Kijkt u wel eens naar de partijen van het actuele Candidate Tournement in Moskou? (Bijv. op Chessbomb. Gratis, zonder registreren, met computeranalyses, ook live!) De sterkste acht van de wereld knokken thans om het recht de wereldkampioen te mogen uitdagen. Dubbelrondig, dus 14 wedstrijddagen. Ik wel. Maar meestal is het vrij saai. Die jongens zijn zo goed, en mogen geen risico's nemen, en dus eindigt 85 % in remise! Bovendien is het allemaal zo subtiel dat ik er maar een beetje van begrijp. Maar nu, gewapend met computers, toch wel meer dan vroeger, toen ik bijv. de matches Botwinnik-Smyslov of Botwinnik-Petrosian naspeelde, en daar inderdaad totaal niets van snapte.
Onze Giri doet ook mee. En die is temidden van dit gezelschap de absolute remisekoning. Maar hij weet dat in je dit gezelschap alleen kan winnen als je nooit verliest! (En een heel enkele keer wint.) Carlsen heeft ,vóór het toernooi begon, voorspeld wie hem straks gaat uitdagen. Volgens hem wordt dat Karjakin. Verbazend, want die leek de laatste tijd flink uit vorm. Maar inderdaad, nu na 5 rondes staat die bovenaan. Die Carlsen lijkt er een beetje verstand van te hebben. Of wordt het toch Caruana of Nakamura? Of Aronian, ook ineens weer terug van weggeweest. De ex-worldchampions (Anand, Topalov) kunnen het wel vergeten. Veel te oud!
Wel een beetje saai dus. Nee, dan kun je beter op maandagavond gaan kijken naar de enerverende partijtjes in Middenbeemster.
Heel spannend was Sven tegen Ron. Sven offerde een stuk (of gaf het weg?) en kreeg daarvoor ogenschijnlijk best aardige kansen. Paul offerde tegen Bert een kwaliteit ( of gaf die weg?) en had daarvoor wel wat compensatie. Martin zat tegen Gerrit een beetje te knoeien, maar wist toch nog aardig het hoofd boven water te houden. Gerrit zat daarna ook een beetje te dommelen maar kon misschien het vege lijf wel redden. Hoe ging dat allemaal aflopen? Dat zouden we pas tamelijk laat op de avond weten. Allemaal heel spannend en interessant.
Alleen Marco-Jasper was niet echt spannend en al vroeg voorbij. De eerste negen zetten (Engels) zagen er van beide kanten heel acceptabel uit. Maar dan volgt een blunder van Jasper, die zoiets toch nu al eens vaker gezien moet hebben.
Een situatie die in allerlei openingen voorkomt. Na 8. … La5 is hij een loper kwijt: 9. b4 (niet moeilijk te voorspellen) en na Lb6 volgt 10. c5, dus dan maar Lxb4 10. axb4 Hoewel Marco nog enkele keren een voldoende sterke voortzetting kiest, maar de sterkste voortzetting laat liggen, is Jasper verder kansloos en is het na 19 zetten reeds uit en over en sluiten.
Van Niels – Peter was het interessantste aspect dat Peter er ineens weer was. Drukke werkzaamheden wegens ziekte van anderen gelukkig voorbij. En nog helemaal de oude. Heftig grinnikend om zichzelf, suggererend dat hij er niks van kan, maar intussen lang heel behoorlijk schaak spelend. En ook, als vaak in het grijze verleden, zijn goede prestatie vergokkend door bijv. ineens een stuk weg te geven. Daar kreeg Niels, die daar ook een patent op heeft, nu niet de kans voor. Na zet 15 is de stand nog ongeveer gelijk. Peter heeft de wat griezelige zet 12. .. b6 gedaan, waarmee hij de mogelijkheden voor de loper op g2 wel erg bevordert, maar als hij goed op zijn paarden past, valt het wel mee.
