Z.S.C. Saende uit, altijd lastig 6,5 – 1,5

Toen ik mijn telefoon vrijdag middag wilde oppakken rook deze al naar een vreemd luchtje. Het werd mij al snel duidelijk toen ik in de Aris de Heer Whatsapp groep keek wat dit was. Het was de geur van angstzweet veroorzaakt door rating schema’s van onze tegenstander van de avond. Met niet de minste namen waaronder IM Manuel Bosboom de vraag was, wie mag zich in een illuster rijtje gaan voegen “verslagen door Bosboom” waar niet de minste namen in staan waaronder de in 1999 in Wijk aan Zee, verslagen Russische speler Gary Kasparov.

Maar niet alleen de sterspeler, de gemiddelde rating van onze tegenstanders was ruim boven de 1900. Zonder Thomas zouden we wel eens om half 11 afgedroogd en wel in de auto terug kunnen zitten.

Helaas konden we niet aan 7 spelers komen, zelfs niet met onze vliegende kepers Koen en Jos. Gelukkig maakte hun aanwezigheid het wel mogelijk om vanavond te kunnen spelen.

Na overleg was besloten wel het eerste bord te bezetten zodat (na verwachting) de eer om tegen een IM te spelen niet zomaar aan ons voorbij te laten gaan. Echter tot onze verrassing zorgde persoonlijke voorkeuren en dat wij het tweede bord leeg lieten ervoor dat niet Ron op bord 1 maar Sven op bord 4 deze partij mocht spelen.

Ik heb mijn best gedaan voor om tijdens het spelen andere partijen in de gaten te houden. Mochten jullie extra feedback hebben stuur deze vooral nog even op voor een “na-redactie”.



Bord 1 – Ron de Vink (1884)Jan-Bart Abcouwer (2083) 0-1
Ron speelde engels, een speelstijl die ik persoonlijk alleen maar kan aanmoedigen. Op dit niveau zie je dat de tegenstanders met Zwart hun eigen voorkeuren krijgen tegen het engels en zich zonder problemen weten te bewegen in de thema’s die volgen.

Door Ron
Je kunt het David tegen Goliath noemen. Dit gold vooral voor de partij van Sven tegen Manuel Bosboom. Dat was echt spektakel en chapeau voor Sven. Het grappige was dat ik tegen mijn tegenstander na 4 zetten dezelfde stelling nog op het bord had en hem zou kunnen kopiëren. Dat vond ik echter niet sportief, dus ik ging verder met het door mij normaal gespeelde 5. e3. Ik zag dat alle anderen van ons leuk begonnen waren, behalve Koen, die in zijn Pirc een verkeerd plan koos en zijn direct dame in de problemen bracht. Die zou snel verliezen. Maar het is gewoon leuk om tegen sterke tegenstanders te spelen.

Helaas gebruikte in de opening en middenspel teveel tijd, dat zou mij later in het eindspel de kop gaan kosten. Daar zag ik dus ten onrechte spoken, dat als alle torens geruild zouden worden, ik niet op tijd zou zijn om zijn pionnen op de koningsvleugel tegen te houden. Ik had de onjuiste veronderstelling dat ik dan eerst nog een pion moest winnen op de damevleugel om zelf nog (tijdig) een vrijpion te creëren. Maar ik kan dus wel degelijk mijn paard terugbrengen en zelf ook gaan stormen met de pionnen. Het is dan nog steeds remise. Na 31. Ka3? kon hij gelijk winnend 31…,f5 spelen. Met zijn 31…., Te2? kreeg ik nog een kans (maar wij beiden waren dus in de veronderstelling dat ik niet kon slaan). 24. Pa4 was trouwens onnauwkeurig, ik moet eerst 24. h4 spelen.

In de opening speelde ik 14. g4. Ik was niet zeker of zijn paard op h4 dan niet in de problemen zou geraken. 18. Th2? is fout, ik speelde dit om dat h4 paard veld g2 te ontzeggen en mijn eigen paard te dekken, maar hij kon nu 18..,d5! spelen (18. Td2 was aangewezen). Na zijn 18…,Te7? had ik echter nu wel met 19. Td2 alsnog in het voordeel kunnen komen. Ik dacht eerst dat 19…,Df5 niet kon vanwege 20. Dg3 en hij verliest zijn paard. Maar na 20…, Tae8 21. Td2, cxd4 22. Dxh4 gaat het niet goed. Zijn dame gaat winnend naar a5!
Ik moet echter niet gelijk op f5 ruilen. Eerst gewoon 20. dxc5. Hij moet na 20…,dxc5. 21. Lxg7 dan wel zelf gelijk dames ruilen want anders wint Dg3 wel.

Hulde voor Bert, Martin en Jos die wel remise speelden.=

Bord 3 – Bert Kuijer (1773)Eric Bark (2034) 1/2 – 1/2
Ik heb de opening gezien waarbij Zwart in de eerste 10 zetten 8 pion zetten speelt, met name aan de dame vleugel. Ik keek hier met een beetje verbazing naar, ik kon mij niet voorstellen dat het goed was maar het zag er zeker niet slecht uit. Ik was blij dat ik hier geen kaas van hoefde te maken. Bij het langslopen zag ik Bert echter goed voor zitten en telkens beter en actiever komen te staan. Ik denk rond zet 25 zagen die pionnen er echt uit als zwaktes ipv. krachtpunten.

Heel mooi om te zien dat Bert zo’n enorme solide schaker is, zeker in dit soort externe wedstrijden met de nodige druk te motivatie. Dat het remise is geworden verbaasde me niets, ik denk zelfs dat zwart zich hier gelukkig mocht prijzen.



Bord 4 – Manuel Bosboom (2401) – Sven Damen (1767) 1-0
Nog in de veronderstelling dat Bosboom wel op bord 1 zou spelen stond ik met Sven te praten dat het natuurlijk super leuk en een eer is zo’n partij te spelen. De druk om geen grote fouten te maken voelen we natuurlijk allemaal, ikzelf speel een partij tegen een veel sterkere tegenstander altijd het met het gevoel dat ik iets totaal over het hoofd zie. Als je een onbewuste strategische fout maakt dat jouw tegenstander dat meteen afstraft. Het is zaak de druk van je af te zetten en solide te blijven schaken. Ik zag al snel dat Bosboom zijn “inmiddels bekende” opstomende h-pion al snel op het bord zette.

Ik sprak Sven even kort na de opening en hij vond het lang goed gaan. Een prettige opbouw zonder directe grote problemen. Manuel gaf zelf aan dat hij wel wat zwaktes zag in zwart zijn stelling, maar dat resulteerde niet direct in grote problemen. Zover ik het kon volgen kwam wit beter te staan maar de aanval op de koningsvleugel werd solide door Sven verdedigd. Ik zag de stelling kort na het onderbreken van de dame die op b2 stond te kijken naar de zwarte koning door d4 te spelen.

Commentaar Sven en analyse

Voor mij was dit mijn tweede ontmoeting met Manuel Bosboom. Nadat ik afgelopen zomer kansloos verloor in een snelschaak toernooi in Amsterdam mocht ik nu in een normaal tempo partij tegen hem aantreden. 

Voor en tijdens de partij merkte ik dat ik nauwelijks last had van zenuwen en genoot voornamelijk van de partij. Ik had als 8-jarig jongentje die net de regels van Kees Pruis had geleerd niet kunnen bedenken dat ik ooit zo’n mooie partij tegen zo’n sterke tegenstander (top 100 van NL) zou gaan spelen. Toen ik rond middernacht alsnog moest opgeven overheerste trots in plaats van teleurstelling.

We speelden een symmetrische Engels, iets wat ik hiervoor slechts één keer eerder heb gespeeld, en ik kwam desondanks redelijk comfortabel uit de opening. De computer geeft dat ook een plusje voor zwart aan. Daarna werden de zwarte velden rondom mijn koningssteling redelijk zwak en Bosboom maakte daar met de dame op b2 dankbaar gebruik van. Op zet 18 staat wit zo goed als gewonnen. 

Maar na een paar mindere zetten van wit raakt Bosboom zijn voordeel kwijt en kan ik op adem komen. Dan sta ik toe wit in het centrum te laten oprukken, waarna een dubieus stukoffer van mijn kant de evaluatie van de computer weer op 0 staat. Met meer geluk dan wijsheid kan ik met een stuk minder mijn torens activeren en de koningstelling van Bosboom aanvallen. De computer geeft op zet 35 zelfs -3 voor zwart aan! ik ben aan het winnen tegen een Internationaal Meester met ongeveer 600 meer ratingpunten! 

Helaas laat ik tot twee keer toe de kans liggen om de partij naar me toe te trekken. Vermoeidheid en tijdsdruk beginnen me op te breken. 

In het eindspel waarbij we minder dan een minuut op de klok hebben en Bosboom twee pionnen meer heeft, valt het doek alsnog voor mij.

Zout in de wonden, had Sven kunnen winnen?
De vraag of Sven had kunnen winden vinden we op zet 35. Sven is na d3 doorgebroken en heeft het paard terug gekregen. De gespeelde zet van Sven lijkt de natuurlijke 35….. Tdd2, echter het had hier anders gekund om te winnen!!

Naar mijn mening zie je dit alleen als objectieve schaker, zwart staat lang gedrongen in de partij maar in exact deze stelling heeft de witte Dame geen velden meer! Maar alleen onder voorwaarde dat de zwarte toren op de e-lijn kan blijven staan. Als wit Te5 kan spelen is het al te laat. Een beetje per toeval ontstaat dan opeens de volgende variant, met dame tegen toren verlies voor wit wat opgave afdwingt.

Martin: “Erg goed gespeeld Sven! Los van winstkansen in tijdnood en laat op de avond heb ook jij laten zien dat je, je mannetje staat in de eerste klasse!”

Bord 5 – Paul Verkooijen (1761) – Hans Galje (1986) 0 -1
Ik zag Paul een solide partij te spelen, zonder direct in de problemen te komen. Zwart stond al snel iets beter en heeft dat voordeel niet uit handen gegeven. Ik zag een winnende eindcombinatie die tot stuk en dus ook partijverlies leide.

Bord 6 – Willem de Boer (1913) – Jos Lohmann (1799) 1/2 – 1/2
Deze partij kon ik iets beter volgen omdat ik naast Jos had plaatsgenomen. De bekende vreemde pion-opzetten zoals Jos die wel vaker doet zorgde weer voor bijzondere stellingen. Ik denk echter dat de speelstijl van Jos zich erg leent voor overschatting, ik heb wit een overhaaste aanval zien opzetten die Jos zorgvuldig om zeep wist te helpen.

Ik denk dat Jos een echte remise koning genoemd kan worden. Ik vraag me echter wel af of in de eindstelling Jos niet door had mogen spelen, immers een volledige pion voor zou op termijn toch nog kansen kunnen bieden.

Bord 7 – Martin Zwaneveld (1732) – Stephen Garrett (1906) 1/2 – 1/2
Ik ging zelf met de nodige spanning achter het bord zitten. Met wit wil je toch het een en ander dicteren om te verzorgen dat je niet in een min-stelling weggedrukt wordt tegen een sterkere tegenstander.

Ik speelde engels, en kwam in een stelling met een zwarte loper gefiatteerd zonder dat zwart c6 gespeeld heeft. Dit zijn vaak dynamische stellingen waarbij de pionnen in het centrum van cruciaal belang zijn. Daarbij is het devies, ontwikkelen, ontwikkelen en ontwikkelen. Tot mijn verbazing speelde zwart e5 (wat de zwarte loper blokkeert) om vervolgens deze pion “weg te geven” om die loper actief te maken. Echter achter het bord vond ik niet dat zwart hier echt voordeel uit kon halen.

