Ik dacht dat dat alleen met het Nederlandse voetbalelftal gebeurde. Alle sterren in de lappenmand. Mooie gelegenheid om de nieuwe talenten in de basis op te stellen. Doen ze bij Ajax ook wel eens, tegen Standaard Luik bijvoorbeeld. ‘Die kunnen we wel hebben met onze jonkies. Kunnen ze eens met het echte werk ervaring opdoen die jongens. Leren ze dat ze nog veel moeten leren.’
Aris de Heer deed dat ook tegen Koedijk. Maar dat is geen team dat je gemakkelijk kan hebben met je tweede keus. Een team met geen enkele echt zwakke speler, alleen maar ouwe rotten. Aris de Heer deed dat dan ook niet om strategische redenen. Het was gewoon pure noodzaak.
De gevolgen waren snel zichtbaar.
Jasper deed het een poosje helemaal niet onaardig. Hij gaf op de 4e zet een pion weg. Maar met enige goede wil kon je daar ook nog wel een interessant pionoffer in zien: compensatie door snelle ontwikkeling van zijn stukken. Maar bij zet 16 zag hij een eenvoudige penning over het hoofd en verloor een dame. Tegen een loper. Jammer!
16. Ld5! Dan mag je opgeven, maar Jaspertje wou nog even verder. ‘Het is hier toch leuker dan thuis in je bedje. Ja toch?!’ Zijn terechte commentaar later: “Ja, jammer, maar ik heb mijn best gedaan!”
Ook Niels startte goed. Met wit, in een Philidor, 17 zetten lang niets aan de hand.
Zwart lijkt wat actiever te staan, maar Komodo ziet geen problemen na 18. f3 Ld7 19. Kh1 (even uit de dreigende penning) h4 20. g4. (Als zwart dan eindelijk ook lang gaat rocheren staat ook wit gereed voor zijn aanval, op de damevleugel.)
Maar dan kiest Niels een ogenschijnlijk logisch, maar toch minder goed plannetje. 18. Le2? Hij denkt waarschijnlijk: “Zwart valt toch een beetje aan, stukken ruilen maar. Dat vertraagt zijn actie en wellicht smoort dat zijn plannen.” Maar na 18 … Dc8! 19. Lxg4 Dxg4 wordt de dreiging alleen groter. Wit gaat nu een pion verliezen. Ook in de beste variant, die Niels keurig toepast! En nog erger, de open torenlijn gaat hem nu toch onherroepelijk parten spelen. Niels vecht voor zijn leven. Hij kiest daarna 10 zetten lang de beste voortzettingen, maar helaas dat doet zijn tegenstander ook. Dat levert zwart een kansrijk eindspel op (die akelige vrijpion op de h-lijn). Na nog een kleine witte onnauwkeurigheid bij zet 33. (Lc1?) gaat het hard. Na zet 34. Txe4 beseft iedereen wel dat het hier ‘einde verhaal’ is.
Niels doet nog lang zijn best, hoopt op een foutje van zijn tegenstander. Maar dat komt niet. Die mijnheer is gewoon (nog) te sterk. Na 57 zetten geeft Niels op. En ook voor hem geldt: “ik heb mijn best gedaan.” Stukken beter in ieder geval dan in de vorige externe wedstrijd. Nu was hij wel degelijk “er met zijn hoofd bij.” En hier kan hij ook weer van leren.
En die andere oudere jongere? Peter? Nou die deed ook zijn best. Hij moet bij zijn debuut in de externe wel een beetje zenuwachtig zijn geweest. En dat zal er niet beter op geworden zijn, toen hij een weinig gebruikelijke , behoorlijk agressieve opening op zijn bordje kreeg. 1. e4 Pc6 (OK, bestaat, maar weinig populair) 2. Pf3 f5? (OK, bestaat, maar kan niet goed zijn.) Iets uit de ouwe doos van het 19e eeuwse romantisch schaak. Ik denk dat de zwartspeler dat ook wel wist maar begreep dat hij een wat minder ervaren speler voor zich had, en dat hij zo probeerde verwarring te zaaien. Het is duidelijk dat Peter alles achter het bord zelf moet uitdenken. Maar dat doet hij niet onverdienstelijk.