Logisch is nu dus 15. Pxe5! Waarna zwart een kwaliteit zal moeten offeren. Maar dat moeten vanavond wel meer tegenstanders van de familie Kuijer, zonder dat dat catastrofaal hoeft te worden. 15. .. Pxe5 ( kan niet anders) 16. Lxe4 (tempootje, want de toren op a8 staat in) en het paard op e5 moet eerst maar weg, en wit slaat op a8. Niels speelt echter 15. dxe5. Van die misser maakt Peter uitstekend gebruik. De volgende drie zetten kunnen niet beter (van beide kanten trouwens). Na zet 18. van wit staat Peter er prima bij:
Hij staat een pion voor. Als hij tenminste het vege lijf van het paard op e2 zou kunnen redden. Hij heeft een behoorlijk ingewikkeld zettenreeksje op het bord gezet, en daarbij hoogstwaarschijnlijk al vroeg de zet Le6-c4 , met penning van de toren, in gedachten gehad. Die komt er ook wel, maar niet op het goede moment.
Als zwart in de diagramstelling nu gelijk Lc4 speelt wordt het leuk! Het zou zo in een heel leerzaam boekje kunnen over de kracht van penningen. 18. .. Lc4! en het wordt een beetje vervelend voor wit: 19. Kxe2 Tad8 !! ( Dat krijg je nou van die penningen!) 20. Tad1 Txd3 21. Txd3 Td8 ( ja, we hebben er nog één. Dat krijg je nou van die penningen!) 22. Pe1 (zal wel moeten, maar nu staat e5 niet meer gedekt) Pxe5 En dat is nog een pion. Zwart kan nu verder zijn penning gebruiken om een grote stukkenruil te organiseren en houdt een eindspel over met 2 pionnen tegen een kwaliteit. En staat daarin met een pionnenmeerderheid op de damevleugel beslist beter.
Maar Peter voert zijn goede plan niet helemaal correct uit: 18. .. Ped4? 19. Pxd4 (dat is een stuk) Lc4 en dat is nu te laat 20. Lxc6 (dat is nog een stuk) Lxd3+ 21 Ke1 Tad8
Deze stelling taxeert Houdini als veel beter voor wit: kwaliteit meer, loperpaar en ook nog met mooie diagonalen, daar kan zwart met zijn ene pionnetje compensatie niet tegenop. Wit speelt hier 22. e6!. Een mooie zet. Nu begint waarschijnlijk de vermoeidheid onze man zonder wedstrijdritme op te breken. Na een toch prima gespeeld partijtje, met veel denkwerk, met alleen (wederzijds) een klein schoonheidsfoutje, best verklaarbaar. Hier moet zwart toch maar op e6 nemen en na Pxe6 (vork) met Td6 (vork) tegenstribbelen. 22. … Tb8? (machteloosheid) 23. exf7+ Kxf7 24. Ld5+ en al die witte lichte stukken beginnen een vervaarlijk rondedansje rond de zwarte koning. Peter houdt nog lang dapper vol. Voor Niels geldt: Ik heb geen haast, het komt vanzelf goed in het eindspel, als ik maar geen blunders maak. En die maakt hij vanavond n i e t !!!!!! Bij zet 36 geeft zwart op.
Dit was echt schaak. Geen halma of zo! Spannend, zonder heel grote blunders! Van beide kanten!