In de digitale na analyse zag ik echter dat zwart in zijn poging om een voordeel te krijgen hij zijn toren op een slechte plek zetten en uiteindelijk 2.00 achter kwam te staan. De computer berekende dit op basis van het eindspel wat ik kon forceren, echter mijn voordeel was dat ik een duidelijker plan had om te spelen door de toren op te jagen.

Dit lukte goed tot we allebei onder de 20 minuten terecht kwamen en er steeds meer haast geboden was. We kwamen in een 0.0 stelling terecht bij een herhaling van zetten. Ik schatte dit echter verkeerd in en maakte op dat moment een grote fout die de remise en al het voordeel uit het raam mieterde. We hadden toen elk nog minder dan 5 minuten te spelen en ik moest hier een stuk offeren voor 2 doorgebroken pionnen.

De doorgebroken pionnen dwongen af het stuk weer terug te geven maar het eindspel leek voor zwart te winnen. Een kleine on-nauwkeurigheid van zwart dwong af dat ik 2 pionnen kon terugwinnen door telkens op mat te spelen. Ik deed dit beter als mijn tegenstander en kwam uiteindelijk dus op een verdiende remise uit.

Bord 8 – Erik van Nassau (1878) – Koen van Lankveld (1728) 1 – 0
Koen voelde zich vrijdag avontuurlijk en speelde snel zijn dame uit de opening. In de analyse was hij hier niet ontvrede over, maar scherm spel van Wit zorgde er wel voor dat Koen met zijn dame klem kwam te staan. Binnen 10 zetten maakte Koen de beslissing om niet met een pion minder en zonder rokade deze partij uit te spelen. Hij ruilde zijn dame voor een toren, loper en pion. Kwa materiaal misschien gelijk, maar om nog kans te maken is het vereist dat je tegenstander wat missers maakt. Op dit niveau was dat slechts ijdele hoop en Koen moest dan ook hopeloos toezien hoe wit met prachtige combinaties het punt op bord 8 wist binnen te halen.

De eerste klasse
Ondanks het verlies en zonder winstpartijen hebben we toch laten zien wel degelijk in de eerste klassen goed te kunnen spelen. Op papier was dit de sterkste tegenstander en we waren zeker niet om half 11 afgedroogd. We laten als team zien dat we wel degelijk punten kunnen scoren maar het belangrijkste is dat we hier allemaal van kunnen genieten om onze beste partijen mogelijk te spelen.

2 gedachten over “Z.S.C. Saende uit, altijd lastig 6,5 – 1,5”

  1. Leuk snel verslag terwijl de wedstrijd toch tot zo’n middernacht duurde. Manuel Bosboom als tegenstander is natuurlijk ongedacht voor ons kleine dorpskluppie. Wij zijn erg verwend met de verhalen van Eddy op de website, maar nu geef ik toch een linkje naar een andere website met een boeiende recensie van het boek over Manuel Bosboom. Kijk ook naar de commentaren /herinneringen die daarna komen. https://www.schaaksite.nl/2022/01/07/peter-boel-en-merijn-van-delft-chess-buccaneer-the-life-and-games-of-manuel-bosboom/

    Ik ben eigenlijk al 3 jaar weg uit Noord-Holland en verdwaalde in Zaandam; zoveel nieuwbouw maakte het onherkenbaar. Dat gold niet voor het biljart/bridge/schaakgebouw waar we speelden. Dat is totaal niets veranderd; zelfs dezelfde mensen achter de bar; dezelfde foto’s aan de muur

    Het was leuk weer eens oude bekenden te zien, maar ik schrok wel dat ondanks de invallers er toch een incompleet Aris de Heer achttal was. Dat zou niet mogen…….

    Jos Lohmann

Reacties zijn gesloten.