De databases geven nu 3. exf5 als meest gespeeld 3. …. d5 4. Lb5 Lxf5 5. Pe5 (of eerst d4) met veel beter spel voor wit). Peter kiest voor 3. e5 wat zeker niet slecht is, maar rustiger dan nodig. Zijn 5e zet is weer een voltreffer: 5. d5!
5. .. e4? (Pd4!? Of Pb4!?) en nu had wit 6. Pg5 moeten spelen met goed spel. Op h6 volgt 7. Dh5+ Op Pe5 volgt 7. Dd4 Op Pf6 volgt 7. dxc6 Dxd1 8. Kxd1 h6? 9. cxb7! Dat zag Peter niet, of hij vond het te gevaarlijk en hij speelde 6. dxc6 maar zit dan na 6. .. Dxd1 7. Kxd1 exf3 8. gxf3 (Lf4!?) opgescheept met het verlies van de rochade en een weinig gezellige pionnensteling . En net als we bij die twee oudere jongeren hiervoor zagen, één onnauwkeurigheidje in een vroeg stadium en onze Arishelden komen dat niet meer te boven, ook niet als ze heel erg hun best blijven doen. Want die tegenover hen zetelende heren zijn gewoon (nog) te sterk. Ook Peter vecht hierna verdienstelijk voor zijn leven. Vrijwel foutloos. Tot hij verzeilt in de fase van de schaakpartij waarin hij zich nog heel erg onzeker voelt: het eindspel. Ondanks het feit dat zwart hier een enorme kans mist om de partij genadeloos snel te beëindigen ( 29. .. Txf4? i.p.v. Txd2 ), blijft wit hier kansloos, en vervalt zijn stelling steeds verder van kwaad tot erger. Rond zet 45 geeft Peter op.
Ik denk dat Paul Verkooijen het efficiënt uitdrukte: “Ik vind dat we het al met al niet slecht hebben gedaan. En chapeau voor de drie laatste borden, ze zijn er toch maar weer bij!”
En de kernploeg? Martin lijkt overspeeld te worden, maar misschien ontsnapt hij. Hij kan al spoedig geen vin meer verroeren. Afwachten maar. Ook Frank lijkt al spoedig enigszins klem te zitten. Idem.
Paul heeft bij zijn antwoord op het Leningrader Hollands wel wat strategische minpunten opgelopen (slechte loper, minder ruimte) maar zijn tegenstander weet er niet van te profiteren.
Maar Paul vindt de weg naar gelijkheid zonder veel moeite.
Hier besluiten de kemphanen tot remise. En terecht! Bijv. 22. … Txd1 23. Dxd1 Da1 24. Dxa1 Lxa1 25. f3! En de zielige loper komt weer tot leven. En als zwart de invloed op de open torenlijn nog niet wil opgeven? Na 22. .. De7 23. Txd8 Dxd8 kan wit na Lf1 of f3 met vertrouwen een gelijkstaand eindspel tegemoet zien.
Gerrit speelt zijn Philidor (1.e4 e5 2.Pf3 d6 3.Lc4 Le7 4.d4 exd4 5.Pxd4 Pf6) , en wit probeert eens wat anders met 6. De2 en 7. Pd2? i.pv. het normalere 6.Pc3 0–0 7.0–0 Pc6 8.a4. Maar dat levert hem weinig op. Integendeel zwart krijgt mogelijkheden. En nog meer na 10. Ld3?
dxe4 11.Lxe4 Pxe4 (11…Te8! 12.0–0 Lb4 13.Pg5 De7 14.f3 h6!) 12. Dxe4 Lf6 (La6!). Hoewel het nog wat sterker had gekund, staat zwart hierna minstens bevredigend. En dat blijft zo. Gerrit onderneemt niet veel, maar doet ook geen slechte zetten.
Achteraf meent hij dat het actiever had gekund en suggereert: Lxd4 19.Lxd4 Txb2 Heb dit wel overwogen maar was te voorzichtig…….. maar Komodo ziet daarna 20.Te5! Tab8 (20…Le4 21.f3 f6 22.Te7 Lg6 23.Txc7 Te8) 21.Lxa7 en geen echte problemen voor wit. Misschien was Gerrit hier terecht wel voorzichtig. Beide heren blijven behoedzaam en in de eindstelling zijn ze het er roerend over eens: dit is remise.
