Schaak te boek 3,   Godfried Bomans

Er was eens …

(in de zestiger en zeventiger jaren) ,

een in Nederland, maar ook daarbuiten, enorm bekende man, die prachtige sprookjes schreef.

Maar ook andere verhalen. Zijn boeken stonden  altijd direct na verschijnen op de eerste plaats in de bestsellerlijsten. Hoger dan dan die van zijn toen evenzeer beroemde tijdgenoten als Mulisch, Wolkers, Reve, Haasse, e.a. Het meest bekend werd hij echter van radio-uitzendingen en daarna van programma’s  toen de TV was uitgevonden. Programma’s  als ‘Kopstukken’ en ‘Houd je aan je woord’  werden massaal beluisterd en  bekeken. Daarin werden andere toentertijd beroemde deelnemers , als Hella Haasse, Harry Mulisch, Victor v. Vriesland -hoewel ook zeer snedig, geestig en alert- toch weggespeeld.  Het publiek  zat ongeduldig te wachten tot de ster van de prgramma’s aan het woord zou komen : de verstrooid , aarzelend, onhandig  overkomende maar altijd met zijn uitspraken enorme lachsalvo’s opwekkende GODFRIED BOMANS. Ontelbare malen werd hij uitgenodigd om lezingen te geven, overal in den lande, maar ook  in Duitsland, USA, Italië, Israel, enz.  De zalen zaten altijd bomvol. Zijn start van de lezing was vaak een zorgvuldig voorbereide act waarin hij gespeeld warhoofdig en onhandig iets vreemds deed waardoor het publiek gelijk al in lachen uitbarstte. Eens bijvoorbeeld door zwijgend zijn tas op de lessenaar te zetten en lang vergeefs erin te gaan zoeken naar de tekst van zijn lezing, daarbij tenslotte van alles tevoorschijn halend. Zijn pijjama bijvoorbeeld.

Zijn beroemdste boeken waren ‘Erik of het klein insectenboek’ en ‘Pieter Bas’.

Uit ‘Erik’ las ik toen ik nog op de basisschool werkte (1959- 1965) mijn leerlingen stukken voor. Die vonden het prachtig.

Toen enkele weken geleden er een vuistdikke (824 blz) biografie van deze auteur, acteur, presentator, interviewer, humorist, journalist, columnist,  enz, enz verscheen moest ik die gauw kopen. Want   ook ik had destijds  van hem genoten en wist dat er ook vele mysteries aan hem kleefden en ik wilde daar wel meer van weten.

‘VLEUGELMAN,  Godfried Bomans, 1913-1971’   door Gé Vaartjes.

Het leest gemakkelijk. Heel boeiend, vond ik. Ik kwam veel aan de weet. Over zijn blijvende verbondenheid met de RoomsKatholieke kerk, zijn  worsteling tegen depressies, zijn zoeken naar de zin van het bestaan, zijn ontelbare relaties met vrouwen , en nog veel meer.  En nu ter zake:  Ik las ook meer over

BOMANS en het SCHAAKSPEL.

Ik wist wel dat  Bomans wel hield van een potje schaak. Bekend was dat hij veel te jong overleed, aan een hartstilstand, kort na terugkeer van een schaakpartijtje. Ik dacht tegen Lodewijk van Deyssel, toen een zeer bekend auteur, met wie hij bevriend was, en vaak schaakte. Dat bleek onjuist. Hij kwam terug van zijn schaakclub, voelde zich niet goed, klopte dus maar aan bij een vriendin, ging daar op de bank liggen en stierf. In de biografie las ik dat hij in zijn clubpartij die avond twee keer dacht remise te staan, maar toch verloor. In niet al te beste conditie had hij de club verlaten . Ik wist niet dat hij meer en intensiever schaakte dan een gelegenheids-schaker. Hij was lid van het  nog steeds bestaande sc Bloemendaal. (Hun eerste team speelt nu nog in de topklasse van de NHSB.  )

Ik heb geprobeerd schaakpartijen van hem terug te vinden in de bekende databases, maar ik heb niets kunnen vinden. Jammer. Dus geen idee hoe sterk hij was. Wel las ik in de biografie dat hij ooit  remise had gespeeld tegen een sterke Tsjechische grootmeester. En  dat hij elk jaar meedeed in het Hoogoventoernooi (nu Tata). In een niet hoge groep bij de amateurs. Er was een jaar dat hij verhinderd was en dat leverde in zijn Volkskrantcolumn wel de volgende Bomansiaanse reactie op: ‘ Voor het eerst sinds jaren wordt het Hoogoven Schaaktoernooi zonder Godfried Bomans gehouden. Ik zou mij aan valse bescheidenheid schuldig maken als ik niet toegaf dat dit voor de organisatoren een geweldige tegenvaller is. Men mag zich zelfs de vraag stellen of het toernooi nog enige zin heeft.’

Ik las verbaasd dat Harry Mulisch een poos met Bomans bevriend was. Veel serieuze schrijvers keken op dat werk van Bomans neer. Ze vonden dat werk van humoristen niet als ‘literatuur’ beschouwd kom worden. Bomans heeft ook nooit een literaire prijs gekregen. Ook al was hij de meest gelezen auteur in Nederland. Mulisch was het daar niet mee eens. Later kwam er  nog een vriend bij: Anton Heyboer, die maffe kunstschilder. Dit driemanschap vermaakte zich met gezamenlijke uitstapjes en gesprekken. De vriendschap met Mulisch liep een deuk op toen die  bij een bezoek aan Bomans zijn  boezemvriend meebracht: schaakgrootmeester Jan Hein Donner!Dat klikte voor Bomans niet. Hij vondDonner een zelfingenomen praatjesmaker. Bomans gedroeg zich  ongeïnteresseerd, afstandelijk, en keek hem de deur uit.  Dat kwetste Mulisch.Enkele jaren later werd de  verstandhouding wel weer wat beter.Bomans zou ook wel eens met Mulisch geschaakt te hebben. Met Donner dus niet.

Bomans gedroeg zich vaak hoogsteigenaardig. Zo kwam het voor dat een volle zaal op zijn lezing zat te wachten, maar hij veel te laat  op kwam dagen en soms zelfs helemaal niet. Omdat hij even met een bekende in een café een potje wilde schaken.

Bomans had altijd een overvolle agenda, en waa ook vaak doodmoe van al dat werk. Maar verscheen dan toch op een schaaktoernooi.  Bijvoorbeeld in 1973 bij een avondlijk en nachtelijk snelschaaktoernoo in Rotterdam, bedacht door Jan Timman. Er kwamen  meer bekende personen opdraven: Donner, Hans Ree, Ton Sijbrants (wereldkampioen dammen), de schrijver Cees Buddingh, en vele anderen.

Een poos had Bomans een TV-programma waarin hij bekende personen interviewde. In de eerste aflevering daarvan interviewde hij Dr Max Euwe . De pers was er zeer positief over. Weliswaar was  Bomans soms wat de ijdeltuiterig, te oubollig,  en te kwajongensachtig, maar hij wist met de geïnterviewde ‘een relatie aan te gaan en dat lukt zelden op de TV. ‘ Bomans was volgens sommigen de beste interviewer van Nederland.

Dat is het wel wat ik in dit dikke boek tegenkwam over de rol van het schaakspel in het drukke leven van Godfried Bomans. Ik dacht, dat ik ook u dat maar even moest laten weten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *