Als Rijpenaar ben ik sinds kort zelf Alkmaarder. Maar ik houd al veel langer best wel een beetje van Alkmaar.
Meer dan Purmerend heeft het zijn oude gebouwen en grachten ontzien, en ik vind het daarom een stuk gezelliger aldaar. Zo’n stadhuis dat is toch prachtig.
En vooral dat fraaie Waagplein, met dat fraaie Waaggebouw, met die fraaie Waagtoren, met die lollige ruitertjes en dat fraaie carillon. Ik geloof dat ze het hele geval nu even hebben ingepakt. Tegen de winterse kou, denk ik. Maar als het lente wordt, bloeit het vast allemaal in volle luister weer tevoorschijn.
Alkmaar stuurde naar Middenbeemster vijf waagmeesters van de Waagtoren. Die moesten natuurlijk komen controleren of die beroemde Beemster kaasmakers wel echt het gewicht zouden leveren waarmee ze de vorige rondes hadden lopen pronken.
Ik denk dat de zesde waagmeester voor de afwisseling eerst zichzelf had gewogen en helaas te licht bevonden. Maar konden ze dan niet een vervanger sturen? Ze hebben er daar meer dan zeventig van dat soort, en die zitten allemaal in het Gulden Vlies gepropt. Er was toch wel een ander te vinden die zo’n snoepreisje naar onze ruime gezellige clubbehuizing wilde meemaken? Mij viel verder op dat ze ons kennelijk in Alkmaar toch serieuzer namen dan in Purmerend, waar ze kinderen op ons af stuurden. Nu was het dit keer ook wel niet de absolute topklasse, maar wel allemaal tenminste overduidelijk volwassen (maar nog wel net binnen de houdbaarheidsdatum), en met veel ervaring.
En de bazin van ons nationaal beroemde eetcafé deed er alles aan om het ze naar de zin te maken. U kent natuurlijk de Alkmaarse kaasmeisjes die tot taak hebben promotie van kaas en kaasmarkt. Nou wij hadden vanavond onze eigen Frau Antje. Ze voorzag ze niet alleen van koffie en bier, maar ook van worst, en offreerde natuurlijk ook veel kaas. “Mmmm”, bromde Nico Brugman streng achter het eerste bord, “Toch wel echte Beemster kaas hè?” toen ik hem het plateau voorhield. Waaruit voor mij wel direct duidelijk was dat ze ons kritisch kwamen onderzoeken.
Frau Antje
Ze deden hun best, de Kaaskoppen. (Sorry voor die term, maar ik heb begrepen dat ook Alkmaarders zichzelf zo noemen.) Maar ze konden nergens een onrechtmatigheid bespeuren. Ze waren dan ook al vroeg klaar. Op één controleur na. Die bleef maar fanatiek Gerrit’s oudbelegen produkt onderzoeken. En niet geheel zonder succes. Pas nadat Gerrit had toegegeven dat er aan het eind van het proces iets was misgegaan was zette Han Rauws zijn handtekening voor een voorwaardelijke goedkeuring.
Foto’s beter of groter? Klik erop.
2S7A3048WEB
Alleen onze topkwaliteit, de camembert van Bert bleef dus geheel reglementair ongeïnspecteerd. Bert ging daarom onze overige visite maar zinvol bezighouden. Je kunt tenslotte nooit weten of die wellicht volgend jaar ons team van kaasdragers kunnen aanvullen. Want daar hebben we er dan absoluut weer te weinig van.
2S7A3042WEB
Bij Frank was de controle het snelst afgerond.
In zijn Siciliaanse specialiteit werden geen verdachte bacteriën aangetroffen. Moet bijgezegd worden dat zijn inspecteur er zich wel wat al te gemakkelijk vanaf maakte. Het produkt kwam niet eens toe aan het eerste stadium van rijping: hij gaf namelijk geheel vrijwillig zijn centrum op en overzag daarna het daaruit voortvloeiende verlies van een stuk van de wrongel. Toegegeven, bij zet 12 verzon Frank de grap al die bij zet 16 materiaalwinst teweeg bracht. Dat was iets te professioneel voor Bob de Mon. Die dan ook vrijwel direct zijn goedkeuring hechtte aan Frank’s graskaasje. De rest van de avond onderhielden beide heren zich vrolijk koutend in een hoekje van ons etablissement.
En Martin had ook niet veel tijd nodig. “Eindelijk eens een gaaf produkt” zei hij me. “En goed van smaak.” Waarop ik pesterig antwoordde: “Dat zullen we nog wel eens zien!”