Alleen Komodo10 vindt dat zwart een fractie beter staat (-0.30). Maar ja, die vindt zoveel! Probeer dat als mens –zelfs als je eindspel-fan bent- maar eens te winnen van Jan van Dam!
Ron doet het goed met zwart. Het jeugdige talent tegenover hem verkiest de Alapin-variant. (1.e4 e5 2. c3!?) Persoonlijk werd ik daar heel lang ‘niet blij’ van. Ik kocht het prachtige vuistdikke boek van Svesnikov (ja dat genie van die fantastische jachtvariant in het Siciliaans) om er eindelijk snuffelend eens wat vat op te krijgen. (helemaal lezen onmogelijk: 574 bladzijden) Svesnikov ziet 2 hoofdvarianten : direct 2. ….d5 of 2. .. Pf6, en vindt de 1e goed genoeg, en de 2e sterker. Maar eerst 2. … e6 kan ook wel. En dat doet Ron. Svesnikov geeft er twee voorbeelden van in zijn bijbel: Twee partijen van hemzelf (Met wit. Ja als hij dat zelf met wit speelt dan moet het wel goed en spannend zijn!) , één tegen Vaganian 1-0 en één tegen Polugajevsky ½- ½. ) 3. d4 d5
Hierna leert de database dat exd5 verreweg het meest gespeeld wordt. 1438 partijen. Score 50%. Maar Svesnikov besluit zijn analyse van de partij tegen Polu met “After this theoretical important game I stopped playing the system with 4. exd5.” Wegens 4. .. exd5.
Zou Brian Mollenkamp (1875) die bijbel gelezen hebben? Je weet het nooit met die jonge honden. Hij speelt 4. dxc5 . En als Ron de 2. c3-variant al in zijn hoofd had, moet hij waarschijnlijk nu zelf al gaan denken. 4. .. Lxc5 5. exd5 En ook nu staat zwart voor de keuze 5. … exd5 of 5. … Dxd5 en zelfs 5. … Pf6! Slaan met dame vindt Komodo ietsje minder (maar niet slecht). Dat doet Ron: 5. .. Dxd5 6. Dxd5 exd5 en het mindere enthousiasme van K. zal wel te maken hebben met die geïsoleerde d-pion. Waar best nog wel wat aan te doen is. Bovendien heeft zo’n pion ook nog wel voordeeltjes. Het bezwaar voor wit lijkt me dat de waarschijnlijk agressievere 2. c3- speler nu zijn dame kwijt is , en probeer zonder haar in deze stelling maar eens lekker-ingewikkelde aanvalspatronen te ontdekken. En de rochade van wit zal veel prenatale zorg vereisen. Ron doet het goed. Wit krijgt dus inderdaad lichte problemen met het niet gerocheerd zijn van zijn koning.
Met zijn konsekwente spel heeft Ron nu toch iets bereikt. Komodo geeft hier 17. .. f5! 18. g3 g5! Of 17. … Lxe3 18 fxe3 Pe5 (loert naar c4) met wat beter spel voor zwart.
Ron speelt echter 17. ….Pe5? en vreemd genoeg kan wit zich nu 18. Txd5! veroorloven!(18. .. Txd5 19. Pxd5 Pc4+ 20. Kf3 Pxb2 21. Pxb6 hxb6 22. Tb1 Pc4 met gelijke stand). Maar logisch dat wit dat niet allemaal kan uitrekenen. Die speelt 18. Pd2 om veld c4 te dekken. Maar ook nu had Ron met f5 (eventueel voor of na Pg6) duidelijker voordeel kunnen krijgen. Hij speelt echter 18. .. h5? Wat ook niet slecht is , zeker niet na het onduidelijke 19. Thf1 (of klopt de notatie hier niet?) (Zie hieronder ook het commentaar van Ron)
En nu was ook 19. .. f5 weer heel goed geweest. (20. Pxf5? Pc4!) Maar Ron speelt minder duidelijk 19. … Te6. Nog steeds staat zwart wat beter. Maar de spelers besluiten tot remise. Ron ziet kennelijk geen duidelijk aanvalsplan. Maar had toch met zijn bedoelde Tde8 de boel voorlopig onder druk kunnen laten staan. En wit zal er wel mee tevreden zijn geweest, want die was al bijna de hele avond tot passiviteit gedoemd.
