Ik was moe. Hele dag op pad geweest. Was niet erg. Er viel deze avond niet veel heel ingewikkelds te verwerken.
Bert deed rustig aan tegen Paul. Die vooral verdedigde. Probeerde zich zo solide mogelijk op te stellen. Bert speelde heel geconcentreerd en strategisch, en stond al gauw (en steeds) iets beter, maar vond de weg niet naar een echte beslissing. Paul speelde ook heel geconcentreerd en was best tevreden met remise. Bert-Paul was als een voetbalwedstrijd waarin het spel vooral eindeloos op het middenveld plaats vindt tegen een tegenstander die de achterhoedelinies potdicht houdt.
Marco- Ab was wel een levendig potje. Vooral omdat Marco er al vroeg lekker tegenaan ging, maar Ab het voorbarige daarvan toch wist aan te tonen en al spoedig gewoon beter stond en klaar voor de tegenaanval. Maar dan mist hij iets simpels en is veel van zijn voordeel kwijt, en waarschijnlijk van ergernis ziet hij dan te laat dat er een Toren van hem ‘en prise’ staat. Dus Marco-Ab was als een voetbalwedstrijd waarin een ploeg het betere van het spel heeft en aanvalt, maar daarbij gaten in de verdediging riskeert, en dan bij de tegenstoten van de tegenstander de doelpunten om zijn oren krijgt.
Gerrit (wit) -Martin werd een Siciliaan en ging redelijk gelijk op. Martin kreeg het iets betere van het spel, omdat Gerrit –denk ik- een pionzet wilde uitlokken maar zo een belangrijk tempootje weggaf. Met steeds maar weer sterk spel bouwde Martin dat uit. (Waarschuwing voor allen: Die man is ineens in vorm!) Martin kreeg aanval! Na nog een foutje bij zet 19 (zie hieronder) is het al bijna afgelopen. Gerrit raakt de kluts dan helemaal kwijt (of gaat ‘va banque’ spelen, in de hoop dat … ) en verliest een stuk en gunt zijn tegenstander daarna een eenvoudige matvoortzetting. Gerrit-Martin was als een voetbalwedstrijd waarin één team een licht veldoverwicht heeft, maar pas echt gaat winnen als er achter elkaar twee spelers wegens ernstige overtredingen van het veld gestuurd worden.
Ron-Frank was ook niet al te opwindend. Ron speelde 1. e4 (!!) en had waarschijnlijk op Frans gerekend en zich daarop voorbereid. Laat Frank dat nu eens niet spelen. Het werd gewoon ouderwets Italiaans. En wel het Giuoco Pianissimo. Waarvan het laatste woord wijst op een erg langzame voortgang van zaken. Beetje sloom dus. Het is duidelijk dat Frank niet erg veel weet van deze stelling want zijn 7e zet vind ik een beetje onverklaarbaar. Of hij moet spoken gezien hebben. Daarmee verspeelt hij zijn korte rochade. Wit staat gewoon beter en begint aan een rustige belegering van de zwakke velden van zwart. Daarna wordt het er voor Frank niet leuker op als hij toestaat dat wit op b7 slaat, vooral omdat hij nu ook de lange rochade wel kan vergeten. In zijn nood offert hij ook nog nodeloos een pion. (zie hieronder) Het wachten is nu op de definitieve aanval met de zware witte stukken. Die blijkt toch lastig te vinden. Ron besluit gewoon veel zware stukken te ruilen en op een pionneneindspel met één pion meer aan te sturen. Daar moet zwart ,om ernstiger onheil te voorkomen, wel op ingaan. Dat blijkt de eenvoudigste en toch effectieve aanpak. Even hoop ik nog even op een wonder voor Frank, maar nee. Zwart wordt op tempo’s uitgetikt. Deze partij leek op een voetbalwedstrijd waarin het betere team alsmaar overwicht heeft, maar pas in de laatste minuur eindelijk dat verdiende doelpunt scoort.
Highlights:
Bert-Paul
Al na 10 zetten staat wit beter. Na 26 zetten nog. Aanschouwt met tranen in de ogen de positie van de zwarte loper. En de superioriteit van de witte.
