Zaandam. Daar heb ik niet veel mee. Ik kom er zelden. Altijd parkeerproblemen. Vroeger al. En altijd die veranderingen: Wel een gracht, toch geen gracht maar winkeltjes, toch maar wel weer gracht, en winkeltjes weer weg. Weg prachtig oud stationnetje, nee -kijk eens hoe smakeloos modern we zijn – een nieuw station. En daar omheen die hoge uit hun krachten gegroeide zogenaamde Zaanse gevels. Kijk eens hoe traditioneel we zijn en tegelijk zo revolutionair ! Ik ging met mijn conservatieve Amerikaanse nicht, toen ze even over was uit de USA, het haar eens laten zien. Die viel zowat in katzwijm toen ze het zag. En niet van bewondering.
En ik weet nog goed dat ik 62 jaar geleden als scholier vakantiewerk deed bij Verkade. Een week of vijf. Elke ochtend uitstappen bij dat mooie stationnetje, en een kwartier lopen. Temidden van een stoet werknemers op weg naar naar de Verkade-fabriek. Waaronder veel van die in die tijd beruchte ‘meisjes van Verkade’. Waar ik eigenlijk een beetje bang voor was. Er deden verhalen de ronde dat die ontoerekeningsvatbaar waren. Ze zouden samen een conducteur op de trein die hun kaartjes kwamen controleren spiernaakt hebben uitgekleed. (Volledigheidshalve: tegen zijn zin! Dus zeker iets voor HeToo# ) En dan de laffe geur die in dat deel van die stad hing. Die weeïge zoetige chocolade-geur (of was het van de koek) , ook in de fabriek, waar je net nog niet onpasselijk van werd.
Niets gunstigs in mijn langzaam wegkwijnende geheugen te vinden over Zaandam? Nou ja, iets wel. Freek de Jonge groeide er op, en schreef een mooi boekje met leuke herinneringen daaraan: ‘Zaansch Veem’ (1987) . En het debuut van Tessa de Loo met het kostelijke “De meisjes van de suikerwerkfabriek” (1983) . Dat waren ook voor pubers leuke verhalen, waar je in de klas wat mee kon.
En nu kwamen ze in ons clublokaal. De Zaankanters. In levenden lijve. Kon je ze van dichtbij in het echt bewonderen.
Foto's groter of beter? Klik erop!
Maar het werd voor mij niet een nieuwe prettige herinnering. Bijna allemaal aardige mensen, dat wel hoor, maar ze schaakten een beetje te goed!
Dat gold zelfs voor de enige twee die een flink wat lagere elo bezaten dan die van ons. Frank de Geus leek heen te walsen over Jacob Wiersma. Die van Frank’s Siciliaan geen chocola kon maken en op de 10e zet al een stuk verloor. Later leek Frank dusdoende een prachtige dodelijke aanval te kunnen gaan opzetten, maar toen leek ineens, door wellicht een klein fabricagefoutje, de koek op. (de kwaliteit van de concurrent even onderschat? ) Het kostte plotseling Frank een enorme hoeveelheid denkwerk om uiteindelijk, gesteund door nog een foutje in het recept van zijn tegenstander een lekker eindresultaat te creëren. Zie ook nog verderop bij ‘Enkele Highlights’
En ook bij Gerrit ging het niet vanzelf. Hoewel hij de opening met wit tamelijk ongevaarlijk behandelde, rond de 15e zet werd het heel andere koek. Hij stond ineens aanmerkelijk beter. Doch rond zet 20 verkruimelde dat een beetje en was de stand weer gelijk. Maar dat was van korte duur, want al gauw kreeg hij weer het wat betere van het spel. Maar winnen? Dat zou nog wel eens een lange zitting kunnen worden. Voordeel voor wit: zwart zag op zijn klok dat de houdbaarheidsdatum van zijn baksel spoedig dreigde te worden overschreden. Waarschijnlijk mede door de spanning daarover raakte Bozkurt door een mooi klein combinatietje van wit bij zet 25 zozeer van de kook, dat zijn handelingen daarna niet altijd meer het meest doeltreffend waren, en bij zet 28 gaf hij een Toren weg.
Zo bleken – wel pas laat op de avond – onze laatste borden onze topborden te zijn geworden.
