"Loopt toch anders dan ik wilde."
Dat viel niet mee. Eerst om er te komen. De hoofdweg door het dorp wordt gerenoveerd, waarschijnlijk bedacht om ons uit onze concentratie te halen. Dat lukte aardig.
Marko maakte een simplistisch foutje wat hem een kwaliteit kostte. Zijn tegenstander liet zien dat ook een alpha-docent (klassieke talen, op Marko's school nota bene!!) best een bèta-sport kan beoefenen. Voor Marko werd het een avond tobben.
Frank liet zich soepel met wat zwakke pionnen opzadelen waartegen zijn tegenstander geduldig en zonder risico een belegering kon starten. Ook tobben dus.
Jos speelde de opening a tempo en scheen al gauw leuk te staan. Maar vergalopperde zich. Raakte een stuk kwijt. En had kunnen opgeven, maar wilde dat niet. Dat werd dus een avondje hopeloos rommelen.
Paul schijnt oktrooi te hebben aangevraagd op het kwijtraken van een pion en dan de rest van de avond ….. juist ….. tobben.
Martin leek het wel aardig te doen, maar ging even de mist in en moest daarna heel erg hard werken. Alleen Ron en Bert leken de zaak onder controle te hebben. En Gerrit leek een aanval te moeten verduren, maar die heb je niet zomaar onder de groene zoden. Maar dat wist heer Samuels toen nog niet. Ik wel.
In zijn totaliteit dus : huilen (al of niet met de pet op). Vooral toen ook Bert plotseling een pion achter kwam en de aanval van Ron (stuk geofferd tegen een handje pionnen) niet doorsloeg.
U weet inmiddels wel dat uw wepmeester niet tot de meest optimistische naturen van schakend Nederland behoort. Welnu hij begon heilig te geloven (wellicht mede veroorzaakt door de eigenaardige naam van het dorp waarin we verbleven) dat een catastrofe in aantocht was. 7-1 voor de gastheren leek tot de reële mogelijkheden te behoren. Dit was toch voor het oudste clublid van Aris de Heer niet meer droge ogen aan te zien! Hij overwoog stiekem het pand voortijdig te verlaten, zich naar huis te spoeden en wenend in de armen van zijn eega troost te zoeken. Maar ja, dat zou wellicht als moedeloosheid kunnen worden uitgelegd en het moreel van ons team verder kunnen verzwakken, en hij bleef dus toch maar.
Dat hielp, nou ja , een beetje. Bert hield knap een slechter ogend eindspel overeind. Martin wist toch weer de bovenliggende partij te worden. En won. Ron probeerde nog wel wat, maar mocht tenslotte tevreden zijn dat hij met veel denkwerk de boel op remise wist te houden. Hij mocht tevreden zijn, maar Ron kennende ….. Ronduit sensationeel was tenslotte dat Frank kans zag zijn m.i. verloren partij in winst om te zetten.
Nou ja, we verloren wel, daar hielp geen moedertjelief meer tegen. Maar zo op het oog was het nog acceptabel. 4,5-3,5. Waarmee Openingen '64 op een gelijk aantal matchpunten uitkomt als wij, maar 1 ( zegge één) bordpunt minder heeft. We mogen aannemen dat we althans niet kunnen degraderen. Maar erg tevreden over dit externe seizoen mogen we niet zijn. Het lijkt erop dat we met Ron en Jos en de zich ontwikkelende Martin en Marko sterker zijn geworden, maar intussen scoren we slechter.
Volgend jaar beter. (En nu maar hopen dat Jos en Ron blijven!)
Enkele kanttekeningen bij kritieke of interessante momenten: Bert stond met zijn Siciliaan al snel gelijk. Bert: "Het begon een beetje mis te gaan bij 17. …. Tc6 ik had de penning met Lc5 even niet gezien."
