kan promotie niet verhinderen. ( 35. …. Pa4+ Kc4 36. Kxc4 a2! )
Maar dit is helaas voor onze redder in de nood toch al te subtiel. Maar ook zijn zet is nog heel sterk: 33. …. c4+ 34. Kd2 bxa3 35. Kc1 Pxa4 36. Kb1 (alles min of meer geforceerd)
Prof Dr K. geeft hier vele mogelijkheden voor winst. Gebaseerd op de machteloosheid van de witte koning, dan wel als pion a3 toch verloren zou gaan op zijn ver verwijderde positie aan bakboord. De voor ons stervelingen begrijpelijkste variant is met 37. …. h4! Na 38. gxh4 Kf6 rolt de zwarte koning de witte koningspionnen op. En gaat daarna aan stuurboord ook nog eens een keertje op promotie af. Na 38. g4 Kf6 39. Lf3 g5 40. f5 stoomt de zwarte koning door het centrum op : Ke5 En de witte koning kan helemaal niks.
Maar Kaizer maakt het zichzelf moeilijker. 37. ….. Pd1 38. Lf3 Pe3 39. c3 en nog steeds zou zwart moeten winnen. Maar dat gaat niet gebeuren. Het eindspel wordt dan zelfs een Kaizer te moeilijk, en de ademloze toeschouwers zien hoe wit zich knap uit de narigheden mag redden, en zelfs een pion voorkomt en vrezen dat Bert2 zelfs nog gaat verliezen. Maar zo ver laat die het gelukkig niet komen. Hij zoekt de lijzijde en weet op de motor met vaste hand koers te zetten naar een zeer verdiende Remise! Na een fascinerend gevecht.
De details daarvan kan ik helaas niet tonen, want ik heb geen zetten meer. Jammer, want ook dat was erg leerzaam. Misschien krijg ik nog wat van Bert, en dan zal ik daar zeker nog op terugkomen.
Martin viel dus aan, maar nam daar het gevaar van een eigen wat tochtig wordende koningsstelling voor lief. Zwart liet zich niet van de wijs brengen en na 22 zetten is de stand gelijk en moet wit toch zelf gaan uitkijken!
Hij moet nu vooral de dames op het bord houden. Na 23. Dg2 Dxd4+ 24. Kh1 blijft de druk op de zwarte koningsstelling nog bestaan. En dat is wel een pion waard. Maar Martin speelt 23. Dxg6 en dan is na 23. … Dxg6 fxg6 de stoom van de ketel en dat gewonnen pionnetje zal op g6 wel geen lang leven beschoren zijn.
Maar die executie stelt zwart uit (niet terecht?) , maar ziet zowiezo het eindspel wel zitten en ruilt zo veel mogelijk stukken af. Hier keek Martin dus zorgelijk, maar hij houdt knap zijn roer recht, en weet zelfs even een klein voordeel te bereiken.
Stelling na zet 32. Txh5 :
32. …. Th8? (beter 32…Pf6!? (0.90) ) 33. Te5? met een klein voordeel ( Maar dodelijk is 33.Txh8!! Kxh8 34.Le4! en op alle zetten van zwart volgt Kf4 en wit wint vrij simpel het eindspel dankzij de betere positie van de koning! (en die nog steeds niet geconsumeerde vrijpion!) .
Nu speelt Martin de rest wel foutloos verder maar dankzij zijn erg soepel bewegende toren weet zwart te voorkomen dat hem alsnog de loef wordt afgestoken en een eindspel te bereiken waarin wit wel een pion meer heeft (K+T+p) , maar dat is een randpion.
En dat is theorie. Dat wint dus niet! Remise. Een mooi gevecht.
Frank raakte dus ( na 11. … Pb4??) in lastig vaarwater. Hij boort al zijn reserves aan. Zwoegt op de vierkante centimeters die hem resten. Maakt het zijn tegenstander zo moeilijk mogelijk. De stelling wordt en blijft erg veeleisend. Zijn tegenstander vindt ook niet altijd de beste voortzetting. Maar blijft wel zwart onder druk houden. Ontsnapping daaraan lijkt onmogelijk.
21. Pc6! wint vlug. 21. … Lxc6 22. dxc6 wint een stuk (met cxd of met c7)
Na 21. a3 blijft er nog een beetje hoop voor zwart. Het is een wonder om te zien hoe uiteindelijk Frank toch nog de boel op de helling krijgt en zelfs beter komt te staan. Maar dan wreekt zich de enorme achterstand in tijd die hij opliep bij zijn manmoedig blijven knokken. Het wordt een 2-minuten-vluggertje, en daar is de stelling toch nog te ingewikkeld voor. Hij mist twee boeien, en wordt tenslotte gediskwalificeerd wegens tijdsoverschrijding. Een lange avond van zwaar hersenwerk. Wat zal die moe geweest zijn!
Iets dergelijks bij Ron.