Want verder hadden we niet veel smakelijks in de etalage liggen. De lekkerste chocoladeletters R, J en M, waren al betrekkelijk snel uitverkocht. We waren dus allen al heel tevreden met Mariakaakjes, in remiseverpakking.
En Bert, Paul, en Koen verloren zelfs.
Ron had oorspronkelijk weinig moeite met de wat tamme behandeling van zijn Siciliaan (d3, g3) . Zag derhalve al snel kans met d5 en b5(!) een prettige stelling te verkrijgen. Maar na een iets mindere zwarte 13e zet kreeg zijn tot dan ogenschijnlijk bescheiden tegenstander een andere statuur. Die begon ineens minder vredelievende plannen te ontwikkelen en mede door (daar is ie weer) een ingesloten en dus niet voor meeverdedigen geschikte dameloper kreeg Ron het een beetje warm. “Ik sta niet goed” bromde hij somber tegen me.
Toen hij de aanvalsmogelijkheden van wit toch een beetje geneutraliseerd leek te hebben, werden ze het bij zet 19 eens over remise.
Misschien juist op het moment dat er na 19. ….. bxc3 (i.p.v. het gespeelde ook zeer voor de hand liggende 19. … De8) 20. bxc3 Lxh4! 21. c4 (21 gxh4? Txf4!!) wat mogelijkheden voor zwart begonnen te gloren.
Dus mischien wat te vroeg de Mariakaakjes van Verkade maar uit het schap gehaald, toen er net even Knappertjes in de aanbieding waren. Ook niet geweldig, maar toch lekkerder.
Jos kreeg al bij zet 1 een koekje van eigen deeg. ‘Hoe krijg ik mijn tegenstander zo snel mogelijk uit zijn repertoire !?’ 1. d3 !!!!!????? Daar weet ene Jos dan wel weer een soortgelijke versnapering tegenover te zetten: 1. …. b5 !!!!!?? En daar zitten dan twee mensen met een Elootje waar de meesten van ons slechts moeizaam naar kunnen blijven streven met naarstige studie in brave openingsboeken. Maar al snel gaat het toch op een normale schaakpartij lijken, als wit verder een soortgelijk tamme openingsbehandeling verkiest als op bord 1 valt te bewonderen. (Kijken ze bij elkaar af? (Grapje!!) Zoals ooit die drie Russen (Petrosian, Geller, Keres) die in 1962 bij een kandidaten- toernooi in Curacao, bij elkaar de opening afkeken, om het Bobby Fischer moeilijk te maken. )
Na 16 zetten staat er dit op het bord:
Hier speelt Jos 16. … Pg5. Omdat hij van nature voorstander is van riskant maar levendig spel heeft hij hier vast ook wel even gekeken naar 16. … g5 !? 17. Le3 g4! (hee dat paard op f3 kan nergens heen!) 18. Lxh6 gxf3 19. Lxf3 Lg5 Maar dat werd misschien zelfs hem te gortig: een stuk voorsprong, tegen 2 pionnen, maar wel een verwoeste koningsstelling. Bekijk dat maar eens vooraf.
Hij biedt na 17. Pxg5 hxg5 18 Le3 f5 remise aan. Ja, dat vermag ons niet meer te verbazen. Computers zijn het daar dit keer wel een beetje mee eens, maar menig mens zou in die zwarte hagelslag nog wel het lekker hoge cacaogehalte willen proeven.
Martin werd ook remise, maar dat was een heel ander verhaal.
Zijn Engels werd tot zet 6 nog volgens boekjes tegemoetgetreden. Dan staat wit, zoals hoort, een beetje beter. En dat blijft eigenlijk zo tot zet 16. Dan neemt Martin de verkeerde afslag.
Terugslaan op d4 met de pion of met de loper? Ik zou hier waarschijnlijk ook 17. Lxd4 ernstig overwogen hebben. Leuk om als zwart lastig wordt op d5, nog e3-e4 achter de hand te hebben. Ik zag ter plekke ook de volgende zetjes wel, en dat er een paard op d2 bleef instaan, maar ja … 17. Lxd4? Lxc5 18. Lxc5 Pxc5 19. Dxc5 ja, en dan Txd2 . Ik noem dat maar het Verborgen Toren (op d8) – motief. Ja jasses, dit is toch niet echt plezierig.