20. Thd1 Ke7 21. Txd6 Txd6 22. Lc5! Zwart krijgt wat kleine problemen, waaronder een zwakke pion op c4. Die raakt hij inderdaad kwijt, bij zet 25. Bert: "Gelukkig wist mijn tegenstander het goede plan niet meteen te vinden (oprukken met de a,b en c pion)" Hierna gaf Bert een leuke demonstratie: "Hoe behandel ik een eindspel met een pion minder." Zou wat zijn geweest voor Paul, maar die had het even te druk. Bert hield de spanning op de ketel, en mede onder invloed van de klok kwam de witte misser bij zet 39.
39. Kc3? (29. Te1! waarna Td2+ niks uithaalt 40. Kc3 en de witte b- en/of c-pion gaan voor grote problemen zorgen. Bijv. [39.Te1 Td2+ 40.Kc3 Td3+ (40…Txg2? 41.c5 Kd5 42.c6 Kd6 43.Td1+ Kc7 44.Td7+ Kb8 45.b6) Kb4 Td2 44. b6 en wit kan winnen ]
Maar nu grijpt Bert zijn kans: 39. Kc3? Td3+! 40.Kb4 Td2! 41.Te1 Kd4! 42.Kb3 Td3+
Wat een mooie stelling!
Op 43. Kb2 volgt Kxc4 44. b6 Tb3+ en Txb6 remise
Op 43. Kc2 volgt Tc3+ 44. Kb2 Txc4 45. Kb3 Tc8 en wellicht kan zwart nog winnen
Op 43. Kb4 herhaalt zwart dezelfde variant als boven het diagram staat afgedrukt.
Een knappe remise van Bert!
Frank stond weldra prima in iets wat op een Pirc leek. Waarin zwart zijn kostelijkste kleinood -zijn loper op g7- afruilde. Die gedachte zou bij mij nooit opgekomen zijn. Maar met zet 9 Dc4 (De3!?) maakt Frank een enorme fout. Doch zwart ziet het niet of vertrouwt het niet.
Na 9…Db6! (dreigt mat) Dxe4 10. Dxb2 Le2 11. Dxa1 0-0 12. Dxa2 staat zwart 2 pionnen en een kwaliteit voor. Zwart speelde echter 9 …. Da5 wat ook nog wel aardig is. In ieder geval Frank zoveel problemen bezorgt dat hij spoedig blijft zitten met een geïsoleerde dubbelpion op de c-lijn en een stelling waar de honden geen brood van lusten. Vergelijk de witte en de zwarte pionnenstelling.
Tot hier is zwart konsekwent en logisch bezig geweest de druk op pion c4 op te voeren. Maar nu begint hij te rommelen:
Ke8? (Wat gaat die daar doen? Het was tijd om te oogsten: Lxc4! 22. Pxc4 Pxc4 23.Txc4 Txc4 24. Lxc4 Txc4 25. Txd7 a6 26. Tb7 b5 17. Ta7 Ta4 en zwart staat prima) 22.Th4! Lxc4? (Nu te laat en te link. Beter h5!?) 23.Txh7 e6? (d6!?) 24.Pe4!
en ineens staat wit heel goed! Dat paard gaat naar d6, zal daar mede f7 aanvallen. Wit gaat dit winnen. Weliswaar laat Frank nog een klein steekje vallen ( 28. Tf6? i.p.v. Txf8) maar zwart grijpt het laatste minimale kansje niet (dat hem waarschijnlijk ook niet meer zou redden) en als er dan nog een witte toren gaat meedoen is mat niet meer te voorkomen. Ik had deze verwikkelingen niet gezien omdat ik naar dit trieste bord niet meer durfde te kijken. Toen ik weer durfde, kwam het op mij over alsof Frank hier had zitten toveren. Maar het was meer zijn tegenstander die ongeloofwaardig bezig was gegaan.
Gerrit kreeg een opstelling tegenover zich die sterk aan de Colle doet denken. Maar dan wel een mix van de Zukertort- opstelling ( met pionnen op b3 en c2 en een loper op b2 en veelal Pe5 en f4) en de Koltanowski- variant ( met pionnen op b2 en c3 en f2, waarna b2-b4 of wel e3-e4 moet volgen.) De hier gespeelde wrsch. zelf-bedachte variant lijkt wit weinig op te leveren.
De dameloper is voorlopig tot passiviteit gedoemd, de witte koningsloper die zo vaak in de Colle voor dood en verderf kan zorgen staat naar een muur te staren, hoe krijg je nu meer witte stukken bij de aanval betrokken? Gerrit helpt daarbij een handje door nu 14 …. Lxg5 te spelen, waarna wit na 15. Dxg5 weer wat meer mogelijkheden krijgt. Maar het blijft lastig. Het schiet niet op, ook niet als er en passant ook nog wat stukken worden afgeruild (waar Gerrit nooit tegen is). En na 25 zetten is er van de witte aanval weinig meer over:
Waarschijnlijk staat zwart hier al een heel klein pietsie beter, maar Gerrit kiest (natuurlijk) de veiligste weg met 25 …. Dg5
(25. ….. Dd8 en 26. …..Da5!?) Na 27 zetten krijgen beide partijen door dat er weinig aanknopingspunten zijn voor agressieve bedoelingen en tekenen ze de vrede. Vanavond de enige partij waar ik langs kon lopen zonder dat mijn polsslag werd opgejaagd.
Jos speelde de variant tegen het 2-paardenspel waar hij bij de 'workshop' in het najaar al reclame voor had gemaakt. Niet echt goed, maar wel scherp. Zijn verrassingswapen.
1.e4 e5 2.Nf3 Nc6 3.Bc4 Nf6 4.Ng5 d5 5.exd5
en nu niet het veilige 5 …. Pa5 maar 5. …. Pd4. Minder gespeeld, minder goed, maar scherper. Na 6. c3! b5! geeft de theorie 7.Lf1 Maar dat weet Pim Verkerk kennelijk niet meer. Dus verrassing met dit wapen geslaagd. 7. Ld3? Maar een kleine bijkomstigheid is hier dat ook Jos het nu niet meer weet. Theorie en Houdini geven hier 7 …. Lf5 (met -0.15.) Maar Jos' 7 …. Pxd5? blijkt link! 8. cxd4 Dxg5 en nu gelijk 9. Lb5 en wit zit op rozen. Na 9. Df3? hoort zwart het toch nog te kunnen redden: Met 9 …. c6 om de verwikkelingen te voorkomen die dreigen straks zwart de das gaan omdoen. Voorlopig gaat het allemaal nog wel:
Na wederzijds steeds de beste zetten is de stand na zet 14. g3 (Dxf7!?) :
Nu wordt Jos ongeduldig. Heeft hij zich daarom vermoeid maar loyaal losgescheurd uit al zijn dagelijkse beslommeringen om hier zijn leuke plannetjes te zien vertragen tot langzaam gemodder? 14 … h5 ? (5 …. Pb4!?) 15. Pd2! daar komen eindelijk wits onontwikkelde stukken in aktie. 15. …. h4? 16. Pc4! Dh5? (Nu gaat zwart een stuk verliezen. Na al die krachtzetten van wit is het duidelijk dat de zwarte aanval dood loopt. 17. g4! en zwart kan zijn paard op d5 niet meer dekken. Zwart probeert nog 8 zetten wat blufpoker te spelen, maar daar raakt Pim Verkerk (Elo 1949) niet van onder de indruk. Aan het openingsexperiment lag het niet. Wel aan 7 …. Pd5? en aan een te optimistisch 9 … exd4. Geeft niks. Volgende keer weer beter. We waren toch blij je weer te mogen begroeten in onze gelederen.
Marko kreeg al net zo'n eigenaardige zelf bedachte wel/niet-Colle-opstelling voor zijn neus als Gerrit. Marko speelde het safe en logisch tegen:
Ik heb zelf als Colle-adept vaak ondervonden dat zwart in soortgelijke stellingen zelden de verleiding kan weerstaan om met c4 die loper op d3 aan te vallen. (Ik herinner me o.a. een partij van me tegen Paul die uiteindelijk een beetje zwijnerig met remise goed weg kwam, en tegen Gerrit die werd weggetikt.) Wit heeft hier absoluut geen last van. In deze partij ook niet: 11. …. c4 (Te8!?) Desondanks weinig aan de hand. Tot Marko weer eens even niet goed oplet bij zet 16 .
16 … h6 ?? "Ha" denkt onze alpha-leraar, die natuurlijk ook de Nederlandse literatuur goed kent: "Een eenvoudige doch voedzame maaltijd!" 17. Pe6! waarop Tom Poes in diep gepeins verzinkt. Hij stelt een beetje te laat vast dat dit minstens een kwaliteit kost. Hij tracht een list te bedenken: 17 … Db6 18. Pxf8 Txf8 maar begrijpt na 19. f5 dat de vaak onnozel lijkende Heer Bommel dit keer toch weer gewoon gelijk had. Hij is verder kansloos. Tien zetten later geeft hij op.
Martin kreeg tegen zijn Engels een boekenvariant voorgeschoteld. Een zwart tegenfianchetto. Met 5 …. c6 en 6. … d5 Na zet 9. …. Pa6 10. Le3!? (niet meer in Powerbook, maar Houdini is er tevreden over) 10 …. Te8? staat wit goed. Maar begint aan een verkeerd plan, wat maakt dat er spoedig weinig voordeel meer over is. Nu wordt het knokken. Martin probeert op slinkse wijze een wild zwart paard te vangen. Als het erop lijkt dat hij het op een verkeerd been heeft gezet, gaat heer Brain (Elo 1891) ten onrechte over op een paniek-reactie.
Wit staat wat beter. Maar dat zwarte paard zit nog lang niet in de lasso. Waarschijnlijk denkt zwart van wel, en speelt hier 19 …. Pxe5 ?? 20. dxe5 Lxe5 Aardig bedacht: twee pionnen voor een stuk dat toch niet veel staat te doen en met die sterke koningsloper op e5 zal het paard ook wel vrij kunnen komen. Leuk bedacht maar niet echt goed. 19 …. Td8 was hier gewenst. 21. Tb1 Zwart heeft drie pionnen voor het stuk, maar Martin heeft een machtig loperpaar en begint nu heel sterk te spelen. Zijn voordeel wordt langzaam maar onverbiddelijk groter. Het aantal zwarte compensatiepionnen slinkt en na zet 41. ziet zwart geen plannen meer en geeft op! Een knappe overwinning van Martin. Die blazend aangaf dat hij het wel een flink karwei had gevonden.
Als gezegd: Paul (wit) had het alweer moeilijk. In iets wat ze geloof ik Oud-Indisch zouden kunnen noemen (iets als KoningsIndisch maar met-zonder loperfianchetto) bereikt wit helemaal niks. Staat ongeveer gelijk. Houdini signaleert een wonderbaarlijke situatie na 12 ….. Lc5
Paul speelt 13. Lxc5 en blijkt minder te staan na Pxc5. Dat zal hem wel zitten in de dubbele aanval op e4 in combinatie met de minder plezante positie van het paard op h4. (Waardoor f3 bijv. niet mogelijk is en Lf3 ook niet wegens g5) Door de bedreiging van e4 heeft wit geen tijd voor b4, om het enge paard te verjagen. En na 15. Dc2 zou met 15 .. a4! de zet b4 definitief voorkomen kunnen worden. (Ik herinner me dat als motief uit Konings-Indische stellingen) Zwart mist die kans en speelt 15. … Td8 waarna Paul toch b4 speelt (Tfd1!?) en alsnog de e4-pion verliest. En de rest van de avond vergeefs moet knokken.
Wat was nu het wonderbaarlijke van Houdini? In de diagramstelling geeft onze goeroe behalve (14. Dd3) ook 14. Pd5 !!!! (omdat na slaan met de pion Loper e6 geen vluchtvelden heeft.) Je gelooft je ogen niet. Ook niet als je het vervolg ziet: 14….. cxd5 (14…Dd8 15.Dd3) 15.exd5 Lxh3 16.gxh3 Lxe3 17.fxe3 met vrijwel gelijke stelling voor wit. Nou ja, voor een computer. Dat is toch niks voor een normaal mens. Zoals Paul.