Sven's aanpak van Ron's Siciliaan was best heel goed. 1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Lc4 e6 7.0–0 Le7
Het meest gespeeld worden (nu al) voortzettingen die -denk ik- de c4-loper moeten helpen de diagonaal a2-f7 te blijven bestrijken. (In Powerbook : 8. a3 (77x) 8. a4 (110x) 8. Lb3 (398x) . Sven speelt hier 8. f4 wat ook vaak in dit soort stellingen aan de orde is, maar waarschijnlijk nu nog iets te vroeg. Maar nu ziet Ron iets leuks. Wat echter niet echt goed is! 8. … Pxe4? ( het uit de open spelen bekende schijnoffer) 9.Pxe4 d5!? Ron: Mijn Pxe4 was hier dus al niet goed, want hij kan dus na d5 dan heel sterk 10. f5 spelen! Brr…. Met na 10. f5 inderdaad een veel betere stelling voor wit! Na Sven's 10.Lxd5? Dxd5 is de stand toch wel heel erg gelijk. En heel goed van Sven, hij houdt het allemaal wel zo ongeveer vast. Na zet 19. is de stand aldus:
Houdini taxeert hier 0.00. Evenwichtiger kan niet. (Ron zegt later spijt te hebben van zijn 17. … h5. Maar wellicht is 14. … g6 de echte oorzaak van weinig zwart voordeel, en h5 niet zo erg onlogisch.)
Maar nu breekt de pleuris uit (sorry, moet netter geformuleerd kunnen worden) … de oorlog. 20. g4 !!!! ???? Ik vind dat gewoon knap en konsekwent van Sven: Wit lijkt wat beter ontwikkeld, en die toren op g1 staat er ook niet voor jan … (sorry, moet netter geformuleerd kunnen worden) … joker! Dus aanvaaallluuuhhh! Ook als je je koningsstelling een beetje veronachtzaamt. Gewoon dapper. Daar kunnen die dammers in Moskou nog wat van leren! OK, het blijkt niet goed, maar dat is op dit moment heel moeilijk te zien, en zelfs Ron verzucht hier: "Dit kan ik allemaal niet meer berekenen." hxg4 21.Txg4 (Het al of niet geplande stukoffer.) f5 (met aanval op toren èn paard). Achteraf blijkt hier 21. .. Td3 veel sterker. Maar achteraf is gemakkelijk …… (sorry,moet netter geformuleerd kunnen worden) …. praten.
22. Txg6+ ! Kf7! (nog steeds worden 2 witte stukken aangevallen) Waarschijnlijk is nu 23. h5 het beste, maar niet winnend. Die vrijpion is de witte troef. En die is dan ook maar vast een vakje verder. Sven's 23. Ta1-g1 lijkt echter ook logisch. Zorgt evenzeer voor dekking van Tg6 en brengt het enige nog onontwikkelde witte stuk ook in stelling. 23. .. fxe4 Tijdens de partij wisten spelers noch omstanders hoe dat zou gaan aflopen. Gaan die actieve witte torens samen met die vrijpion op de h-lijn, plus de onaangename positie van de zwarte koning , plus het nog niet ontwikkeld zijn van een zwarte toren en loper, de zaak beslissen? Of is die extra loper voldoende voor de winst van zwart.
Kijk, en dat is nu dus spannend. Ik geloof dat ik deze partij maar naar Moskou ga sturen.
24. Tg7+ Ke8 (op zoek naar veiligheid)
Moeilijke stelling. Voor wit vooral. (Zwart kan even afwachten.) Schaak geven met 25. Tg8+ en daarna (na 25. Kd7) 26. Tg1-d1+? Of 25. Pg5? De analyse achteraf leert dat het allemaal niet veel meer uitmaakt. Die laatste zet is wat beter, maar hoe dan ook, wit gaat het niet redden. Net op tijd zullen de zwarte stukken toch op de belangrijke velden aanwezig zijn om die gevaarlijke h-pion onschadelijk te maken.
Sven en Ron kozen de volgende afwikkeling: 25.Tg8+ [25.Pg5 Td3!] 25…Kd7 26.Txd8+ Lxd8 27.Pg5 [27.Tg7+ Ke8 28.Pg5 Pe7!] 27…Lb7
28.h5 Pe7! 29.h6 Pf5! 30.h7 Lf6! en het gevaar is ,net op tijd, voor zwart geweken.