Na nog een mindere 21e en 22e zet staat wit eigenlijk compleet verloren.
Hierna wordt het een krankzinnig gevecht. Waarin beurtelings wit na zet 28 kan winnen ( Na … Kf7 (ipv gespeeld 29. Dxb7??) kan 29. e5!! fxe5 30 Dxb7 en dan wint wit) en zwart na zet 23 kan winnen (niet 23 …. Le6 maar Dh3!), en ook na zet 34 kan winnen, dan wel beide af en toe remise voor het grijpen hebben. Maar geen van beide profiteert. (Zie nog verderop bij 'Enkele Highlights') Uiteindelijk na al die wederzijdse fouten (waarbij ook de tijdnood wel weer een grote rol speelde) kan Martin de spanning teniet doen met een eeuwigschaak-situatie. Ik kreeg de indruk dat uiteindelijk toch Martin het best zijn zenuwen in bedwang had kunnen houden. En na al die bloedstollende wederzijdse vijandelijkheden was het dan ineens weer helemaal koek en ei tussen die twee. Waren ze weer net zover als aan het begin van de lange zenuwslopende avond. Remise.
Bert verloor. Goh, dat dat ook nog kan! Hij kreeg met wit Bogo-Indisch te verwerken waar hij als pricipiële theorie-ontkenner natuurlijk niet veel van weet, en alles zelf van moet uitvinden. Meestal niet zo’n probleem voor hem, en nu eigenlijk ook niet. Tot zet 19 is er weinig aan de hand voor wit, hoewel hij het beoogde voordeel voor de witte stukken wel kwijt is. Dan gaat er ineens iets mis. Zwart krijgt druk op een halfopen torenlijn met zijn zware stukken tegen een achtergebleven pion.
Bert probeert tegengas te geven met een vrijpion op de d-lijn (22. d5), maar dat weet v. Veelen soepel te neutraliseren.
(Ik ken hem nog als een degelijke schaker, maar weet ook nog van een fors conflict met hem na een partij van ons tweeën bij Oppositie. Dat conflict hebben we later bij een ontmoeting bij een Tata-toernooi bijgelegd.)
En dan heeft Bert er ineens genoeg van om alsmaar te moeten verdedigen, en geeft op.
Na 27. … f6. Wat lang de beste niet is! Waarom niet gewoon 27. …. Txe4. Maar Bert ziet zowiezo pionverlies als onontkoombaar en stopt ermee. Die is niet van plan de rest maar gewoon voor zoete koek te moeten slikken.
De partij van Paul had een soortgelijk verloop. Zes zetten tegen het Frans weet hij nog wel, maar daarna moet ook hij het zelf gaan uitvinden. Dat lukt wel een beetje, maar niet genoeg, Hij staat vrijwel de hele avond wat minder, en dat neemt ernstige vormen aan rond zet 20. Ook hier akelige druk van zware stukken over de c-lijn. En een nogal sterk loperpaar voor zwart. (want bij een tamelijk open stelling.)
Paul zwoegt maar door. Maar hij weet vast wel dat hij niet veel kans heeft. Die denkt een onprettige avond te beleven. Maarrr ………… bij zet 25. maakt zwart een fout.
25. …. Tc4! en zwart handhaaft zijn voordeel. Hij gaat een pion winnen! Maar Jaron Rosegg speelt 25. … Td3? Die Toren doet daar veel minder dan op de c-lijn, waar hij nu voorlopig ook niet meer naar kan terugkeren! Met 26. a5 is een wit pionverlies van de baan, en daarna 27. Tc1! en wit heeft genoeg voor gelijk spel. 27. … Lxb4? 28. Tab1! La3 (wat anders?) 29. Tc7 (let op g7!) Ook na Paul’s 26. b5 heeft zwart niet zoveel meer. 26. …. Lf6
Na 27. Lxf6 is wit in ieder geval verlost van de kracht van dat zwarte loperpaar. Dat zal nog een gevecht worden maar remise hoort nu echt toch wel weer tot de mogelijkheden. Maar Paul wordt overvallen door iets wat hem niet vaak overkomt: een moment van vreselijke schaakblindheid: 27. Le5 ???? Txf3 !!!! en wit gaf op. Ik vind het wel een fout die enige logica herbergt: hadden we niet van Nimzowitsch geleerd dat je zo’n vrijpion moet afstoppen, met een stuk op het veld ervoor? Want als die dingen gaan lopen …!!!! En ach na 27. Txf3 kun je toch altijd even met die loper alsnog op f6 slaan? Oh shit, de toren op f3 dekt dan even veld f6! Dus na 27. ….Lxf6 volgt gewoon Txf6 en dan ben je een stuk kwijt.