Bij Frank dacht ik al bijna de hele avond dat hij het moeilijk had. Zwart speelde de Tartakower-variant van de Caro Kann. Niet de sterkste, maar wel een leuke! Voor beide partijen. Na 10 zetten is de ‘theorie’ in Powerbook op. 1.e4 c6 2.d4 d5 3.Pc3 dxe4 4.Pxe4 Pf6 !? (Tartakower) 5.Pxf6+ exf6 6.Pf3 Ld6 7.Ld3 0–0 8.0–0 Te8 9.h3 Pd7 10.c4 c5 11.d5
Wat niet wegneemt dat Komodo heel tevreden is over Frank. (0.38)
Maar ik volgde het live en was er niet gerust op.
Wat een prachtige loper heeft zwart, vergeleken met die zielepoten op c2 en c1. Zwart kan veel gemakkelijker zijn stukken verder ontwikkelen en de verbinding tussen zijn torens laten opbloeien. Maar ik blijk weer eens weinig van het spel te begrijpen. Komodo geeft hier 0.82 voor wit! Na 19. b4! En Frank schijnt het wel te begrijpen, want die speelt dat! 19. … b6 en nu kan wit met bxc5 20. Lxc5 Lb2 een veelbelovende stelling verkrijgen. Nu heeft híj ineens een mooie loperdiagonaal. En staat de zwarte koning nog wel veilig? Frank ziet het licht aan het eind van de tunnel en speelt gelijk 20. Lb2, maar na Lxb2 is dan die mooie loperdiagonaal er toch niet. Komodo geeft desondanks aan de witte stelling toch de voorkeur, zeker na 20. .. Df6??
21.Lxd4 (21.La4!?) 21…cxd4 22.Tbd1 en zwart verliest een pion La6 23.Dxd4! Dxd4 24.Txd4
En geheel tegen mijn sombere verwachtingen in stevent wit nu af op een overwinning. Tot …. helaas ….
27.Lc6?? een blunder. Daar gaat de winst. Maar door de tijdnood denk ik. (27.Lb3 en wit staat stukken beter 27…Td6 28.f3 exf3 29.gxf3 Lb7 30.Kf2 en dat wordt voor wit een gezellig eindspel met een pion meer) 27…Txc6! (want de toren op d4 staat ongedekt) 28.b5 de enige 28…Lxb5 29.dxc6 Txd4 30.cxb5 Ke7 en inderdaad dit lijkt bedenkelijk op remise. Ik dacht dat Frank hier voor een Houdini-act had gezorgd, maar dat was onjuist. Met evenveel recht zou je kunnen zeggen dat zwart ontsnapt, was. Dus een sterke partij van Frank!
Was er dan bij Martin wel sprake van een Houdini- voorstelling (de boeienkoning dus, niet het schaakprogramma)?
In een Paulsen-achtige variant van het Siciliaans komt Martin uit de kast met een wel heel eigenaardige en riskante voortzetting.
7. .. Df6? Ik stond ernaast en schrok er een beetje van. Dat vraagt –al of niet op termijn – toch om problemen voor die dame? Op zijn minst wordt het tempoverlies. Of erger: Dame in Last. Martin moet zijn tegenstander hebben willen provoceren. Maar voorlopig komt hij van een kouwe kermis thuis. Na zet 10. wordt het al een beetje lastig. Heeft die dame wel genoeg vluchtvelden?
Martin hoopt de problemen voor te blijven met 10. … Dh6 Maar dat werkt niet erg. Gelukkig is wit wat te haastig . 11. e5 (eerst Pc3!) f5 (de beste) 12. Tf3 (Pc3! Of 12. exf6) g6? (g5!) 13. De2? (Th3! Dg7 14. c4 ) 13. .. a6? (g5!)
Wit staat nu toch goed, maar profiteert niet. Beide partijen blijven wat voortmodderen. Het blijkt te ingewikkeld voor ons 2e klassers. Dat heeft Martin dan toch maar bereikt, met dat vissen in troebel water. Hij schijnt het te gaan redden.