Die pion zal niet meer promoveren, en zal zelfs Na Th8 nog verloren gaan. Dit alles had Sven niet kunnen voorzien toen hij 17. h4 speelde, en Ron niet bij 17. … f5 Daarna werden het enerverende taferelen. Wat restte was een gewonnen stelling voor zwart, maar wel met een vliegende tijdnood! Vooral voor zwart! En er waren nog heel wat zetten nodig! Ook nog maar net op tijd, na nog 24 zetten in 8 minuten ( of zoiets) was de klus geklaard. Restte voor Sven slechts een serie complimenten over zijn interessante spel vanavond, ook van de zijde van Ron. Die het heel moeilijk had. En alle zeilen moest bijzetten.
Ook heel spannend was de partij Paul tegen Bert! Maar op een andere manier.
Siciliaan, Paulsenvariant. Natuurlijk! 1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 a6 5.Pc3 Dc7 6.Ld3 Pc6 7.Pxc6 (Le3!?) dxc6 8.0–0 Pf6 9.f4! Allemaal theorie. Maar dat weten zij niet! (Zeggen ze.)
Powerbook en Houdini geven hier voor zwart 9. … e5! met gelijk spel. ( of eerst … Lc5+ en dan … e5) Bert probeert 9 … b5. Het is de vraag of Paul's 10. a4 dan de beste is (10. e5!?) . Hierna volgt van beide zijden een serie volstrekt logische en sterke zetten. 10…b4 11.Pe2 Lc5+ 12.Kh1 Pg4 13.De1 Da7 14.Dg3
En nu gebeurt er iets vreemds. Wat zouden u en ik hier spelen? Natuurlijk, wat Bert speelt! 14. …. Pf2+ en de witte koning mag niet opzij want dan verliest hij zijn dame na Pe4+. Dus dit is kwaliteitswinst. Noodgedwongen 15. Txf2 Lxf2. Maar dat had onze Paulus natuurlijk allemaal in-gecalculeerd 16. Dxg7! En wonderbaarlijk genoeg vindt Houdini deze stelling veel beter voor wit! De zwarte koning staat niet lekker en doe daar maar eens iets aan! Ook heel interessant. Deze partij ook maar opsturen naar Moskou.
16. .. Tf8 En nu moet je wel heel sterk in je schoenen staan als je niet speelt wat Paulus speelt. 17. Dxh7 Nu heeft wit twee pionnen voor de kwaliteit. En "volgens Bartjens" moet dat genoeg zijn. 5 (toren) = 3(paard)+2 (pionnen). (Voor de jongeren onder ons : Bartjens schreef een boek voor de lagere school over rekenen, in 1604 !! Rekenen was vroeger een belangrijk vak. Nu hebben we daar digitale machines voor. Maar schoolmeester Bartjens leeft voort in de uitdrukking "volgens Bartjens". Voor de jongeren onder ons: vroeger kwamen er in onze taal veel spreekwoorden en uitdrukkingen voor. Die zijn we inmiddels bijna allemaal vergeten. Of daar hebben we geen tijd meer voor.)
Schijnbaar onbewogen (pokerface, patent bij Ron) zit zwart achter het bord, maar hij is waarschijnlijk toch wel even geschrokken. En wit ook wel. Want er volgen nu wederzijds wat onduidelijke zetten. 17. .. Ld4 ? 18. e5 (19. Dh5!?) Le3? 19. Le4? (Pg3!) Als de kruitdamp is opgetrokken, lijkt alles met een sisser te gaan aflopen. Na wederzijds meestal sterke zetten waarbij de kansen licht fluctueren maar het evenwicht niet echt verstoord wordt, staat het er na zet 26. aldus bij:
Wit heeft nog steeds 2 pionnen tegen een kwaliteit. Maar zwart speelt hier 26. .. Tgd8 (a5!?) , en geeft zo nog een pion 27. Dxb4+ En nu wordt het ineens ook hier weer heel interessant. Hier geen wilde varianten, maar gewoon een technische kwestie. Kan dat zomaar? Drie pionnen voor een kwaliteit. Bert zal het wel beter weten, maar ik begrijp het niet. Hoe loopt dat nu af? Toch ook wel spannend dus. 27. .. Ke8 28. Txd8 Txd8 29. h3 (liever even geen 'mat achter de paaltjes') 29. .. Dxc2 Ach, dat was de grap. Knap werk! Lang vantevoren berekend. Toch nog maar 2 pionnen witte compensatie.
