Bijna alle zwaargewichten waren er. En voldoende midden- en welter-gewichten om een interessant programma te kunnen bedenken. Al waren er ook zwaargewichten die zo te horen misschien beter thuis hadden kunnen blijven. Nog onvoldoende van vorige blessures hersteld?
Een mooi zaaltje vol.
Er was ook een nieuw gezicht. Dat is prachtig. Ik bedoel niet het gezicht – dat ook natuurlijk- maar het feit dat er alweer een nieuwe potentiële strijder voor ons clubje komt kijken.
Plaatjes groter?Klik erop!
Een sportief mens, dat viel direct vast te stellen. Al snel in de eerste ronde werd hij door Ab harteloos tegen het canvas gemept. Maar hij deed er niet moeilijk over. Hij slikte het, als een man. Ik was benieuwd , misschien lang niet getraind, of te weinig wedstrijdervaring, en dan even wennen . Hij had duidelijk in dat eerste potje weinig verwondingen opgelopen en hij trok welgemoed de handschoenen weer aan voor een tweede ronde. En mooi zo, die won hij. Ab verwaarloosde even zijn dekking, en daar ging die. Goed voor het Smit`s moreel. Ab mopperde nog wat , waaruit waarschijnlijk zou moeten blijken dat hij het eigenlijk had moeten winnen, maar zo reageert hij altijd. Daar moet je niet op letten. Dat ook Cees Jan Smit alweer een recente aanwinst voor ons clubje zou betekenen, net als Sven, Hugo en Hans , bleek me toen hij daarna in een vriendschappelijk potje een geheid remise-eindspel tegen Gerrit wist te winnen. Dat lukt niet iedereen! Dus nu maar hopen dat hij net zo tevreden is met ons, als wij met hem.
Tot `leeringhe ende vermaecke` dan nog maar even waar het in die eerste partij misging:
Cees-Jan was met zijn tweede potje tegen Ab ook gauw klaar, want samen maakten ze er even turbo-amusement van. Dat daarna Gerrit tijd had om tegen hem te sparren, kwam doordat Gerrit vanavond tegen Thomas moest. ‘Dat wordt een zware avond’ fluisterde Gerrit me vooraf toe.’Hangt ervan af,’zei ik ‘Tegen Thomas kan het zijn dat je in 10 zetten al uitgeteld wordt.’ Dat gebeurde niet, maar het was wel tamelijk snel gebeurd. Gerrit deed het een poosje lang niet slecht, maar ja zijn favoriete Philidor, daar heeft een heer Broek natuurlijk al gauw niet veel moeite mee. Een plaagstootje links, een schijnbeweginkje rechts, en al gauw hapte Gerrit naar adem. De knock out was voor het publiek wel grappig, maar zal Gerrit niet leuk gevonden hebben. Zijn notatieboekje verdween al snel in zijn tas, en ik durfde hem er niet om te vragen. Hij had duidelijk nu meer behoefte aan een verzorger.
De witte stukken kwamen vervaarlijk opzetten, maar echt fout ging het voor hem pas bij zet 16:
Na 16. … Te8 valt er best nog te boksen, maar na 16. .. Tb7 gaat het mis. Gerrit probeert nog een stukoffer, omdat een normale voortzetting er al niet meer is, maar dat haalt niks meer uit.
Na zet 25 gebeurt het volgende
25. Kg2 Txe7 26. fxe7 Te8 27. Df8+ met mat op de volgende zet. De zwarte koning is even groggy en wordt per brancard afgevoerd.
Bert tegen Ron. Die toonden elkaar hoeveel respect ze voor elkaar hebben. Wat kleine stootjes, maar meer zat er niet in. Geen grote risico’s nemen. Voor je het weet heb je van zo’n tegenstander een linkse hoek te pakken. Ron speelde een Taimanov(of Kan)- variant van het Siciliaans. Een lijfopening van Bert. Ik denk dat Ron wel eens wilde zien hoe Bert zelf zoiets aanpakt, voor als hij zelf een volgende keer wit heeft.