Koen speelde een BenOni. Zet 8 begreep ik niet erg:
8. …. Le7?? Dit past toch niet in het schema? Waarom deden we dan g6? Probeert Koen hier eens iets anders? Of is hij bang dat er iets met dat paard op h5 gebeurt? Na 9. Le2 moet dat dan terug van weggeweest, naar f6, en dat doe je niet graag. Een beetje als ongelijk bekennen. OK, nu kan dan wel het paard naar g7, maar ja daar is het fianchetto toch niet voor uitgevonden? Vanaf nu staat hij dus constant een tikje minder. En zijn tegenstander speelt rustig en degelijk. Koen probeert, zoals het hoort in zo’n opening, op de koningsvleugel aan te vallen (f7-f5-f4) , maar dat laat wit rustig vastlopen en die gaat wat initiatief nemen op de damevleugel. Ook zoals het hoort. Alsmaar rustig en degelijk. En zwart kan niet meer doen, dan wat verdedigend schuiven, in afwachting van wat ooit wel zal gebeuren. Wat ertoe leidt dat rond zet 29 wit echt veel beter staat.
30. Pc6! Altijd lastig, een paard in je achtertuintje. Je weet nooit wat dat daar gaat staan opvreten of vernielen. Koen gaat over tot een wanhoopsactie: hij wil dat beest daar echt niet en offert dan maar een kwaliteit 30 … Txc6 . Maar dat helpt niet. Rustig en degelijk schuift wit verder. Koen krijgt geen enkele kans. Zijn kracht -tactische grappenmakerij- , daar krijgt hij vanavond de gelegenheid niet voor. Het eindspel dan, met beide partijen vier verbonden pionnen op de koningsvleugel, met P+L tegen T+T ? Zoiets kan toch nog wel eens ingewikkeld worden!? Maar Koen heeft zoveel tijd nodig gehad om een beetje overeind te blijven, het gaat niet lukken in tijdnood ook nog in een lastig eindspel te overleven.
Het leidt bij zet 41 tot bovenstaande stelling. Hij wordt weggeblazen in dat eindspel. Helaas kan ik daar niks meer over schrijven omdat Koen z’n notatie in de tijdnood niet meer correct blijft. En zijn tegenstander weigerde me zijn notatiebiljet te laten benutten. Jammer. Hoe hij dat eindspel aanpakte, was best nog wel leerzaam geweest voor sommigen van ons (van hen?).
Dus helaas verloren. ‘Slechts’ met 3,5 – 4,5. Maar eigenlijk toch wel een beetje kansloos. Terug met beide benen op de grond! Maar van het verliezen moet je leren.
Dezer dagen met Sinte Maarten, Sinterklaas, Kerst zeker volop Verkade-produkten in huis gehaald. En we werden ook nog getracteerd op een leerzame portie Allerhande door de Zaankanters van ZSC.
Zaandam dus toch even volop positief in onze aandacht. Nu maar hopen dat het straks met die intocht van die rare Spanjaard een beetje goed afloopt.