30. Kh2 ( er dreigt namelijk Dc1+ en ook de pion op f4 gaat eraf)
En nu kan zwart remise maken met 30. … Td2. Dat zou ik hier blindelings – ook zonder computer- gespeeld hebben. Wit moet met veel tegenschaakjes zwart bezig houden en zo het vege lijf op g2 redden. En remise is toch ook mooi. Maar Bert is niet zo'n lafaard en zenuwpees als ik. Hij vindt dat hij moet winnen! Bert speelt 30. … Dd1? Helaas, helaas!! Moedig, maar heel erg mis. Schaakblindheid? 31. Pe4 !!!!! Die zag ik al een poosje aankomen. Bert waarschijnlijk ook, maar was het misschien even helemaal vergeten. Dat heb je wel eens.
Deze stelling is totaal verloren voor zwart. Zijn koning staat veel onveiliger dan de witte. De dreiging Pf6 is verschrikkelijk. Bert probeert iets met 31. .. Td5 (om een vluchtveld op d8 te hebben) 32. Pf6+ waarna mat in 2 zetten zou kunnen volgen. Kd8 33. Db8+ Ke7 34. De8 mat. Wit vindt het leuk om het veel ingewikkelder te doen. Maar zwart is natuurlijk ook wel na 33. Df8+ kansloos. Alleen rekt hij zwarts doodstrijd zo nog een zet of vijf. Ik herinner me dat ik ooit tegen Paulus ook zo ineens zat te klungelen en hij me toen hij dan eindelijk toch mat ging, me toevoegde: "Wat is dat? Is dat sadisme?" Ja, Paulus, sadisme, daar lijkt het nu ook op. Dat wou ik toch nog even gezegd hebben. Ook al omdat je je kunt afvragen of die uiteindelijke overwinning echt verdiend was, of gewoon mazzel. (Zo, even zout in de wonden wrijven.)
En Gerrit-Martin was ook al een potje echt schaak. Niet allemaal altijd even gaaf, maar dat hoeft ook niet. Als het maar leuk is. Martin probeert Gerrit's bunkerschaak (in Siciliaan met 3. d3 5. Ld2 6. Dc1 te ontregelen met wat fantasievolle agressie ( Een mengeling van Draak, Hollands, Pirc, en weet ik veel. ) Voorlopig met weinig succes.
8. Pa3! Wit staat gewoon alsmaar toch iets beter. Na zet 15. f3:
Zwart neemt nog meer risico: 15. … b5? Misschien wil zwart een lange rochade van wit ontmoedigen. Wit reageert alert en sterk: 16. a4 !! c4? ( bxa4 is noodzakelijk maar ook niet leuk) 17. axb5. Dxb5 18. 0-0 0-0
Het sterkst zou hier zijn 19. f4. Maar dat vereist veel rekenwerk. Wat Gerrit speelt is ook nog wel goed 19. Ta4 !? Tfc8? en nog meer dan zoëven schreeuwt de stelling om agressief 20 f4! waarna in veel gevallen Lxc4 een naar vervolg is. Zwart krijgt last van zijn met veel bravoure aangerichte tochtgaten in zijn koningstelling en gebrek aan pionneninvloed in het centrum. Maar f4 , dat vereist veel rekenwerk. En 20. Tfa1 is ook nog wel goed, voor de handliggend en veel eenvoudiger en dus meer overeenkomstig Gerrit's principe: Waarom moeilijk doen als het gemakkelijk kan? 20. … Tc7? (Lh6!?) Een leuke zet zou nu hier zijn 21. f4! Maar dat vereist …… enz.