Maar nadere toetsing van zijn nog jongbelegen Beemster leerde dat er dit keer werkelijk eens bijna niets aan ontbrak. Zijn 14e zet had nog iets kruidiger gekund dan hij al was, maar dankzij twee enorme missers van Arend Noordam bij zet 14 en 15 kon al vroeg de inpakmachine worden aangezet. Toch had het voor mij een zuur bijsmaakje. Het was allemaal gewoon volgens een Hollands recept van Noordam, maar deed me veel te erg denken aan een smadelijke verliespartij die ik zelf met het Hollands tegen Martin leed in sept. 2012. Terwijl ik toen, lang lang geleden, eigenlijk best nog wel iets sterker was dan hij. Ons type van soort kan misschien tegen Martin’s 1. c4 beter geen Hollands kiezen. Maar dat wist Noordam natuurlijk nog niet.
2S7A3050WEB
Paul vreesde dat het kwaliteitsonderzoek hem weer veel energie zou gaan kosten vanavond. Paul: “Ik hoop maandag een wereldpartij te spelen, zodat mijn partij uitgebreid wordt geanalyseerd. Maar het zal wel weer zwoegen worden”
Maar dat viel mee. Hoewel hij zelf met wit een liefhebber is van Schots (nee, ik bedoel niet die natte variant) en van Schots gambiet, ziet hij toch met zwart geen kans om dat op z’n sterkst te savoureren. Na 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. d4 exd4 4. Lc4 weet toch elke geroutineerde kaasboer dat je nu 4. …. Pf6 moet toevoegen en na 5. e5 dan d5! moet spelen om de boel op smaak te brengen. Nu lijkt wit er toch spoedig een beetje beter voor te staan. Als je dan vreest dat ook dit keer weer voor onze Paul het zware werk aan de karnton een aanvang gaat nemen, vergeet wit in zijn recept twee smakelijke pionnetjes, en dan is het wel gebeurd. Gelukkig is voor mij het eindresultaat dan wel voorspelbaar, te meer daar ik Paul nu al gauw ontspannen zie rondwandelen. Dan is ook nader onderzoek niet zo belangrijk meer. Zou ook niet kunnen, want dit keer schreven beide heren vanaf deze zetten hun onderzoeksrapport zo totaal onleesbaar op papier dat er zelfs voor een ervaren handschriftontcijferaar als uw wepmeester, zelfs met twee rapportages onder zijn neus, geen beginnen meer aan was. Heer Beentjes (voornaam onleesbaar) had mij nog daarvoor gewaarschuwd, maar ik kon me niet voorstellen dat er op deze wereld nog een tweede persoon rondloopt met zo’n onleesbare hanepoot. Dus Paul, alweer geen uitgebreide analyse!
2S7A3047WEB
Het duurde iets langer voor Waagmeester Nico Brugman ervan overtuigd was geraakt dat op Ron’s Siciliaanse specialiteit weinig aan te merken was. Maar dat was meer een gevolg van misplaatst fanatisme dan dat er echt reden voor was. De hygiënische voorschriften werden van begin af aan keurig in acht genomen, de rauwe melk die als basis diende was prima van kwaliteit. Nee , daar was een vakman bezig, dat kon je zo wel zien. Alleen hoestte die wat veel, en misschien maakte dat Brugman toch wat ongerust. Ik ken alleen de uitdrukking ‘Praten als Brugman’, maar dit was ‘Keuren als Brugman’. Na een foutieve 12e zet gevolgd door een heel zwakke 14e zet stond hij gelijk een pion achter, en na de keuze van een verkeerd stremsel bij de 15e zet werden dat er twee. Dan is de temperatuur te veel gedaald en is het te laat om nog op tijd de wei gaan afgieten. Nee dat wordt niets meer. Maar Brugman ging door, verloor op de 24e zet nog een pion, maar wilde perse daarna nog even nagaan of die kaaspers wel goed werkte, en dat bleek dus geen aangenaam gevoel voor zijn vingers. Bij zet 34. gaf hij eindelijk op. Ron liep al lang ontspannen rond en volgde geïnteresseerd het rijpingsproces op de andere planken.