Nog een paar beloofde highlights:
Jacob Wiersma- Frank de Geus
19. Dg5 Wit staat een stuk achter, wit staat verloren. Maar hij probeert nog maar wat. Z’n matdreiging op g7 is natuurlijk gemakkelijk op te heffen met 19. ….. Pe8! (g6 kan niet) Waarom doet Frank dat niet? Hij gaat nu heel lang nadenken! Zag hij spoken, of wolven en beren op de weg, of wilde hij er vanavond iets heel moois van maken. Opdat het bij de highlights op de website zou komen? Nou dat lukt! 19. …… Pb3+ (leuk, maar klopt het helemaal?) 20. Kb2 en weer verzonk Frank in diep gepeins. Nog steeds zou …. Pe8 kunnen. Maar hij gaat door op de ingeslagen weg. 20. Dxc3+
Nu 21. Kxa2? Ik stond er handenwringend naast en dacht dat er voor wit toch minstens remise inzat. Zoiets geloof je toch niet? Want 21….. Pe8 kan nu niet, wegens 22. Pe7+ en Pxc8. Dacht ik. Maar thuis bleek dat onjuist. Zwart kan nu wel het mat bij zich afwenden, namelijk met 21. … g6 (nu wel) en staat dan wel nog steeds -bij gelijk materiaal- toch aanmerkelijk beter, maar het wordt dan toch nog flink lastiger, en Frank heeft inmiddels een flink deel van zijn grote tijdvoorsprong opgesnoept.
Maar nu ziet ook Jacob spoken, want hij pakt niet! Hij speelt 21. Ka3 ??
21. …. Pc1+ prachtig! En nu gaat het hard, in alle opzichten. Frank speelt nu alles à tempo. 22. Ka4 b5+ 23. Lxb5 (de enige) axb5+ 24 Kxb5 (de enige)
24. … Db2+ en mat op de volgende zet.
Martin Zwaneveld – René Kanninga
Enkele voorbeelden van de kansencaroussel:
Zwart speelt 23. … Le6? met bijna gelijke stand. Maar 23. … Dh3!! wint. 24. exd5 Dxh2+ 25. Kf1 Te8 ! (met de dreiging Tee2) Ook 26. Dg1 kan wit niet meer redden, na 26. …. Dxh3+ dreigt altijd mat in ten hoogste drie.
Nog zo’n tafereel, zelfde acteurs, na zet 34. Te1
zwart speelt 34. … Txh2 ??
Maar zwart wint na 34. … Dc5+ !! 35. Kh1 Df2! 36. Dc7+ Td7! en de loper op f3 gaat verloren.
Maar na het gespeelde 34. …. Txh2?? zou wit moeten kunnen winnen na 35. Da7+ Kd6 36. e5+ fxe5 37. De3!
Hier wil ik het maar even bij laten.
Ik weet dat ik nog even zou moeten kijken naar onze internisten: Ab-Mathijs
en Peter-Herman.
Maar daar heb ik nu even geen tijd meer voor. Misschien ergens in de komende dagen.
Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.
12-11-2018 |
Aris de Heer N1 |
– |
Z.S.C. Saende N1 |
3½ – 4½ |
||||
1 |
8529532 |
Ron de Vink |
1890 |
– |
5967005 |
Peter Roggeveen |
1904 |
½-½ |
2 |
7185981 |
Bert Kuijer |
1816 |
– |
7232819 |
Lourens van Veelen |
1869 |
0-1 |
3 |
7366095 |
Jos Lohmann |
1849 |
– |
7962614 |
Frans Rappange |
1817 |
½-½ |
4 |
6808131 |
Paul Verkooijen |
1768 |
– |
6234701 |
Jaron Rosegg |
1811 |
0-1 |
5 |
7887220 |
Koen van Lankveld |
1748 |
– |
7466756 |
Dirk-Willem Swart |
1749 |
0-1 |
6 |
7826654 |
Martin Zwaneveld |
1654 |
– |
8622768 |
René Kanninga |
1690 |
½-½ |
7 |
7803114 |
Frank de Geus |
1677 |
– |
8350683 |
Jacob Wiersma |
1399 |
1-0 |
8 |
7268195 |
Gerrit van Dok |
1588 |
– |
8512108 |
Àhmet Bozkurt |
1392 |
1-0 |
|
1748 |
|
1703 |
|
Hallo Eddy!
Leuk verslag over onze wedstrijd heb dit met veel plezier gelezen en je analyses zijn “spot on”, dat slaan met die toren op e4 heb ik wel overwogen. Maar omdat f6 toch een keer gespeeld moest worden en bij de volgende zet de pion op d6 of e4 sowieso valt gaf ik hier als “degelijke” speler de voorkeur aan.
Als alles meezit doe ik dit jaar weer mee met TataSteel je houdt dan een koffie/biertje tegoed voor dit mooie verslag!
Met de beste groeten,
Lourens van Veelen