Hoewel…. Heel veel rekenwerk is het nu niet meer. Bijvoorbeeld:
21. f4 Pc6 22. Lxc4 brrrr
21. f4 Ped7 22. Lxc4 brrr
21. f4 Pf7 22. Lxc4 brrr
21. f4 Pd3 22. Txc4! (of Pxc4)
22. Txc4 Txc4 Ld3!
22. Txc4 Pc5 Le1 of nog iets sterkers maar moeilijker)
22. Txc4 Pxf4 23. Txc7 Pxe2 24. Kh1 en wit blijft een kwaliteit voor. Alleen voor dit laatste geval moeten de hersenen echt even kraken.
In de diagramstelling speelt Gerrit echter 21. Le1 en na … e6? staat wit toch gewoon prima. Hij kan kiezen uit allerlei prettige voortzettingen. Hij hoeft ook in het vervolg nergens de sterkste (24 f4! alweer!) te doen om toch goed spel te houden. En durft na nog een keer verkeerde angstigheid eindelijk bij zet 26 toch f4 aan, die dan lang zo sterk niet meer is.
Gelukkig voor hem ziet Martin het sterkste antwoord 26. … Lh6! niet. 26. .. Pd3? en nu zou 23. Pxc4 met pionwinst verreweg de sterkste zijn. Omdat een simpeler pionwinst met het werkelijk gespeelde 27. Lxd3? cxd3 28. Dxd3 te veel op de automatische piloot zit, en een sterke resource over het hoofd ziet, die Martin wel ziet! 28. .. Pc5!! Waarna zwart de pion op e4 terugwint. En het witte voordeel inmiddels bijna foetsie is. Martin's enige echte voordeel is vanaf nu een tomeloze begeerte om toch te winnen. Maar ja, een erg gelijkstaand eindspel winnen tegen Gerrit? Daar moet je wel een onverbeterlijke optimist voor zijn. Steeds meer materiaal gaat van het bord af. Zwart krijgt langzaamaan toch een fractie, van een deeltje, van een brokje, voordeeltje. Na zet 47. (!!!) .. e4
zal na 48. Pf2 of 48. Pf4 wit het wel redden. Maar na 48. Pb4? krijgt Martin toch nog gelijk met het opvolgen van Jos' zijn credo: "Altijd doorspelen!" Dat houdt Jos voor aan de jeugd. (Maar doet het zelf heel vaak niet! ) En na 48. … Tb7 49. Kd2 (Tg8!?) a5! staat zwart ineens op winst.
Er gaat een pion op b2 verloren. Al niet leuk, maar nog vervelender is dat daardoor de a-pion in een levensgevaarlijke vrijpion verandert. En zwart had er al één op de e-lijn. En die witte koning kan niet overal tegelijk zijn. Hierna kan wit nog slechts spartelen, en dat doet hij vernuftig, maar ja het is toch slechts spartelen. Eindstelling:
"Martin kan toch wel schaken!" fluistert Ron me in het dove oor. "Ja," fluister ik, "nu Lg5!" "Nee,"fluistert Ron "Lh4!" "Oh"denk ik.
Martin speelt 59. … Lh4 ( -6.65 ) en Gerrit geeft op. Maar alles is natuurlijk goed genoeg. Tot mijn vreugde vindt Houdini 59. … Lg5 2x zo goed. (- 12.40)
Maar hoewel dit bordje veel meer klontjes bevatte dan die andere bordjes, was het toch minstens even smakelijk, en een veel groter bordje : heel langdurig heel echt schaak, vechtschaak.
Toch vanmiddag nog maar even chessbomb aanzetten. Beetje afkicken.