Dat het bij Gerrit een oudbelegen versie zou worden kon je eigenlijk al een poosje zien aankomen. Hij volgde namelijk konsekwent het recept waar hij patent op heeft. Veel ingrediënten uitwisselen en in het slotproces de temperatuur laten oplopen. En ja, dat kan dan wel laat worden. Maar soms kun je beter even afwijken van dat recept. Bij zet 7 kon hij gewoon een pion winnen (7. exd5 ) , maar hij is dan zo ingesteld op de automaat dat hij eerst de lopers ruilt. Bij zet 9 biedt hij dameruil aan, hoewel dat nog lang niet hoeft. Hans Rauws hapt gretig toe. Die weet dat hij een kaasmaker voor zich heeft met veel hogere reputatie heeft dan de zijne. En voorlopig laat zich het produkt smakelijk voorproeven. Geheel volgens zijn bedoelingen zit Gerrit rond zet 22 al in een eindspel. En ja, geheel volgens plan krijgt hij langzaam een beetje voordeel. Iemand voegt me fluisterend toe: “Dat zal wel remise worden”. “Nou dat weet ik niet, volgens mij staat Gerrit wat beter! En daar is hij wel goed in.”
WgtrnGerrit1
Die witte pionnenmeerderheid op de damevleugel, de kwetsbaarheid van pion b7, de witte koning lekker waaks dicht bij de pionnenminderheid op de koningsvleugel . Maar ach, weet ik veel, ik ben al lang geleden met kaasmaken gestopt, het loonde niet meer. Ik zag hier Gerrit 28. Pc4 spelen, en dat beviel me niet. Het proefde niet goed. Ik had zelf gewoon ordinair 28. Kf3 gedacht. Maar ik keek niet verder. Thuis zie ik dat inderdaad hier 28. ….. Pa5! sterk is en de stand weer helemaal gelijk maakt. Als wit het paard slaat, slaat zwart op e3! Maar als zwart na 28. Pc4 nu Te7? speelt, wat gebeurde, dan kan wit gewoon doorgaan met zijn ruil-strategie, en houdt een voordeeltje.
Wat nu volgt is een verschrikkelijk moeilijk eindspel. Wit zou het moeten kunnen winnen. Beide spelers missen af en toe de sterkste. Na een echt zwakke zet van zwart (….Kd8??) kan Gerrit zijn strategie bekronen : hij moet dit kunnen winnen.
WgtrnGerrit2
Hij moet alleen die vrijpion van zwart even op tijd een halt toeroepen. 37. Lf2!! Wint. Maar Gerrit speelt Ke6 en denkt dat na slaan op f6 zijn vrijpion sneller is dan de zwarte h-pion, of ziet niet dat die niet meer tegen te houden is. Wat nu volgt is een reuze grappig geforceerd eindspel, dat terecht in remise eindigt. Daarover later meer.
Intussen stonden alle keurmeesters en alle kaasboeren rond zijn bord. En als dan je tegenstander ook nog in tijdnood begint te raken, wellicht dat je dan zelf een beetje nerveus wordt. En zo de prijs voor de beste oudbelegen van Middenbeemster je voor je getrainde neus wordt weggekaapt.
En zo wonnen we met 5,5-0,5.
Waagtoren 8 deed wel zijn best, maar het elo-verschil was te groot. Tenzij de nhsb weer wat onredelijks bedenkt, zijn we dan weer terug van weggeweest. Zelfs als de oppositie in Heiloo ons toch onverwacht te veel zou worden, worden we toch nog kampioen. We zouden ons tweede team zelfs wel kunnen sturen. Maar dat hebben we niet. Dat is onze makke.
En ineens schiet er een liedje bij me binnen. ‘Alweer’ hoor ik trouwe lezers smalen.
De gebeurtenissen van vanavond doen me denken aan een oeroud lied n.a.v. een Vlaamse boerenopstand tegen de adel, in ‘het jaar onzes heeren 1328’. Daarover werd een lied gezongen dat is teruggevonden in het beroemde Gruuthuse-handschrift, dat rond 1400 met de hand werd geschreven en een van de belangrijkste bronnen is van de Middelnederlandse literatuur. Onduidelijk is of de boeren hier nu spottend, of juist waarderend worden beschreven. Ik houd het op het laatste. En dan is het duidelijk van toepassing op ons glorieuze boerenteam van deze jaargang dat de zich adel wanende wedstrijdleiding van de nhsb laat merken dat het zich niet zomaar de kaas van het brood laat eten.
Wrongl en wey broot ende caes
Dat heit hi al den dach
Daer omme es de kerel so daes
Hi etes meer dan hys mach.
(Sorry hoor clubgenoten, dat moest er even uit, maar dat risico loop je als je een oud-leraar Nederlands als wepmeester laat fungeren.)
Highlights:
Veel zullen het er dit keer niet zijn, want de winst werd meestal geboekt via flinke fouten van de tegenstanders en zelden via fijnzinnige combinaties.