‘Ik heb op zet 12 heel lang nagedacht over Pf4, 0-0-0 en e4. Dat heeft me dus later mogelijk de overwinning gekost. Ik zag spoken.. ‘
‘Jammer dat ik in tijdnood 24.a3 deed, want 24. Pe2 is veel sterker. Hij kwam in onze na-analyse aldoor in de problemen. Zijn stukken werken niet goed samen en die van mij wel. ‘
‘Wat ik deed was dus nog niet eens zo slecht. Maar wat een kansen heb ik gemist in dat eindspel. Meerdere keren kon ik Pg3 spelen en i.p.v. Lg4 was Tg4 simpel winnend. Helemaal niet naar gekeken.’
(Bijv. 34. Tg4 Txg4 35. Lxg4 Le6 36. Lxe6 Kxe6 37. Pe4 en met die pion meer kan het niet zo moeilijk zijn. Na 34. Tg4 fxg3 35. Txg5 gxf2 36. Le2 wint wit ook gemakkelijk)
‘Het eindspel dat ik had, zal wel gewonnen zijn, maar met slechts 5 minuten nog op de klok en hij 15 zag ik dat niet echt zitten. Je trapt zomaar in een vork (zie de partij van Gerrit) of geeft wat weg (partij van Frank). ……enige troost is dat het toch niets uitmaakte omdat velen van ons team zaten te klooien.’
The man of the match werd Paul.
Hij behandelde de Siciliaan tegenover hem heel redelijk. Maar door wat latere kleine onnauwkeurigheden zijnerzijds raakte zijn tegenstander toch in een stroomversnelling.
18. …. h5? Paul schreef het me al: ‘d5 leek me sterker’ Inderdaad! Bijna dodelijk. Want na al of niet slaan op d5 wordt wit met een vork bedreigd op d4! Dat valt alleen te verhinderen met een paardoffer op b6 tegen 2 pionnen. Gelukkig zag Reinier Bodemeijer dat niet.
Daarna gaat het spel zo’n beetje gelijk op. Met iets meer mogelijkheden voor zwart. Hier en daar wederzijds wat kleine kansjes onbenut gebleven, maar niet erg belangrijk. Bij zet 31. wordt het ineens wel kritisch:
Die achtergebleven pion op d4 is bijna de hele partij al een beetje Paul’s zorgenkind. Eerst op d3. Nu nog, op d4. Na 31. … Pg7 en 32. … Pf5 heeft zwart een beter aanknopingspunt. Nu gaan beiden een beetje rommelen. Ik vermoed dat hier de klok ook al begon mee te spelen. Vooral voor zwart! 31. …. Pc7? 32. Tb1? (Pe4!) Td7 ?? (Een desastreuze vergissing, zeker gezien de tijdnood. Na 32. .. Pd5! een klein voordeel voor zwart! Wat ook Paul me al aangaf.)
33. Pe4! Ineens gaat het hem voor de wind. Met forse dreigingen, naar c5 en naar d6! En naar f6! En dat als tijdnood tastbaar is. Mijn moederzaliger zei al: “Eén moment van onbedachtzaamheid kan maken dat men jaren schreit.” Ik denk dat Bodemeijer zich dit voorval nog lang zal heugen. Hij probeert het met 33. … Pe8 . Niet goed. Maar tot zijn troost, niets is meer afdoende. Paul schoof diep geconcentreerd en schijnbaar kalm ( hoewel zijn handschrift dan volkomen onleesbaar wordt) met 33. … Pe8 34. Pc5! Dc7 35. Pxd7 Dxd7 met een kwaliteit en flink wat tijd meer de partij uit. Ja, hij kan het nog steeds! Op de kade stonden wij juichend toe te zien hoe hij deskundig het schip binnenloodste.
Ron: ‘Hulde voor Paul en ook hulde voor Bert Kaiser. Heeft die misschien ergens de winst gemist? (ja, zie hierboven) Martin speelde solide remise volgens mij.’
Zo werd het weliswaar geen vreugdevolle, maar wel een spannende avond, met leerzame momenten! En hoewel de uitslag 5,5-2,5 anders doet vermoeden toch geen echte afgang.
Het duurde lang voor ze ons eronder hadden. Pas tegen twaalven konden we het anker lichten voor de reis naar ons thuishaventje.
Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.
06-12-2018 | Volendam N1 | – | Aris de Heer N1 |
5½ – 2½ |
||||
1 |
8519313 | Erik Steur | 1885 | – | 8529532 | Ron de Vink | 1890 |
½-½ |
2 |
8014842 | Frans Vlugt | 1822 | – | 7185981 | Bert Kuijer | 1816 |
1-0 |
3 |
6934378 | Reinier Bodemeijer | 1776 | – | 6808131 | Paul Verkooijen | 1768 |
0-1 |
4 |
6977300 | Henk Veerman | 1694 | – | 7316276 | Bert Kaizer | 1662 |
½-½ |
5 |
7857839 | Peter Kemper | 1793 | – | 7826654 | Martin Zwaneveld | 1654 |
½-½ |
6 |
7450443 | Nico Koning | 1739 | – | 7803114 | Frank de Geus | 1677 |
1-0 |
7 |
7800221 | Hans Keizer | 1664 | – | 7268195 | Gerrit van Dok | 1588 |
1-0 |
8 |
8551488 | Martijn Veerman | 1553 | – | 7079655 | Peter van Putten | 1120 |
1-0 |
1740 | 1646 |