Omdat ik niet goed meer wijs kon uit de notaties weet ik niet met zekerheid hoe het verder ging. Zwart trekt zijn Dame terug (naar d7 of naar c7?) , en posteert daarna een paard op d5. Komodo geeft na zet 28 nog steeds een flink voordeel aan voor wit. Maar inderdaad dat zwarte paard op d5 staat daar ook wel leuk.
Waarschijnlijk is dit de stelling (zo niet, dan hoor ik het wel) : Komodo geeft als beste 29. De5 met als hoofdvoortzetting La6 30. Dxc7 Texc7 31. Lxd5 exd5 32. Pd6 Td8 Heel erg goed begrijpen kan ik die zetten niet altijd.
Ik zie wel dat wit nu de e-lijn met een toren kan gaan bezetten. (De pion op a5 kan niet met Pc4 worden veroverd want dan ruilt zwart zijn zwakke zwarte loper af tegen dat paard. ) Ook bij Komodo wordt het hierna nog een eindeloos gelaveer. Al met al curieus. Dat zo’n ogenschijnlijk passieve stelling zo moeilijk te kraken is. Ik kan me voorstellen dat Bert de pogingen staakte. En dacht: ‘Jullie bekijken het maar!’
Marco-Ab
Na 18 zetten:
Wit staat wat beter vlg. onze digitale schaakprofessor. Met rustig spel zou daarvan geprofiteerd moeten worden. Komodo geeft als hoofdvariant 19. De2 Lc8 20 Lxc8 Dxc8 21. Pd3 Maar Marco speelt wat onbesuisd 19. Dg6 waarna Ab aantoont dat die dame daar niet veel toekomst heeft. 19. .. Lc8 20. Lxc8 (zal wel moeten, helaas) Txc8 21. Td1 De8! Nu is de stelling gelijk.
22. Df5 (Natuurlijk, niet ruilen. Dan is er van een aanval helemaal geen sprake meer. Maar Dd3 is beter. Want hier overziet wit een kleinigheid. Gelukkig voor hem zwart ook!) 22. .. Pd7 ? Waarom niet 22. .. Pxd5!! Dat is toch veel leuker. Maar door onhandig gemanoevreer komt zwart desondanks beter te staan. Na 24. Txc4 25. Pf3?? ( 25. Pc2!)
Krijgt zwart een kans voor open doel. 25. … g4! (gedekt door de Toren op c4) Na Dg3 volgt gxf3 en na 26. Dh4 Txc3! (na gxf3? 27 Dxc4) 27. bxc3 ( De kamikaze-zet 27. Pxe5 is niet beter) gxf3 En nu de kruitdamp is opgetrokken staat wit gewoon een Paard achter. Maar Ab speelt 25. .. Pf6? Daarbij nog een kleinigheid over het hoofdziend 26. Pxg5. ‘Dankjewel’ prevelt Marco. ‘Je h-pion staat gepend.’ 26. Pxg5!! Hierna gaat het snel bergafwaarts. En Ab beëindigt de neerwaartse spiraal met het weggeven van zijn Toren op c8.
Gerrit-Martin
Na zet 10. in ongeveer gelijke stelling:
11. Lc3?? Wat ging er door Gerrit heen? De volgende zwarte zet is natuurlijk de eerste die iedereen zou overwegen. Wat was wit’s (verkeerde) idee? 11. .. d4! 12. Ld2 f5 (niet de allerbeste, maar goed genoeg. En lekker actief.) Wit gaat hierna spoedig c2-c3 spelen. Was dat de diepere bedoeling? Die centrumpion naar voren lokken en daarna aanvallen. Maar het effect valt lelijk tegen. Na de afruil staat het er zo bij:
Inderdaad, die zwarte e-pion staat er wat hulpeloos bij. Maar wat heeft zwart een mooie lopers! En voorlopig: wat een lekker veld op d4! 17. Pxd4 Pxd4 Na 18. Lf1 tovert Martin een sterke aanval uit zijn hoge hoed. 18. .. Dd5 19. Pe3? Dg5!
