Slechts 4 partijen, maar wel boeiende.
Een leerzaam eindspel bij Peter tegen Ab. Ik fluisterde ze toe dat dat echt remise moest worden, ondanks Ab’s één pion meer, maar met ongelijke lopers en ook nog dubbelpionnen. Peter fluisterde terug: ‘Ja, maar ik weet echt niet hoe!’ Daarom ga ik daar verderop nog even op in.
Sven was kennelijk nog niet bekomen van de vreugde over zijn eerste plaats in zijn groep bij het Tata-toernooi, want die zat een beetje te knoeien vanavond. Een zeer geconcentreerde Paul las een minder geconcentreerde Sven even stevig de les.
Gerrit (met zwart) hield lang stand tegen Bert. Die met zorgvuldig spel toch een klein voordeel verkreeg. Maar Gerrit bleef taai verdedigen, en na een mislukte witte poging tot aanval werd de stand weer gelijk. Ook hier een boeiend eindspel dat behoorlijk lastig werd met wederzijds een rondspringend paard, tot voedsel diende pionnen, en heen en weer rennende koningen. Gerrit zal ergens wel iets verkeerd gedaan hebben, want ineens stond hij toch verloren. Mij viel op dat toen Bert noodgedwongen sneller ging spelen, ook Gerrit dat ging doen, hoewel die meer tijd op de klok had. Een verschijnsel dat je vaak ziet, en zelden verstandig is.
Moeilijk was ook de partij tussen Frank (zwart) tegen Ron. In ieder geval voor mij te moeilijk. Ron’s verlangen naar perfectie kostte hem ook vanavond weer verschrikkelijk veel tijd, wat laat op de avond weer leidde tot enigszins chaotische taferelen. Het werd toch remise. Daarover mag ik ergens hieronder de heren zelf aan het woord laten.
Paul (wit) tegen Sven.
Sven zocht zijn inspiratie in Skandinavië. Terwijl iedereen toch weet dat daar alleen maar sneeuw en kou vandaan komt. Paul is geen grote kenner van theorie maar de grote lijnen weet hij wel. Dus die stond rond zet 8 al op winst.
Wit heeft ze voor het uitzoeken. Pc3 is sterk. Maar het kan ook ingewikkelder maar veel leuker, en dat verkiest wit. 9. Pxe5!
9 … Lxe2 10. Dxe2 Te8 (De7 is niet veel beter )
11. Dg4+ Pd7 12. Pxf7 en zwart kan wel opgeven. Maar doet dan niet. Hopend op een blunder van Paul. Maar ja, die heb ik hem zelden zien maken. Nu dus ook niet. Toegegeven, Sven weet het toch nog wel een beetje gecompliceerd te maken, maar Paul doet alles goed.
Ik dacht zelf nu aan Lxf6 om het eenvoudiger te maken, maar Paul speelt het moeilijker maar interessantere en ook sterke 18. Pb5. Hij vertrouwt er terecht op dat 18 .. Lxb2 19. Tb1 (of zelfs Le3) wel erg gevaarlijk wordt voor wit.
Materieel stat wit niet eens zoveel beter, maar zijn aanval is onstuitbaar. Hier ergens geeft wit dan toch maar op.
Bert–Gerrit
De stelling met klein voordeel voor wit wanneer hij probeert een aanval te ensceneren.
Hier seinde ik naar de er ook naar kijkende Frank : Tbf6 en daarna T1b6? Die vond dat niet zo’n oplossing. Want Dg7 lost alle dreiging op, dacht hij. Maar het ging wel zo! 31. Tf6 Dg7 32 T1b6 Dxf8 Tf8 en volgens de computer staat wit toch aanzienlijk beter : + 1.60
Omdat Bert hierna de zaak overzichtelijker wil maken en dus ten onrechte toestaat dat de twee witte torens tegen de twee zwarte worden geruild gaat het nu toch echt verdacht veel op remise lijken. En dat blijft lang zo.
Maar Bert blijft zoeken naar winstwegen, en Gerrit blijft zijn best doen om die af te sluiten. Het wordt een vermoeiend, maar zeer grappig eindspel waarin beide paarden het hele bord over galloperen, heen en weer terug. Voortdurend ook dreigingen creërend. Volg hun verbijsterende routes.
Het verloren remise-eindspel van Peter.
Dit is remise. Ongelijke lopers + dubbelpionnen van zwart. Peter zei niet te weten hoe dit aan te pakken. Wat moet wit doen? Antwoord: heel lang NIETS. Peter speelt b3. Niet doen! Laat die zwarte damepionnen maar opstomen. Speel je zwartveldige Loper maar wat heen en weer. Liefst op de diagonaal h8-a1, maar dat hoeft niet eens altijd. Niet met een ander doel dan gewoon al je andere stukken niet te hoeven bewegen. Er komt dus geen tempodwang, en je kunt je Koning daar op e3 vastlijmen. Dan kan de zwarte koning nooit op de koningsvleugel de witte pionnen bedreigen. De witveldige looer van zwart kan zowiezo niks. Misschien ontstaat de volgende stelling
Diagram na zet 24 a4
Heel even wordt het kritisch. Nu moet echt even a3, omdat anders de pion a2 (vastgelegd op een wit veld) ooit door de witveldige loper van zwart kan worden opgepeuzeld. Na 25. a3! Kan zwart niks meer.
Na a. 25 … bxa3 26 ba3 komt zwart nergens meer langs. En wit speelt zijn loper heen en weer.