Dan komt er een nieuw moeiijk te doorgronden plannetje (althans voor mij) :
16. .. Kf7? 17. c5!! En nu wordt het wel erg moeilijk om die onontwikkelde stukken op de damevleugel nog iets te laten betekenen. En wit gaat dat uitbuiten. Na zet 21. Ke8 :
Het is niet met droge ogen aan te zien. Zwart verkeert in doodsnood. Chronisch ruimtegebrek. Hoe kom je aan lucht? Alles bij wit staat gedekt. Zwart kan slechts afwachten wanneer de bom valt. Hij kan hoogstens hopen op wat gerommel richting witte koningsstelling. Maar met te weinig stukken. Want half zwart staat op nonactief! Na zet 24 .. g5!?
Daar komt-ie. Dan maar aanvallen met slechts 2 stukken. ‘Het wordt natuurlijk niks, maar ik moet toch wat.’ Met 25. Kh1 kan wit de zwarte actie aanzienlijk vertragen, 25. .. Tg8 26. Tg3 Dh7 27. Dh5 en daarna zelf met de zwarte damevleugel kortemetten maken. Maar vanaf hier begint wit danig te knoeien. En het is voor de toeschouwers haast een wonder te mogen beleven hoe Houdini-Zwaneveld zich met krachtige hulp van zijn tegenstander van zijn boeien mag bevrijden.
25.fxg5? (Kh1!) hxg5 26.Tfd3?? Th4! 27.De3? Brrrr , geeft een stuk weg! Tijdnood? Txc4 Niet alleen dat wit nu een stuk achter staat, maar dankzij die toren op c4 komt er ook veel meer zicht op bevrijding van de invalide zwarte damevleugel. Veel denkwerk vraagt dat dan niet meer, wel geduld.
Dat heeft zijn voltooiing bereikt bij zet 40:
Wit staat een stuk achter en het zwarte probleem is opgelost. Wit geeft op.
Deze overwinning levert Martin eindelijk eens flink Elo-punten op. En geeft de uitslag van deze bondswedstrijd een iets draaglijker aanzien.
En nu maar hopen dat Bert en Jos volgende keer er wel bij kunnen zijn, en eventueel Ab Hauer lid is geworden en mee kan doen. En hoe zit het nu eigenlijk met Marco. Heeft die ook de benen genomen? En is Marko nog niet terug?
"Waar is mijn dame gebleven? Die nam de benen, terwijl ik toch zo mijn best heb gedaan."
12-12-2016 | Aris de Heer | – | Schaakgroep Koedijk | 3 – 5 | ||||
1 | 8529532 | Ron de Vink | 1883 | – | 8295562 | Brian Mollenkamp | 1875 | ½-½ |
2 | 6808131 | Paul Verkooijen | 1741 | – | 7635155 | Danny Stoop | 1852 | ½-½ |
3 | 7826654 | Martin Zwaneveld | 1682 | – | 7421524 | Jan Barteling | 1783 | 1-0 |
4 | 7803114 | Frank de Geus | 1655 | – | 7728435 | Hans de Jong | 1740 | ½-½ |
5 | 7268195 | Gerrit van Dok | 1652 | – | 7399216 | Jan van Dam | 1712 | ½-½ |
6 | 8486467 | Niels Kuijer | – | 7691651 | Paul Roomer | 1670 | 0-1 | |
7 | 8643855 | Jasper Ittmann | – | 7969379 | Ron Mollenkamp | 1648 | 0-1 | |
8 | 7079655 | Peter van Putten | 1123 | – | 7386060 | Jan Meringa | 1616 | 0-1 |
1622 | 1737 |
Eddy, er klopt inderdaad iets niet! Er is eerst 17…, Lxe3! gespeeld. Ik zag dat direct Pe5 niet goed was, maar na slaan op e3 wel. Hij speelde dus Tf1 naar de open f-lijn. Maar h5 was inderdaad niet zo goed. Td6! houdt wel het zwarte voordeel vast. Bert moet eigenlijk mijn eindspelen uitspelen, die kan dat beter dan ik. Die had ook denk ik 17…, f5 zijn lievelingszet wel gevonden wat een mooi plan inderdaad is.