Nou ja, die van Frank. Dat wel dus!
WgtrnFrank1
Wit probeerde de zwarte wals te stoppen met 12. f3, maar Frank rekent uit dat dat niet helpt. Kijkt u even mee, het is geforceerd, het traint uw voorstellingsvermogen. Dan wordt dat misschien net zo goed als dat van Frank.
12. …. e4! Verliest dat niet gewoon een pion? 13. fxe4 dxe4 14. Pxe4 (Lxe4 verandert niks aan het principe) Pxe4 15. Lxe4 Dd4 + schaak en stukwinst op e4. Mooi hè.
Ach die van Martin was toch ook wel leuk (als hij het ook al bij zet 14 zag)
Na 13. …. Tb8 (foutje in gelijke stelling) 14. c5 schaak (kan nog sterker, maar dit is wel een valletje)
WgtrnMartin1
Nu had zwart het beste 14. …. Df7 kunnen proberen, want het logisch lijkende 14. ….. , d5?? is veel slechter, wegens 15. Lf4!! Dat kost of een pion (na 15. … e5) of een kwaliteit op b8 of een pion op b7 (na Ta8). Om maar eens wat te noemen. En als zwart van zo’n zet heel erg schrikt volgt er nog een blunder (“Een slechte zet komt zelden alleen”, zei een beroemde grootmeester eens. Wie? Weet ik niet meer.) Hier dus ook:
WgtrnMartin2
15. ….. Le4 ???? 16. Txe4! Met stukwinst, want zwart mag niet terugslaan wegens penning van d5 door de dame op b3. Leuk hè.
(Martin zei me na mijn smadelijke nederlaag destijds: “Ik vind het nooit erg als ze Hollands spelen tegen 1. c4 want heel vaak kun je iets met die lijn b3 – g8” Maar dat had hij Noordam natuurlijk niet vantevoren verteld.)
Hierboven vermeldde ik al dat Paul met zwart het Schots gambiet met zwart niet ideaal speelt, maar ook Beentjes doet het niet perfekt
WgtrnPaul1
Hier kan wit 6. Db3! spelen. Lastig voor zwart. (Pa5 of Kf8 ?) Ik meen me te herinneren dat ik Paul een paar jaar geleden ook al eens heb zien zweten toen hij zoiets in een uitwedstrijd in de externe tegen zich kreeg. Maar Paul herinnert zich kennelijk niks. Maar gelukkig voor hem speelt Beentjes hier 6. cxd4 wat natuurlijk wel redelijk is, maar niet de beste.
En voor diens lesje ‘Hoe geef ik een handjevol pionnen cadeau?’ zie hieronder:
WgtrnPaul2
11. Ld3?? (Dd3!?) Pxd4 12. Le2? Pxe2 13. Pxe2?? (Dxe2!?) Pxe4
En voor wie het nog niet helemaal begrepen heeft precies zo’n lesje bij Ron:
WgtrnRon1
13. Lxf4? Db6 schaak 14. Kh1 Dxb2
WgtrnRon2
15. Pa4? (maar alles is slecht) Dxc2 16. Tc1 Dxc1 17. Dxc1 Txc1 18. Txc1 en als alle kruitdamp is opgetrokken staat zwart 2 pionnen voor. En dat is genoeg.
Aan het eindspel van Gerrit kunnen we een heel verslag wijden. Maar ik zal me beperken tot enkele momenten.
WgtrnGerrit3
Wat ik moeilijk vind aan dit eindspel is dat je er met de gewone schaakwetjes niet bent. Ik zou precies zo gespeeld hebben als Gerrit, maar helaas, dat hoort volgens Komodo niet te winnen. Ik zou ook gedacht hebben: 1. Koning centraliseren! 2. Niet te vlug die koningspionnen opspelen. In ieder geval zo lang mogelijk voorkomen dat daar een zwarte vrijpion ontstaat. 3. Kijken of met die pionnenmeerderheid op de damevleugel een vrijpion te creëren valt. 4. De witte stukken staan beter. Verknoei dat niet te vlug.
Maar Komodo ziet hier als beste mogelijkheid 31. f5! Zelfs ik begrijp dat je dan geen 31. … g6-g5 moet spelen omdat dan de kans op een zwarte vrijpion aan koningszijde wel erg klein wordt. Dus 31. … gxf5 32. gxf5 . Maar dan geeft wit aan zwart toch zelf die vrijpion!? Maar volgens Komodo laat je die witte koning zo’n beetje staan waar hij staat om die h-pion geen kans te geven en ga je eerst op de damevleugel aan de slag.