4
Gebruikelijk zijn hier 5. Pc3 of 5. Ld3. Bert probeert het eens met 5. c4 Veel minder gespeeld , maar het lijkt best even sterk! En wit krijgt een betere stelling (1.00)
11
Maar 12. Pa4 is misschien niet de beste (Lxc5 en Tad1 1?) Bij zet 15 eindigt het duel onbeslist. Wit staat misschien nog een fractie beter, maar de wenkbrauwen zijn nog heel en blauwe plekken nog niet zichtbaar. Maar met minder wederzijds respect waren ze misschien nog even doorgegaan. Hadden ze elkaars dekking nog even getest.
14
Vrijdag kreeg ik nog het commentaar binnen van Ron. Omdat ik mijn bovenstaande verhaal al had staan, druk ik hieronder alsnog zijn mail af, waaruit moge blijken dat ik aardig raak zat met mijn opmerkingen over de Kann-variant en de bedoeling van Bert.
“Ik vond het dus wel dapper van Bert dat hij 1. e4 opende. Maar hij weet ook wel dat ik dan de Kann ga spelen, maar die kent hij natuurlijk zelf ook goed en beter dan ik. Bert speelde de opstelling met c4 omdat hij daar zelf ook de meeste hekel aan heeft. Volgens mijn boekje kan ik beter Pc6 uitstellen en Pf6 en Lb4 spelen als hij de loper naar e2 speelt. Dat dwingt dan f3 af en kan zwart een normale Hedgehog stelling opbouwen. I.p.v. h6 overwoog ik daar ook h5, dat bleek bij de na-analyse niet zomaar te weerleggen (dreiging Pg4 is toch vervelend), wit kan overigens wel Dg3 dan spelen. Nu bleef de stelling toch redelijk in evenwicht. Best leerzame partij voor ons beiden. Terechte remise.”
Martin-Frank
Ook weer een Tajmanov. Martin doet het 7 zetten wel goed, maar de 8e zet (b3) zou ik zelf nooit spelen. Je ziet hem nooit, dus zal het wel niet de tactiek zijn om de tegenstander met je voorzet in problemen te brengen.
10. f4? Lf6
Frank: “Wel zag ik in de opening dat f4 niet goed was.
Ik kwam al snel beter te staan vond ik en heb het verder redelijk goed gespeeld tot het moment dat ik onder tijdsdruk kwam.” “Ik kijk uit naar jouw en Dr K hun mening. “ Nou wat Frank vindt, dat vinden hunnie dus ook allemaal!
Bijv. bij zet 14 heeft zwart echt flink voordeel.
Wat doet wit met die onontwikkelde damevleugel? Rondlopend dacht ik: ik zou maar La3 proberen. Maar daar ziet Dr K. ook niks in. Die laat dat hele rijtje dame-stukken gewoon maar staan. Die ziet dus kennelijk ook geen oplossing voor het probleem.
Martin speelt 14. Ld2 waarna K. naar -2.00 schiet! Dus -+
Daarna vecht Frank lange tijd niet ‘redelijk goed,’ maar gewoon goed!
Frank: “Het werd een latertje en we zaten op het einde beiden in tijdnood.
Dat is ook wel te zien aan het feit dat ik 2x de winst miste.Ik zag spoken op het moment dat Pc3 winnend was
en miste na Lb7 het simpele paardenvorkje Pe2 om de dame te winnen.”
Dat is waar. Alleen door tijdnood te rechtvaardigen. Maar te zijner verdediging moet worden aangevoerd dat hij daarmee nergens zijn overwinning in gevaar bracht. Hij stelde het alleen een beetje uit. Martin hing murf in de touwen, en daar veranderde de tijdnoodmissertjes niks aan. Martin probeerde nog wat de clinch op te zoeken, maar kon de nederlaag daar toch niet mee voorkomen. De scheidsrechter pakte de arm van de winnaar en stak die omhoog! Maar het was zo laat geworden er zat geen mens meer in het publiek om die toe te juichen!
Hans tegen Paul.
