Ze hadden er zin in.
Heerlijk, eindelijk weer zo’n potje bordboksen. Met die prachtig vormgegeven stukken. Heerlijk zo’n tikkende klok ernaast. O nee, dat was vroeger. Maar toch. Heerlijk die spanning: kan ik het nog een beetje? Of ga ik in ronde 1 al knockout?
Je zou verwachten dat er aardig wat geknoeid zou worden na zo’n wedstrijdloos jaar, maar dat viel mee. Behalve bij Martin tegen Frank. Zelfs de eerste zet was moeilijk, Martin dacht tien minuten na voor hij zijn eerste zet e4 had bedacht. Daarna gebeurde bij Frank ook zoiets. Maar toen kwam bij hem wel een Versnelde Siciliaanse Draak op het bord in plaats van het Frans. Die jongens hebben zoveel partijen tegen elkaar gespeeld, die kennen elkaars repertoire wel aardig. Hoe verras ik mijn tegenstander nog een beetje? Nou dat lukte. Nota bene op de vierde zet wist Martin het niet echt, maar vond hij dat het al zo lang geleden was dat hij een stukoffer bracht. Dus offerde hij pardoes toen al een loper. Wat eigenlijk nergens op sloeg.
Had waarschijnlijk na 4. .. Kxf7 5. Pg5+ Ke8 6. Df3 het eenvoudige 6. .. Ph6 over het hoofd gezien. Tja, daarna werd alleen nog een beetje securiteit van Frank gevraagd. Die had dat wel. Hoewel hij niet altijd de allersterkste zetten vond, was het allemaal agressief genoeg. Reeds bij zet 17. ging wit tegen het canvas.
17. Df4? Tf8 ! wit geeft op
Peter deed het goed tegen Paul. Beetje voorzichtig in de opening, maar Paul is ook niet iemand voor wilde openingen. Na zijn m.i. wat eigenaardige lopermanoeuvre bij zet 12 en 13 stond Peter zelfs wat beter. En hij verwaarloosde zijn dekking niet! Maar bij zet 17 begon het mis te gaan.
Hier houdt wit met 17. Pxe5 een nette stelling, maar na 17. Pf4? ruikt Paul mogelijkheden met 17 .. Pxf3. Die deelde direct een rechtse hoek uit!Beide mogelijkheden om terug te slaan zijn onvoldoende , maar zoals Peter het doet gaat het nu toch wel erg vlug. Als hij dan ook nog in Paul’s valletje trapt en een giftige pion op c7 pakt, zet Paul hem met gracieuze gebaren mat. ‘Ach’, zegt Peter, ‘ik moet er nog even inkomen!’ Alsof hij voor het eerst in zijn leven een rondje tegen Paul verliest. Maar hij hield wel lang aardig stand !! Dat wel!
22. Dc6 ? Da1+ 23. Ke2 Dd1 mat
Arend hield het goed vol tegen Sven. Hij speelde volgens een boekje. Frans! (Wellicht zonder boekje.) Wegens Arend’s niet zo gebruikelijke maar wel ooit door een grootmeester gespeelde 5e zet Db6 wist Sven het ook even niet meer. Bij de 6e zet had Arend zijn tegenstander een geïsoleerde dubbelpion kunnen bezorgen. Met cxd4 en Dxb3. Maar omdat hij dat niet deed , bezorgde Sven hem aan de andere kant hetzelfde. En hoewel er nog weinig aan de hand is, heeft die daarom een aanknopingspunt voor zijn spel. Op pionnenjacht. Voorlopig zonder succes.
Als Zwart in deze stelling 16. …Pe5! had gespeeld, gevolgd door Pc4 had wit nog steeds niks gehad, maar na 16. .. Tdc8? zal er toch een pion afgaan. Daarna gaat het snel. Ineens lijkt Arend groggy, en komen alle witte stoten aan. Moet gezegd dat ons jeugdtalent ze wel erg goed plaatst. Arend denkt met een tegenstoot overeind te kunnen blijven , maar een tussenschaak voorkomt stukruil, waardoor zwart een stuk achter blijft. Hij geeft op. Wit wint op punten.
22. .. Ta4 23 Ld5! Gevolgd door bxc6
Hans kreeg van Matthijs een Siciliaan voorgeschoteld, met 2. … e6 , een Tajmanov-varaint die intussen nogal populair is in onze kringen. Hans ruilt op zet 7 het zwarte paard met Pd4 x c6. Een zet die volgens mij meestal weinig uithaalt. Hier ook niet. Maakt alleen het zwarte centrum maar sterker. Zwart staat prettig. Maar na de loperruil bij zet 11 wordt het wat minder. Ten gevolge van de daaruit voortvloeiende tempoverliezen raakt Matthijs langzaam in de problemen.