Na b. 25. b4-b3 idem
Na c. 25. b4 x c3 idem
Ron-Frank
Ron: Ik heb werkelijk genoten, ondanks dat ik het in enorme tijdnood feitelijk verpruts. De 1. b3 opening bevalt mij wel. Ik sta op het eind een kwaliteit voor en mogelijk nog gewonnen, maar Frank was zo sportief om remise te accepteren en niet op mijn klok te spelen. Ik zou hetzelfde hebben gedaan.
Frank:
De uitslag is uiteindelijk een remise.
In de eindstelling stond ik misschien iets beter, maar Ron had nog 20 seconden op de klok en gezien het spelbeeld van de avond zou het onsportief en onverdiend zijn om dat te gebruiken.
Grappig verschil van mening. Wat zegt Prof Mr Dr K?
27. La3 +4.60 Hoezo ‘een beetje beter’ voor zwart, of voor wit? Dit is verschrikkelijk veel beter voor wit!
En ja, na Lb2 wint wit een dame!
Ron:
‘Frank speelde weer eens origineel, al was het niet echt goed, maar tijdens de partij hadden wij beiden dat nog niet echt in de gaten. Maar het kostte mij allemaal wel teveel tijd. Martin gaf later aan dat ik toch echt sneller moet gaan spelen. Ik speel echter graag goed en blijk praktisch alles gezien te hebben, behalve dan in die tijdnood. Een dilemma.
Ik heb gekeken naar 9. Lxf6 (niet goed), maar vond daar dus het sterke 9. c4!. Op zet 14 kan ik echter wel beter op f6 slaan (ook weer over nagedacht).
Vervolgens is 10…, Dd6? echt verdacht. Ik had idee dat ik met 11. b4 dan stuk zou moeten kunnen winnen. Ik zag echter precieze vervolg niet, wat toch niet zo moeilijk is: vervolgens eerst g4 (druk van e3 weghalen), dan Da4+, dan a3 en als loper terug gaat naar c5 kan d4. 11. Df3 is overigens wel een goede alternatieve zet en plan. Frank geeft nu een pion, (ES: op b7, na 11. … dxc4) dacht dat ik niet op b7 zou slaan. (ES: maar dat deed Ron wel!)
Na zijn 14…., Pe4 zie ik dat er zowel druk op d2 als offers op e3 blijven. Hoe mij daartegen te verdedigen? Het gaat dus net goed, omdat zwart niet winnend 16…, Pxd2 kan spelen. Tijdens de partij was ik daar echter niet zeker van.
Vervolgens doe ik t/m zet 21 aldoor goede zetten.
22. Te1? ( Pc6!)
Zet 22 is minder maar nog steeds winnend, maar al heel forse tijdnood. En nu wordt het lachen. Op zet 27 gewoon Lb2 met Damewinst (ES: Zie hierboven) en op zet 28
kunnen zowel De2 als h3 en nog steeds win ik zijn dame.
Tja, wat tijdnood al niet kan doen. Toch gun ik het Frank wel, heb toch veel gezien, doorgedacht en lol gehad. Geen standaard potje.
Ik zag verder Paul echt fraai winnen van Sven en Gerrit lang overeind blijven tegen Bert.
Frank:
De partij zelf was ingewikkeld. De opening speelde ik anders dan Ron verwachtte, maar dat hielp mij niet echt.
Over zet 10 Dd6 was ik achteraf niet tevreden over. (ES: zie hierboven) Ik wilde de dame actief houden, maar misschien had ik beter Dd8 gespeeld. Ik was in de veronderstelling dat Ron g4 daarna zou spelen, maar dat deed hij niet. 11. Df3 had ik eigenlijk helemaal niet bekeken en was dus een verrassing voor me.
Ik heb toen lang gekeken om de d pion op te schuiven (zoals de computer aangeeft) of om te slaan.
Uiteindelijk koos ik voor het laatste.
Nu speelde Ron zijn dame meteen terug, maar achteraf had hij zoals hij al aangaf beter eerst Pxf6 kunnen doen. Die paarden maken het later erg gecompliceerd waardoor Ron veel tijd nodig had alles goed door te rekenen. Het zag er de volgende zetten eng uit op de d-lijn en ik heb lang gekeken naar een offer op d2 of e3, maar ik zag geen goed vervolg.
Vanaf zet 17 stond ik volgens de computer veel slechter hoewel dat op het bord niet echt te zien was. Wij hadden beiden niet het gevoel dat wit zoveel beter stond als aangegeven wordt. Dat is misschien ook wel de charme van een menselijke tegenstander.
Ondertussen wordt mijn stelling steeds slechter beoordeeld en na 18. Pe4 wordt er zelfs +10 aangegeven voor wit!
De 22e zet van wit was minder goed waardoor er een groot deel van het voordeel verdampte, mede ingegeven doordat het niet helemaal duidelijk was of ik op e3 kon slaan.
22. … f6 (… Db7) 23. Pc6
Maar Pc6 had ik helemaal over het hoofd gezien wat een kwaliteit kostte. Ik blijf dubieuze zetten spelen, maar omdat Ron in tijdnood is ziet hij niet de beste voortgang.
26 Db1 is hartstikke fout van mij, maar omdat Ron La3 speelt ipv Lb2 (als hij dat had gedaan kon ik opgeven).
Uiteindelijk een heel leuke, maar slechte pot geschaakt waarin ik door het oog van de naald ben gegaan.
Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.