Vast ook wel wederzijds respect, maar hier ging het toch anders. Hans wilde nu toch graag weer eens zijn aanvallende stijl zien winnen. Lekker eindelijk weer eens een goed doorkomende uppercut. En Paul had zoiets van: ik sta best iets hoger op de elo-lijst, en dat moet nou maar eens duidelijk worden. Die twee hebben natuurlijk nog lang zo vaak niet tegen elkaar gebokst als Bert en Ron, dus er is nog geen echte duidelijkheid.
In de Siciliaan ging ook Hans voor 3. b3. Zoals ik hierboven al opmerkte: niet mijn piece of cake. Het antwoord van Paul was ook niet heel erg gebruikelijk: 4. …. e5. Maar wel pricipieel. ‘Laat maar eens zien dat die loper nou nog eens iets doet’ Daarna werd het een aftasten van de verdediging(zwart) en de aanval (wit). Rond zet 17 krijgt zwart wel door dat de witte stoten nog steeds weinig resultaat opleveren en gaat zelf in de aanval. Met al zijn pionnen op de damevleugel en een stiekem meeloerende koningsloper op de achtergrond. Goed die kan nu nog niets, maar als ooit die pion op e5 in beweging komt!
17
Eigenlijk volgens het boekje. Probeer jij aan te vallen op mijn linkerflank, dan ga ik terugmeppen op mijn rechterflank. Zullen we wel eens zien wie het eerst doel treft.
Het lijkt of de witte aanval een beetje is vastgelopen. Hoe moet dat verder?
21
De stand is gelijk. Wit bedenkt een plan op afstand. Hij vertrouwt erop dat ook de zwarte aanval niet veel zal uitrichten en neemt de tijd voor een hergroepering. Hij gaat via 22. Ph1!? 23.Pf2 25. Ph3 het paard naar g5 te brengen. (28. Pg5). Leuk bedacht, maar de vraag is of dat paard daar nu zoveel meer doet. De aanvallende bewegingen van zwart leveren hem een pion op. We zien bij Hans wat we vaker bij hem gezien hebben: risicootjes nemen, want aanval is de beste verdediging, en dan toch ineens blauwe plekken hebben opgelopen. Ik kreeg het idee dat Paul dit misschien toch zou gaan winnen. Maar door waarschijnlijk een moment van zwarte onachtzaamheid krijgt wit een pion te pakken.
31
31. Dxb4!
Of zou toch wit het nu gaan winnen?
Zwart probeert met veel schijnbewegingen wit te verontrusten. Dat lukt wel aardig. Het is een poosje de vraag of die iets heeft aan zijn pion meer.
35
Volgens K. had zwart nu het beste maar wat hen en weer kunnen gaan schuiven. Een fatale klap lijkt er dan niet meer in te zitten. Dan dreigt een slot op punten, onbeslist.
Maar Paul was toch van plan om vanavond te laten zien dat hij best wel de sterkste van de twee is? Ja, daarom gaat hij weer over tot actie. Die hem eigenlijk alleen in de problemen dreigt te brengen. 36. … f6 37. Ld2! , f5? En nu zou volgens Komodo wit met een pionoffer op d4 en het via de a-lijn op dreef brengen van zijn dame de zwarte koning in wat problemen kunnen brengen. Maar dat lijkt me niet iets voor gewone sporters. Meer iets voor een wereldkampioen zwaargewicht. Dus dat laat ik maar even zitten.
Wit doet het anders , ook niet gek, en lijkt toch ook nog iets zonder een pluspion te kunnen doen. Althans volgens Komodo. Met Db5 en Lb4 (of Loper a5).
39
De oorzaak is dat de zwarte Dame een beetje uit de buurt van het strijdtoneel is geraakt. Het kost tijd om die weer op de goede plek te krijgen. Maar als je die stelling ziet begrijp je gemakkelijk dat de mannen zelf tot een ‘onbeslist’ besloten. Al met al een aardig gevecht tussen een aanvallende stijl en een `kom maar op want mijn tijd komt nog wel`-stijl.
Dat was het dan weer.
Eindcorrectie heeft nog niet plaatsgevonden.