Het zal wel. Nu kijken naar wat Gerrit speelt (en ik ook zo ongeveer gespeeld zou hebben) :
31. Kf3 Kf7 ? Komodo adviseert 31. …. f5 ! (Duidelijk, om alsnog wit’s f5 te voorkomen.) Met gelijke stand. En weer adviseert K. dus nu f4-f5. 32. Ke4?
WgtrnGerrit4
Als ik voor computer mocht spelen, zou ik mededelen dat wit voordeel heeft. Maar de echte computer zegt nu 32. … h5 met gelijkspel. Dat kun je als mens toch niet bedenken. Het gaat hier dus eens een keer niet om het centraliseren van de koning, maar om die koningsvleugel in het vizier te houden en actie ondernemen aan de andere kant, op de damevleugel!
Tenzij …. zwart vergeet die vrijpion te creëren, zoals Rauws doet: 32. … Ke8 ?? ik zag hem gebeuren en het leek me niet logisch 33. Kd5! h5 hè hè. Maar nu misschien te laat? Komodo taxeert nu: 0.93, voor wit dus.
WgtrnGerrit5
34. gxh5 gxh5 35 Pd6+ (K. vindt gelijk 35. Lf2 om die vrijpion tegen te houden iets beter) 35. …. Lxd6? (Kd7!?) 36. Kxd6
WgtrnGerrit6
36. … Kd8?? dat maakt het erger! En zoals ik hierboven al aangaf had wit hier met 37. Lf2 kunnen winnen. Dan had hij de bloedstollende pionnenrace die nu volgt kunnen voorkomen. 37. Ke6? h4! 38. Kxf6 h3 (die pion kan niet meer zonder materiaalverlies worden tegengehouden. Ik weet niet of Gerrit dat had ingecalculeerd, of dat hij de ondersteunende manoeuvre met het zwarte paard had onderschat) 39. Lg1 (de enige)
WgtrnGerrit8
Pd4! Op weg naar f3 40. f5 (Terecht. ‘Ik ben er ook nog!’) 40 … Pf3
WgtrnGerrit10
41. Kg7! ( Terecht. Om ruimte te maken voor de f-pion. Ik dacht dat wit één zet had kunnen winnen door eerst Lh2 te spelen. Maar inderdaad dat helpt niet omdat het paard op h2 veel beter staat dan op g1, en direct een rol kan gaan spelen om de promotie van de witte pion te belemmeren 41. Lh2 Pxh2 42. Kg7 Pg4! En wit kan promotie wel vergeten!)
Je kunt het je haast niet voorstellen, maar inderdaad wint wit nu één zet omdat zwart eerst op g1 moet slaan , en dan promoveert weliswaar zwart alsnog één zet eerder, maar wit promoveert direct daarna met schaak. Daar moet je bij pionnenraces altijd rekening mee houden. Het is een geluk voor Gerrit dat dat ene tempootje voldoende is voor remise. Hij had liever willen winnen en daar ook een mogelijkheid voor gecreëerd, maar verliezen was wel heel zuur geweest.
WgtrnGerrit11
En zowel na Kd7 als na Kc7 is eeuwig schaak onvermijdelijk. REMISE.
Dat er na zo’n rustige, vredige partijopzet, als er bijna geen stukken meer over zijn, zo’n verschrikkelijke oorlog kan ontbranden. Mooi om te zien. Ik vraag me af hoe lang Gerrit nodig heeft om weer tot rust te komen.
Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.
12-03-2018
|
Aris de Heer
|
–
|
De Waagtoren 8
|
5½ – ½
|
1
|
8529532
|
Ron de Vink
|
1895
|
–
|
6192098
|
Nico Brugman
|
1508
|
1-0
|
2
|
7185981
|
Bert Kuijer
|
1806
|
–
|
|
|
|
1-0 R
|
3
|
6808131
|
Paul Verkooijen
|
1765
|
–
|
7691728
|
Beentjes
|
1465
|
1-0
|
4
|
7826654
|
Martin Zwaneveld
|
1670
|
–
|
8617367
|
Arend Noordam
|
1441
|
1-0
|
5
|
7803114
|
Frank de Geus
|
1663
|
–
|
6187885
|
Bob de Mon
|
1377
|
1-0
|
6
|
7268195
|
Gerrit van Dok
|
1625
|
–
|
8580385
|
Han Rauws
|
1181
|
½-½
|
|
1737
|
|
1394
|
|