Zo’n paard op d6 ziet er erg onaangenaam uit! Zwart krijgt ruimtegebrek, raakt in ademnood. Hij is toe aan een timeout met verzorging. Hierna blijft wit erg solide en sterk vechten, met steeds nieuwe plaagstoten, om zijn voordeel om te zetten in winst. Bij zet 22 wordt het tijd om de opgebouwde druk op de d-lijn te gaan benutten. Bijvoorbeeld met Pe4! Dat vindt Komodo sterker dan Pc4, wat Hans speelt. Die nu langzaam veel van zijn voordeel kwijt raakt. Matthijs komt weer een beetje bij zijn positieven. Tot hij opnieuw zijn verdediging verwaarloost en met 30 …. Td8 een pion weggeeft.
3o …. Td8? 31Txc6!
Hierna herneemt wit zijn druk op de d-lijn en spoedig ziet Matthijs het niet meer zitten. Hij gooit de handdoek in de ring. Wellicht iets te vroeg, want een toreneindspel met één pion meer kan van de sterkere partij nog veel geduld en tijd vergen.
Met 32. … Tf5 kan zwart nog wel even sparren. Maar ja, echt lollig zal het niet worden. En het is al laat!
De mooiste partij van vanavond vond ik die tussen Hugo en Bert. Ik had een plaatsje voorin, op de eerste rang , voor de belangrijke genodigden. En ik genoot. Het was al spoedig duidelijk dat hier geen lichtgewichten in de ring stonden. En bij de analyse thuis met Prof. Mr Dr K werd dat nog duidelijker. Het gevecht eindigde uiteindelijk onbeslist. En Hugo zei achteraf dat hij daar zeer tevreden mee was want dat hij eigenlijk al vroeg minder stond. Dat waagde ik te betwijfelen en K. is het met me eens. OK, wit speelt in de opening een tikkie te voorzichtig. Hij wil wellicht de kat uit de boom kijken. In ieder geval niet de manier om met wit het voordeel van de voorzet te benutten. Er bestaan wel scherpere methodes om het KoningsIndisch (resp. Gruenfeld) te bestrijden. Maar Hugo’s aanpak is ook niet iets om snel in het nadeel te geraken.
Wij kennen de geduldige manier waarop Bert dan gaat wachten op het moment dat er echt iets zichtbaar gaat worden, de tegenstander wat vermoeidheidsverschijnselen gaat vertonen. Dat gebeurt op de 24e zet. Omdat dan een zwart paard met tempowinst naar veld d4 kan komen raakt wit onder druk. Na een gedwongen serie stukkenruil gaat de zwarte stelling er toch best prettig uitzien.
Een achtergebleven witte pion op c4 en f7-f5 en later e5-e4 in aantocht! En dan een heel sterke loper op g7!
Al tijden lang deden beide partijen sterke strategische zetten. Nu komt er tactiek in zicht! En dan blijkt zwart beter toegerust dan wit, en inderdaad nu staat wit al gauw heel beroerd! Nu pas heeft Hugo gelijk als hij zegt dat hij het moeilijk had.
Heel knap voert Bert de druk steeds verder op. Hij heeft er ook wel wat pionnen voor over. Ik zie verbaasd aan hoe wit toch nog steeds iets vindt om een directe knockout te voorkomen. En zwart steeds weer iets vindt om de aanval te laten voortduren. Maar bij zet 39 is het echt wel afgelopen! Nog even het winnende zetje vinden.
Hoe dat had kunnen gaan laat Prof Mr Dr K zien. Bert mist de winstmogelijkheden door 39 Te8? te spelen. Hier zouden zowel d3 als Txh3 tot winst hebben geleid. Natuurlijk heeft Bert naar beide gekeken. Maar waarschijnlijk toch te veel beren op de weg gezien. “Ja, ik stond beter.’ Zegt hij achteraf. “Maar ik zag het even niet”.
Voor de zekerheid: dit diagram hieronder kunt u bewegen! Door op de tekst van de zet te klikken. (o.a.)
Jammer voor hem! Gelukkig nog wel remise. Was wel heel erg onrechtvaardig geweest als het door die geofferde pionnen ook nog verloren zou zijn geweest. Prettig voor Hugo. Die met opgeheven hoofd uit de ring kon stappen. Bewonderd door veel ademloze toeschouwers. Mij was duidelijk: als die nieuwe geen zwaargewicht is, in ieder geval een middengewicht. Die zal niet gauw de handschoen in de ring gooien.
Aldus een mooi begin van hopelijk een mooi (volledig?) seizoen.
Eindcorrectie moet nog plaatsvinden