Wit staat verloren. Dat paard op d4 gaat bijna altijd naar f3! Met dodelijk gevolg. Hier ging het als volgt: 20.Pc2 (?) Pf3+ 21.Kh1 Pxd2 22. Te2 Pf3
23. gxf3 (Dxg5 Pxg5 en wit blijft een stuk achter) Lxf3+ en mat op de volgende zet (24.Lg2 Dxg2)
Ron-Frank
(De Giuoco Pianissimo stond al beschreven in ‘schaakboekjes’ van rond het jaar 1500 !!! Maar die zijn inmiddels uitverkocht, denk ik. ) Na zet 6:
Boek en database geven 7. Lxf6 en dat gebeurt! Hier moet Frank wolven en beren op de weg gezien hebben. Misschien zag hij: Dxf6 5. Pd5 Dd8 6.c3 als ernstig nadelig wegens achterstand in ontwikkeling. Maar dan lost 9. .. Pe7 de problemen wel zo’n beetje op. De stand is vrijwel gelijk. Aldus de eeuwenoude theorie en aldus Komodo. Maar Frank speelt 7. .. gxf6. Er zijn openingen waarin dat wel eens voorkomt. O.a. in de Caro Kann (Bronstein-Larsen-varant) en in de Sicliaanse Svesnikov-variant. Maar hier lijkt het me toch wel behoorlijk link. Ron gaat zijn spel richten op de velden d5 en f5. 8. Ph4. Dat kiest Komodo hier niet (wel later soms), maar het lijkt me lang niet onlogisch. 8. … h5 om Dh5 te voorkomen. Maar de vooruitzichten worden er niet beter van. 9. Pd5 En zwart zit nu al dik in de verdediging.
Door een magere 10e zet (Lxd5) komt het verlies van een b-pion voor zwart in zicht. Daarna kan zwart helemaal niet meer rocheren. Die pion krijgt hij wel terug, maar de stelling blijft erg onprettig.
Toch valt hier best wat te vechten. Dan offert Frank een pion, waarschijnlijk met de gedachte dat het een schijnoffer is.
17. .. f5? 18. Pxf5 Pxf5 19. exf5 Maar nu kan zwart geen Dxf5 spelen, wegens Dc6+ met Torenverlies. Dat soort dingen gebeuren als je niet gerocheerd hebt. En ook na Kd8 20. f4 blijft slaan op f5 niet wenselijk wegens toch Dc6! Kc8 fxe5. Kortom “Zorgen, zorgen, niets dan leed en zorgen.” (Dat komt dan altijd in mijn hoofd op. Omdat ik het ooit eens op het toneel in een stuk (naar Oscar Wilde) moest roepen. Ik speelde het spook in “Het Spook van Canterville”.)
Maar toch. Het blijft gek genoeg toch een beetje lastig om te winnen. Na zet 25:
Er bestaan toreneindspelen die met een pion meer toch niet winnen zijn. Hier neemt Ron een belangrijke beslissing: hij kan dwingen tot afruil van de dames en hij ziet dat hij daarna ook kans zal zien om de Torens af te ruilen. Hij rekent op winst met een pion meer in een gewoon pionnen-eindspel. En dat blijkt terecht. Hij zet de zwarte pionnen bijna allemaal vast.
Zwart aan zet. Van zwart kan alleen de a-pion nog spelen. Maar wit heeft twee troeven. Ook de g-pion heeft een tempo in reserve. Dus uittikken maar en op tempo winnen. Maar nog erger is dat wit zich nota bene 34. g2-g4 kan veroorloven. Bijv. hxg4 35. h5! En omdat de witte Koning beter staat om de opmars van de zwarte vrijpion te frustreren dan de zwarte Koning om de opmars van de witte vrijpion tegen te houden, wint wit.
Wel een leerzaam eindspel. Verdiende zege van Ron, die toch meer energie kostte dan zich op de 7e zet liet aanzien. En dat is dan wel de verdienste van Frank.