Paul krijgt na het pionverlies bij zet 16. geen enkele reële kans meer van zijn uiterst secuur spelende sterke tegenstander. Hij worstelt ten behoeve van onze club door tot zet 63!! En helaas, dan valt het doek. Jammer, maar ik heb wel respect voor het gave spel van Edwin Flierman. Hopelijk heeft onze knarsetandende Paul dat ook.
Ron deed het best wel ondernemend. Al vindt hij dat zelf natuurlijk weer niet echt. Ron: "Ik was niet echt op dreef. Tegen Hollands probeer ik altijd van alles, liefst niet hetzelfde rocheren. Je staat altijd wel iets beter met wit, maar het is lastig om te winnen." (Dat is ook mijn ervaring. Alles en iedereen doet smalend over dat Hollands, maar je ziet zelden wit winnen.) Ron probeert het met 3. Lf4 Niet vaak op hoog niveau gespeeld, maar ik zie tot mijn verbazing dat Houdini, niet gehinderd door 'theorie', het de beste zet vindt. Meest gespeeld is hier 3. g3.
Bij zet 9 is de stelling aldus:
"10. g4 is lekker scherp. (Houdini suggereert 10.Pe5 of 0-0 met aanmerkelijk beter spel voor wit.) Ik moet daarna natuurlijk niet gelijk op f5 nemen, maar koelbloedig a3 en Pe5, eventueel gevolgd door Tg1. Ik kan mijn koning ook in het midden houden."
Rond zet 16 vindt H. dat wit wel wat beter staat:
Ron: "Ook het offer op g6 is scherp, hij moet de beste verdediging dan maar vinden."
17.Nxg6+? (h4!?) hxg6 18.Rxg6 Kf7? (Lf7!?) 19.Rdg1 Rg8 en wit staat geweldig. Hoe krijgt hij het iedere keer weer toch voor elkaar?
Na zet 20. Lxf5 De7
"Helaas gaf Pe2 al het voordeel weer weg." Inderdaad vindt H. die zet niet goed (21. cxd5!?) , maar gebeurde het weggeven al wat eerder, n.l bij 20. Lxf5 .(cxd5 en Txg8) Ron zwoegt manmoedig door.
Maar misschien bedoelt Ron de situatie na zet 35. Pe2?
"De stelling daarna is natuurlijk remise, hij kan nooit winnen met 2 paarden. Ik dacht dat remise genoeg zou zijn voor onze club. Was een beetje aangeslagen."
35.Ne2 Ne1 36.Nc3 Nd3 37.b3 Ng4
"Heb na 37…, Pg4 van hem zelfs nog 5 minuten naar 38. Pxe4! zitten kijken, maar kon het niet uitrekenen. Hij verliest dan alsnog omdat of mijn h of d-pion doorloopt! Aan die d-pion had ik niet meer gedacht. Jammer…vooral omdat hij na 39. Pc3 weer Pd3 wilde spelen, had ik een herkansing gekregen."
En zo werd het toch remise! En een nederlaag voor Aris de Heer. Maar nog net om aan te zien.
_________________________________________________________________________
1 |
|
M.W. Veenstra |
1722 |
– |
|
Ron de Vink |
2003 rem |
|
2 |
|
Erik Flohr |
1891 |
– |
|
Bert Kuijer |
1782 rem |
|
3 |
|
Hernan Brain |
1891 |
– |
Martin Zwaneveld |
1688 0-1 |
||
4 |
|
Pim Verkerk |
1949 |
– |
|
Jos Lohmann |
1991 1-0 |
|
5 |
|
Edwin Flierman |
1837 |
– |
|
Paul Verkooijen |
1770 1-0 |
|
6 |
|
Florian Kelderman |
1761 |
– |
|
Marko Bosnjak |
1503 1-0 |
|
7 |
|
Richard van Diepen |
1575 |
– |
|
Frank de Geus |
1679 0-1 |
|
8 |
|
Pieter Samuels |
1642 |
– |
|
Gerrit van Dok |
1619 rem |
|
|
1783 |
|
1754 |
|